Dansstaf

Uit één stuk zwaar en donker hout gesneden; quila (volgens P.E.) dat is navonna-hout (volgens de Kilenge). Gebruikspatina. Aan één zijde van de staf is een kronkelende slang en reliëf uitgesneden, <BR> Mensengezicht tussen de kaken geklemd. Boven het gezicht een ingesneden driepuntig motief waarvan de middelste punt het langst is. Aan één kant van de greep eveneens een driepuntig motief, nu echter met alle drie de tanden even lang en uitgesneden en reliëf. Hieraan grenzend een aan beide zijden uitstekend boogvormig gedeelte met ingesneden ornamentatie. Links en rechts van de slang een aantal ingesneden rechte lijntjes. De slang is de slang Namatanggélé, het gezicht is de nausang Laupwa. <BR> <BR> De dansstaven werden vroeger gebruikt als executiewapen. Ze werden dan gebruikt bij maskerdansen en, in vroeger dagen, ook wel bij gevechten waarin die dansen vaak ontaardden. Een terechtstelling vond plaats op instigatie van nausang maar werd echter niet door de nausang danser uitgevoerd. De uitvoerende macht werd belichaamd door een gemaskerde danser die een masker van baststof (met een houten neus) droeg. Dit heeft te maken met de traditionele "politionele functie" van de maskers van baststof die dergelijke dansstaven en/of knotsen hanteerden. Dit aspect van het nausang complex is geheel verdwenen. Uit andere delen van het Huongolf-stijlgebied is gerapporteerd dat dergelijke danstaven of knotsen vooral een ceremoniële functie zouden hebben. Zo zouden ze, onder andere, in het kader van initiatieriten gebruikt zijn. Tijdens een processie van de initiandi van het ceremoniële huis naar de zee, zouden de begeleidende mannen met dergelijke knotsen zwaaien en schijngevechten uitvoeren. Bij dergelijke schijngevechten werden de knotsen wel gehanteerd in combinatie met schilden. Hieraan gingen schijngevechten vooraf waarbij speren, in combinatie met schilden, werden gehanteerd. Dergelijke schijngevechten vonden ook plaats bij terugkeer van een succesvolle oorlogstocht.<BR>

Dansstaf

Uit één stuk zwaar en donker hout gesneden; quila (volgens P.E.) dat is navonna-hout (volgens de Kilenge). Gebruikspatina. Aan één zijde van de staf is een kronkelende slang en reliëf uitgesneden, <BR> Mensengezicht tussen de kaken geklemd. Boven het gezicht een ingesneden driepuntig motief waarvan de middelste punt het langst is. Aan één kant van de greep eveneens een driepuntig motief, nu echter met alle drie de tanden even lang en uitgesneden en reliëf. Hieraan grenzend een aan beide zijden uitstekend boogvormig gedeelte met ingesneden ornamentatie. Links en rechts van de slang een aantal ingesneden rechte lijntjes. De slang is de slang Namatanggélé, het gezicht is de nausang Laupwa. <BR> <BR> De dansstaven werden vroeger gebruikt als executiewapen. Ze werden dan gebruikt bij maskerdansen en, in vroeger dagen, ook wel bij gevechten waarin die dansen vaak ontaardden. Een terechtstelling vond plaats op instigatie van nausang maar werd echter niet door de nausang danser uitgevoerd. De uitvoerende macht werd belichaamd door een gemaskerde danser die een masker van baststof (met een houten neus) droeg. Dit heeft te maken met de traditionele "politionele functie" van de maskers van baststof die dergelijke dansstaven en/of knotsen hanteerden. Dit aspect van het nausang complex is geheel verdwenen. Uit andere delen van het Huongolf-stijlgebied is gerapporteerd dat dergelijke danstaven of knotsen vooral een ceremoniële functie zouden hebben. Zo zouden ze, onder andere, in het kader van initiatieriten gebruikt zijn. Tijdens een processie van de initiandi van het ceremoniële huis naar de zee, zouden de begeleidende mannen met dergelijke knotsen zwaaien en schijngevechten uitvoeren. Bij dergelijke schijngevechten werden de knotsen wel gehanteerd in combinatie met schilden. Hieraan gingen schijngevechten vooraf waarbij speren, in combinatie met schilden, werden gehanteerd. Dergelijke schijngevechten vonden ook plaats bij terugkeer van een succesvolle oorlogstocht.<BR>