Aardewerk pot

Deze schaal van aardewerk 'kuria' is aan de onderkant rond en heeft een naar binnen gevormde rand. Langs de rand aan de buitenkant is de pot gedecoreerd. <BR> Onderstaande beschrijving is gebasseerd op de informatie over 'kuria' aardewerk potten in Norick (1976: 112-114). <BR> Op de Trobriand Eilanden werd er geen aardewerk geproduceerd, zij importeerden hun aardewerk van verschillende andere Eilanden waaronder Amphlett, East Cape en Panaeti. De mooiste en bekendste aardewerk potten werden op de Amphlett Eilanden gemaakt in het dorp Gumawana. Malinowski beschrijft de monopoliepositie van de Amphlett pottenbakkers met alle typische kenmerken van monopolisten: "grasping and mean, inhospitable and greedy, keen on keeping the trade ... in their own hands, yet unprepared to make any sacrifice towards improving it", hij voegt hieraan toe dat de Trobrianders dit ook zo zagen (Mallinowski 1922:46, in Norick 1976:112). <BR> De betere klei voor grote potten werd van Yayawana, aan de noordkust van Fergusson Eiland naar de Amphlett Eilanden gebracht omdat men zelf alleen klei van veel mindere kwaliteit had. De potten werden door vrouwen gemaakt. <BR> <BR> Uitgaand van een dikke ring van klei die de bovenrand van de pot gaat vormen wordt de klei naar boven en binnen in de ronde vorm gedreven totdat er slechts een klein gat over is. Dit gat wordt met een extra stuk klei gedicht. Vervolgens wordt de pot met een houten gereedschap voorzichtig verder in vorm geklopt, soms worden de wanden met een schelp dunner geschraapt. Hierna laat men de pot enkele dagen drogen. Dan wordt de pot met de onderkant in een steun geplaatst. De bovenrand wordt in zijn uiteindelijke vorm gemodelleerd en decoraties worden toegevoegd. Na verdere uitharding wordt de pot op zijn kop op brandhout geplaatst, stenen en nog meer hout worden eromheen gelegd en de potten worden gebrand. <BR> <BR> De algemene term voor deze potten is op de Amphlett Eilanden 'kuyana' of 'va'ega', op de Trobriand Eilanden 'kuria' en op andere plekken in het Massim gebied 'gure'va'. <BR> Afhankelijk van hun maat werden verschillende potten naar functie onderscheidden. De grootste potten hebben aan de bovenrand een doorsnede van ongeveer 1 meter en zijn ongeveer 60cm diep. Deze potten, 'kwoylamona' werden uitsluitend voor het ceremonieel koken van 'mona' (taro/yams pudding) gebruikt. Potten van een maatje kleiner (in Norick's voorbeeld 30cm doorsnede) heetten 'kwoyligwawaga' en dienden als alledaagse kookpotten voor yams en taro. Een speciale maat aardewerk pot werd voor magie gebruikt. De allerkleinste potten werden alleen op de Amphlett Eilanden zelf voor alledaags koken gebruikt. <BR> Behalve voor de grootste potten geeft Norick geen maten bij de verschillende soorten. Op basis van deze beschrijving is de hier beschreven pot vermoedelijk een 'kwoyligwawaga' kookpot voor alledaags gebruik. <BR>

Aardewerk pot

Deze schaal van aardewerk 'kuria' is aan de onderkant rond en heeft een naar binnen gevormde rand. Langs de rand aan de buitenkant is de pot gedecoreerd. <BR> Onderstaande beschrijving is gebasseerd op de informatie over 'kuria' aardewerk potten in Norick (1976: 112-114). <BR> Op de Trobriand Eilanden werd er geen aardewerk geproduceerd, zij importeerden hun aardewerk van verschillende andere Eilanden waaronder Amphlett, East Cape en Panaeti. De mooiste en bekendste aardewerk potten werden op de Amphlett Eilanden gemaakt in het dorp Gumawana. Malinowski beschrijft de monopoliepositie van de Amphlett pottenbakkers met alle typische kenmerken van monopolisten: "grasping and mean, inhospitable and greedy, keen on keeping the trade ... in their own hands, yet unprepared to make any sacrifice towards improving it", hij voegt hieraan toe dat de Trobrianders dit ook zo zagen (Mallinowski 1922:46, in Norick 1976:112). <BR> De betere klei voor grote potten werd van Yayawana, aan de noordkust van Fergusson Eiland naar de Amphlett Eilanden gebracht omdat men zelf alleen klei van veel mindere kwaliteit had. De potten werden door vrouwen gemaakt. <BR> <BR> Uitgaand van een dikke ring van klei die de bovenrand van de pot gaat vormen wordt de klei naar boven en binnen in de ronde vorm gedreven totdat er slechts een klein gat over is. Dit gat wordt met een extra stuk klei gedicht. Vervolgens wordt de pot met een houten gereedschap voorzichtig verder in vorm geklopt, soms worden de wanden met een schelp dunner geschraapt. Hierna laat men de pot enkele dagen drogen. Dan wordt de pot met de onderkant in een steun geplaatst. De bovenrand wordt in zijn uiteindelijke vorm gemodelleerd en decoraties worden toegevoegd. Na verdere uitharding wordt de pot op zijn kop op brandhout geplaatst, stenen en nog meer hout worden eromheen gelegd en de potten worden gebrand. <BR> <BR> De algemene term voor deze potten is op de Amphlett Eilanden 'kuyana' of 'va'ega', op de Trobriand Eilanden 'kuria' en op andere plekken in het Massim gebied 'gure'va'. <BR> Afhankelijk van hun maat werden verschillende potten naar functie onderscheidden. De grootste potten hebben aan de bovenrand een doorsnede van ongeveer 1 meter en zijn ongeveer 60cm diep. Deze potten, 'kwoylamona' werden uitsluitend voor het ceremonieel koken van 'mona' (taro/yams pudding) gebruikt. Potten van een maatje kleiner (in Norick's voorbeeld 30cm doorsnede) heetten 'kwoyligwawaga' en dienden als alledaagse kookpotten voor yams en taro. Een speciale maat aardewerk pot werd voor magie gebruikt. De allerkleinste potten werden alleen op de Amphlett Eilanden zelf voor alledaags koken gebruikt. <BR> Behalve voor de grootste potten geeft Norick geen maten bij de verschillende soorten. Op basis van deze beschrijving is de hier beschreven pot vermoedelijk een 'kwoyligwawaga' kookpot voor alledaags gebruik. <BR>