Miniatuur

Deze miniatuur uit Kangra-school stelt in één afbeelding het doden van de woeste olifant Kuvalayapida voor en een worstelwedstrijd aan het hof van koning Kamsa. Kamsa zocht steeds naar een middel om Krishna te doden, toen er was voorspeld dat hij zelf ooit door Krishna zou worden onttroond en gedood. Hij kondigde daarom een sportwedstrijd aan, te houden in zijn paleis, wetende dat Krishna en zijn broer dol zijn op krachtmetingen. En door hen dan tegen zijn onoverwinnelijke worstelaars Canura en Mustika te laten strijden, hoopte hij dat ze gedood zouden worden, daar zij beiden nog maar kinderen zijn. Maar natuurlijk overwinnen de jongens, die immers goddelijke kracht bezitten en bij deze gelegenheid wordt zelfs de profetie vervuld en doodt Krishna Kamsa, nadat de beide worstelaars zijn verslagen. De woedende olifant Kuvalayapida met berijder ontmoeten de jongens op weg naar het paleis van Kamsa, als ze zich voor de wedstrijd gaan melden. Ook dit machtige en wilde dier is door de boze tyran, die geen kans onbenut laat, gestuurd om hen te doden. Natuurlijk worden ook deze obstakels uit de weg geruimd en de broers betreden de arena en verbazen iedereen door hun kracht.<BR> De miniatuur is vrijwel alleen nog maar een tekening in zwarte lijnen, die soms in oker zijn nagetrokken. De schildering toont hier en daar wat "grondverf"-kleuren, zoals het wit van de man, die alleen op het zitbed boven zit en, met een beetje roze aangelengd dat van de man, die van de olifant valt. Gele "grondkleur" zien we op de hoekzuil en bovenbalk van het paviljoen links. De borstwering van dit paviljoen en de boog daaronder, nog net zichtbaar vertoont rode grondkleur. Hier en daar is met grijs al wat schaduw aangebracht (olifant en andere figuren). Van de vijf schilden links zijn er vier zwart. Het is duidelijk dat de rest van de kleuren nog ingevuld moet worden en de kunstenaar heeft daartoe bijna ieder vlak voorzien van een woord in 'devanagari', dat de kleur aangeeft. Waarschijnlijk als geheugensteuntje voor hemzelf of misschien voor een leerling of collega, die met hem samenwerkte. Dit aangeven van de kleuren met woorden (of met kleine likjes verf) was een gebruikelijk proces (Coomaraswamy 1926). Hier vallen de volgende kleuren te ontcijferen: 'saped' = wit, 'gulabi' = rozerood, 'rupa' = zilver, 'badami' = amandel roze, 'asamani' = hemelsblauw, 'savaji, savaj' = groen, 'sapedkhaki' = wit/lichtbruin.<BR> De voorstelling wordt bijna geheel ingenomen door het binnenplein van het paleis van Kamsa, die we links boven het paviljoen op een laag bed zien zitten, leunend op een groot kussen. Een dienaar zwaait hem met een 'camara' koelte toe. Naast hem liggen zwaard en schild. Achter hem staan enkele hovelingen, ook met wapens. Beneden de koning zitten zes edelen, allen met wapens. Rechts zien we een groep muzikanten en links van hen, tegen de achtergrond nog meer gewapend volk. Op de muur rechtsboven zijn vele toeschouwers. In het midden worstelen Krishna (beneden) en Balarama met de twee dikke, sterke mannen. De man met de staf in de hand, die hen aanmoedigt is ongetwijfeld de hof-sportleraar. Beide goddelijke broers dragen ruimgewikkelde 'dhoti's', armbanden en een kroontje, dat van Krishna met een pluim van pauweveren. Laatstgenoemde draagt ook enkelbanden. Op de voorgrond van de miniatuur zien we Krishna de woeste olifant met berijder en al omgooien, terwijl Balaram en enkele andere herdersjongens met hun staf in de hand toekijken. Rechts is de paleispoort.<BR> Het woord 'valabhad', op de muur boven Balaram's hoofd is ook een naam van Vishnu, meestal 'Vallabha' (de beminde) geschreven (of mogelijk ook een kleurnaam (van Sluijs 1992).<BR> De plaats van herkomst van deze miniatuur is niet bekend, vermoedelijk is het Kangra-stijl, omdat een andere miniatuur, die een getrouwe copie lijkt van deze schildering, maar wel voltooid is, afkomstig is uit Kangra.<BR> (van Sluijs 1992).

