Grote houten ploeg, bestaande uit een boom (a), een handvat (b), een voet (c), en een ploegschaar (d).<BR> <BR> De boom is een zeer lang stuk hout, dat naar het einde toe steeds smaller wordt en aan het uiteinde lichtelijk omhoog buigt. Dit deel wordt aan het juk bevestigd. Van het brede achterstuk van de boom is een gedeelte afgeschaafd, dat past in een rechthoekig gat in het handvat. Het handvat is een stuk hout, lichtelijk naar achteren gebogen aan de boven- kant, waar het wordt vastgehouden door de boer, en met een verdikking ongeveer halverwege, waar de boom in het handvat valt. De onderzijde van het handvat is plat geschaafd en past in een rechthoekig gat in de voet. De voet is een stuk hout, bestaande uit een recht achterstuk, waar- in het handvat is bevestigd, en een sterk gebogen voorstuk, dat uitloopt in een punt.<BR> Op deze punt is een driehoekig stuk ijzer bevestigd, de ploegschaar.<BR> Voet met ploegschaar worden "pig's head" genoemd. De ploeg wordt met de boom aan een juk (zie nr. 4626-220) tussen twee ossen of buffels bevestigd, zodanig dat de omhoog gebogen punt van de boom iets vóór en boven de koppen van de dieren uitsteekt. De ploegende boer of boerin houdt de rechterhand op het gebogen bovenstuk van het handvat en kan door hier op te drukken de diepte van de voren variëren. In de linkerhand wordt een touw gehouden, dat door de neusgaten van de trekdieren loopt en waarmee zij kunnen worden gestuurd.<BR> <BR> De boeren maken deze ploegen helemaal zelf, met uitzondering van de ijzeren ploegschaar, die moet worden gekocht.