Houten olifantenbel, bestaande uit een holle koker en twee klepels, die alle drie aan een touw zijn bevestigd. De koker is aan de onderkant voorzien van twee spleetgaten. De klepels bestaan uit een gebogen stuk hout met een gat in het midden, waarin de eigenlijke klepel met behulp van een spijker scharnierend is bevestigd. Wanneer het touw aan de nek van de olifant wordt bevestigd, rusten de klepelhouders tegen de koker aan, en slaan de klepels op de maat van de beweging tegen de koker. Dit veroorzaakt een doordringend hol geluid. De olifantenbel wordt gebruikt tijdens het werk in de bossen van Noord-Thailand en geeft voor de olifanten een soort werkritme aan.