Dit voorwerp wordt op de inventariskaart omschreven als de stekel van een marlijn in een hoes van blad. Een marlijn is een grote vis met een lange puntvormige snuit, de stekel is dus vermoedelijk deze snuit. Volgens inventariskaart wordt de marlijn op de Trobriand Eilanden als een kwaadaardige vis beschouwd die met zijn 'stekel' vissersboten en drenkelingen aanvalt. De stekel wordt daarom in kwade/zwarte magie gebruikt. Door met de stekel naar het slachtoffer te wijzen onder het uitspreken van passende formules wordt het gewenste effect bereikt. Deze magie wordt vooral aan de westkust van Kiriwina in het dorp Boitalu bedreven. De eigenaar van het voorwerp heette Tolwaki en was een ‘bwagau’. <BR> <BR> Op de Trobriand Eilanden worden alle belangrijke gebeurtenissen begeleid door verschillende magische rituelen. Zo is er tuinmagie, magie bij het binnenhalen van de oogst en het opslaan van de oogst in de opslaghuizen, schoonheid- en liefdesmagie, magie bij het bouwen van een zeevaardige kano, magie voor visserij, zeevaart en kula, enz. Deze rituelen omvatten meestal het uitspreken van bepaalde formules over het beoogde object of de persoon en het uitvoeren van bepaalde handelingen met materiële zaken, zoals planten, schelpen, oliën, enz. Tegenover deze rituelen die een positief effect beogen staat een kwaadwillende magie die vooral door bepaalde mannen 'bwagau' en vrouwen 'mulukwausi' belichaamd en uitgevoerd wordt (Malinowski 1978:395). In tegenstelling tot de met sterke bovennatuurlijke krachten toegeruste 'mulukwausi' zijn de 'bwagau' meer aangewezen op hun kennis van rituelen en krijgen zij een vergoeding voor hun werk. Voor een uitgebreidere vergelijking zie Malinowski (1930: 32,33).