Maalsteen van een zware steensoort, bestaande uit een ronde steen met enigszins verhoogde rand en aan één zijde een uitloopgootje. In het midden van deze steen is een ronde verhoging met in het midden daar- van een gat, waarin een los houten spilletje is geplaatst. Op deze ver- hoging is een kleinere ronde steen geplaatst met een gat aan de onder- zijde, waarin het spilletje past, een gat excentrisch aan de bovenzijde, waarin tijdens het malen de rijst wordt gestrooid, en een gat aan de zij- kant, waarin een handvat kan worden gestoken om de steen rond te draaien. De kleur is lichtgrijs. Terwijl de bovenste steen met één hand wordt rondgedraaid, wordt met de andere hand de rijst uit een emmer water geschept en in het gat aan de bovenzijde gestrooid. In de onderste steen ontstaat dan een dikke rijstbrij, die via het uitloopgootje in een daaronder geplaatste opvangbak stroomt. Deze brij wordt gebruikt voor het maken van diverse rijstkoeken.<BR> (Mogelijk zowel droog als nat malen).