Stoel, vervaardigd met siersnijwerk uit de V.O.C.-periode

Deze stoel is een voorbeeld de latere aanpassingen van een oud meubel. De sierlijsten zijn in de periode van 1650 t/m 1710 vervaardigd. Tussen 1850 en 1930, een periode van een herwaardering van de ‘oude’ ebbenhouten meubelen, is de stoel aangepast aan de wensen van de tijdgenoten.<BR> <BR> De regels met het siersnijwerk van de ruggenleuning zijn ingekort, om ze passend te maken voor de breedte van de stoel. De stijlen zijn oorspronkelijk uit de V.O.c.-periode. De ztitting is 1850 en 1930 vervardigd. De rugbalusters zijn in 2011 bijgemaakt (info Joost Hoving & Reinier Klusener, zie mediakoppeling TXT002487).<BR> <BR> In de koloniale tijd van de 19de en de vroege 20ste eeuw maakten de ebbenhouten meubels van de 17de eeuw een heropleving door. Men begon om opnieuw meubelen in die stijl van de 17de eeuw te maken. Vaak werden hierbij onderdelen van die oude meubelen in verwerkt; het komt voor dat een oude sierlijst een geheel nieuw meubel werd gebruikt. Bovendien werden die stijlen en sierlijsten van 17de-eeuwse meubelen verwerkt in meubelen die toen in die vorm helemaal niet bestonden. Uiteraard werden in die tijd ook oude meubelen veranderd en aangepast aan de eisen en voorstellingen van de toen ‘moderne’ tijd. Een van de meest opvallende wijziging was dat veel meubels vroeger fel gekleurd waren. Want bij een aantal stoelen zijn er sporen gevonden een rode en gouden afwerking, die onder een zwarte deklaag zitten. Of dit bij deze stoel ook het geval is, is verder niet onderzocht. (Van Gompel e.a. 2013, blz. 10-11, 75-76 en 87-92).

Stoel, vervaardigd met siersnijwerk uit de V.O.C.-periode

Deze stoel is een voorbeeld de latere aanpassingen van een oud meubel. De sierlijsten zijn in de periode van 1650 t/m 1710 vervaardigd. Tussen 1850 en 1930, een periode van een herwaardering van de ‘oude’ ebbenhouten meubelen, is de stoel aangepast aan de wensen van de tijdgenoten.<BR> <BR> De regels met het siersnijwerk van de ruggenleuning zijn ingekort, om ze passend te maken voor de breedte van de stoel. De stijlen zijn oorspronkelijk uit de V.O.c.-periode. De ztitting is 1850 en 1930 vervardigd. De rugbalusters zijn in 2011 bijgemaakt (info Joost Hoving & Reinier Klusener, zie mediakoppeling TXT002487).<BR> <BR> In de koloniale tijd van de 19de en de vroege 20ste eeuw maakten de ebbenhouten meubels van de 17de eeuw een heropleving door. Men begon om opnieuw meubelen in die stijl van de 17de eeuw te maken. Vaak werden hierbij onderdelen van die oude meubelen in verwerkt; het komt voor dat een oude sierlijst een geheel nieuw meubel werd gebruikt. Bovendien werden die stijlen en sierlijsten van 17de-eeuwse meubelen verwerkt in meubelen die toen in die vorm helemaal niet bestonden. Uiteraard werden in die tijd ook oude meubelen veranderd en aangepast aan de eisen en voorstellingen van de toen ‘moderne’ tijd. Een van de meest opvallende wijziging was dat veel meubels vroeger fel gekleurd waren. Want bij een aantal stoelen zijn er sporen gevonden een rode en gouden afwerking, die onder een zwarte deklaag zitten. Of dit bij deze stoel ook het geval is, is verder niet onderzocht. (Van Gompel e.a. 2013, blz. 10-11, 75-76 en 87-92).