Versierde houten doos met openslaande deksel in de vorm van een langwerpig ovaal. De bodem is gemaakt van een afzonderlijk stuk. De deksel en de zijkanten zijn versierd met inlegwerk van zilverdraad, waardoor ruiten ontstaan. In de ruiten bevinden zich Haliotis schelpen. Op de zijkanten worden ook bloem- en bladvormige motieven gevormd met het zilverdraad. Ook deze zijn gevuld met schelpen.<BR> Waarschijnlijk is het doosje gebruikt voor tabak of om vuurslag en gedroogd mos voor het maken van vuur in te bewaren. Het doosje is gemaakt van een boomwortel. Eerst sneed de man het patroon uit. Daarna nam hij zilverdraad en sloeg dat met een houten hamertje in de aangebrachte uitsparingen.<BR> Het is ook mogelijk dat het doosje gebruikt werd om gedroogde fijngemaakte giftige paddestoelen in te bewaren. Van een klein beetje van de paddestoelen werd men een beetje "dronken". Dit is een Siberische traditie bij volken als de Even, Evenk, Koryaken en Chuckchi.<BR> Ook kan het zijn dat het doosje gebruikt is als asbak. Het is een typisch klein versierd doosjes om in huis op tafel te zetten. Daarnaast hing er nog een sterke geur van as in het doosje.