Deze trom is volgens inventariskaart uit een stuk hout gemaakt, hol van binnen en licht gebogen. Het slagvlak ontbreekt. Het handvat is uitgewerkt met gesneden vogelkoppen. Aan weerszijden van het handvat aan de bovenkant is er een cirkelvormige reliëfdecoratie. Deze wordt 'matila', het oog genoemd. Aan de onderzijde bevinden zich aan weerszijde van het handvat opstaande ribben met ieder vier gaatjes. Deze worden 'segita', vleugels genoemd. Ter hoogte van deze vleugels bevindt zich een band van gesneden ornamenten rond de trom. De trom is gemaakt door Tolokeda. <BR> <BR> Trommels behoren op de Trobriand Eilanden tot het persoonlijke eigendom van mannen (Malinowski,1930:18). Zij worden gebruikt bij de begeleiding van dansen en sommige ander optochten. Traditioneel waren er twee soorten trommels, een lange van ongeveer 70 cm, met de inheemse naam 'kasosau'/ kasausa'u of 'kupa'/ 'kupi' (deze tweede term is een obsceen synoniem voor penis) en de kortere 'katunemia'/'katunenia' van ongeveer 30cm (Malinowski in Young 1998:97). Norick,1976:209 beschrijft ook een derde soort trom, een tussenmaat tussen de twee bovengenoemde trommen. <BR> <BR> Bij de traditionele dansen waarbij de mannen in een cirkel tegen de klok in dansen staan de trommelaars en zangers in het midden van de kring. Andere dansen zijn de dansen waarbij drie mannen een dier uitbeelden, en de modernere ontwikkelingen van dansen waarbij de dansers in rijen achter elkaar staan, zoals bij cricket wedstrijden of bij optredens voor toeristen. Voor alle ritmes worden de twee soorten trommels altijd in combinatie met elkaar gebruikt met ieder een eigen stem (Malinowski in Young, 1989:93/97). De lange trommen worden met meerdere vingers bespeeld, de kleinere slechts met een vinger (Norick, 1976:209).<BR> Malinowski (1930:29) beschrijft een opvallend gebruik in verband met Trobriand trommels. Op de ochtend voordat de oogstfeesten beginnen moet het taboe op de trommels in een eigen ritueel worden opgeheven. De dansers treden in vol ornaat op met de zangers en trommelaars. Maar het trommen is van korte duur want de vrouwen uit het dorp die nog in rouw zijn beginnen bij de eerste trommelslagen al snel hevig te wenen en van achter de huizen komt een menigte schreeuwende vrouwen te voorschijn die de mannen met stokken slaan en met stenen en kokosnoten bekogelen. Volgens het ritueel moeten de mannen snel vertrekken achtervolgd door de vrouwen, een leeg dorp achterlatend. Daarmee is het taboe gebroken, op de zelfde middag begint het oogstfeest met de eerste volledige dansuitvoering.