Miniatuur

Deze miniatuur uit Kangra-school stelt in één afbeelding het doden van de woeste olifant Kuvalayapida voor en een worstelwedstrijd aan het hof van koning Kamsa. Kamsa zocht steeds naar een middel om Krishna te doden, toen er was voorspeld dat hij zelf ooit door Krishna zou worden onttroond en gedood. Hij kondigde daarom een sportwedstrijd aan, te houden in zijn paleis, wetende dat Krishna en zijn broer dol zijn op krachtmetingen. En door hen dan tegen zijn onoverwinnelijke worstelaars Canura en Mustika te laten strijden, hoopte hij dat ze gedood zouden worden, daar zij beiden nog maar kinderen zijn. Maar natuurlijk overwinnen de jongens, die immers goddelijke kracht bezitten en bij deze gelegenheid wordt zelfs de profetie vervuld en doodt Krishna Kamsa, nadat de beide worstelaars zijn verslagen. De woedende olifant Kuvalayapida met berijder ontmoeten de jongens op weg naar het paleis van Kamsa, als ze zich voor de wedstrijd gaan melden. Ook dit machtige en wilde dier is door de boze tyran, die geen kans onbenut laat, gestuurd om hen te doden. Natuurlijk worden ook deze obstakels uit de weg geruimd en de broers betreden de arena en verbazen iedereen door hun kracht.<BR> De miniatuur is vrijwel alleen nog maar een tekening in zwarte lijnen, die soms in oker zijn nagetrokken. De schildering toont hier en daar wat "grondverf"-kleuren, zoals het wit van de man, die alleen op het zitbed boven zit en, met een beetje roze aangelengd dat van de man, die van de olifant valt. Gele "grondkleur" zien we op de hoekzuil en bovenbalk van het paviljoen links. De borstwering van dit paviljoen en de boog daaronder, nog net zichtbaar vertoont rode grondkleur. Hier en daar is met grijs al wat schaduw aangebracht (olifant en andere figuren). Van de vijf schilden links zijn er vier zwart. Het is duidelijk dat de rest van de kleuren nog ingevuld moet worden en de kunstenaar heeft daartoe bijna ieder vlak voorzien van een woord in 'devanagari', dat de kleur aangeeft. Waarschijnlijk als geheugensteuntje voor hemzelf of misschien voor een leerling of collega, die met hem samenwerkte. Dit aangeven van de kleuren met woorden (of met kleine likjes verf) was een gebruikelijk proces (Coomaraswamy 1926). Hier vallen de volgende kleuren te ontcijferen: 'saped' = wit, 'gulabi' = rozerood, 'rupa' = zilver, 'badami' = amandel roze, 'asamani' = hemelsblauw, 'savaji, savaj' = groen, 'sapedkhaki' = wit/lichtbruin.<BR> De voorstelling wordt bijna geheel ingenomen door het binnenplein van het paleis van Kamsa, die we links boven het paviljoen op een laag bed zien zitten, leunend op een groot kussen. Een dienaar zwaait hem met een 'camara' koelte toe. Naast hem liggen zwaard en schild. Achter hem staan enkele hovelingen, ook met wapens. Beneden de koning zitten zes edelen, allen met wapens. Rechts zien we een groep muzikanten en links van hen, tegen de achtergrond nog meer gewapend volk. Op de muur rechtsboven zijn vele toeschouwers. In het midden worstelen Krishna (beneden) en Balarama met de twee dikke, sterke mannen. De man met de staf in de hand, die hen aanmoedigt is ongetwijfeld de hof-sportleraar. Beide goddelijke broers dragen ruimgewikkelde 'dhoti's', armbanden en een kroontje, dat van Krishna met een pluim van pauweveren. Laatstgenoemde draagt ook enkelbanden. Op de voorgrond van de miniatuur zien we Krishna de woeste olifant met berijder en al omgooien, terwijl Balaram en enkele andere herdersjongens met hun staf in de hand toekijken. Rechts is de paleispoort.<BR> Het woord 'valabhad', op de muur boven Balaram's hoofd is ook een naam van Vishnu, meestal 'Vallabha' (de beminde) geschreven (of mogelijk ook een kleurnaam (van Sluijs 1992).<BR> De plaats van herkomst van deze miniatuur is niet bekend, vermoedelijk is het Kangra-stijl, omdat een andere miniatuur, die een getrouwe copie lijkt van deze schildering, maar wel voltooid is, afkomstig is uit Kangra.<BR> (van Sluijs 1992).