In de vorm van een hurkend beeld, met groot hoofd die is uitgehold en waarin een schedel geplaatst is. De armen zijn aan de opgetrokken knieën verbonden, de handen ontbreken. Het geheel staat op een rond schijfvormig voetstuk, waarvan een deel ontbreekt.<BR> Het uitgeholde gedeelte van het hoofd is op diverse plaatsen gebarsten en gerepareerd met in doorboorde gaten geregen vezeltouw.<BR> <BR> De term `korwar' betekent min of meer `dodenziel'. <BR> De meeste beelden zijn van hout en deze zijn in grote aantallen verzameld.<BR> Zeldzaam echter zijn de zogenoemde schedelkorwars.<BR> Deze bestaan uit een houten figuur met mensenschedel.<BR> Het lijkt waarschijnlijk dat de schedelkorwars als de voorlopers beschouwd kunnen worden van de volledig houten korwarbeelden.<BR> Schedelkorwars zijn vooral aangetroffen in het Wandamengebied, in het zuidwestelijke deel van de Geelvinkbaai, en op het eiland Biak.<BR> Qua vormgeving zijn er diverse typen schedelkorwars te onderscheiden, al naargelang de manier waarop de schedel is bevestigd en de mate waarin hij zichtbaar is.<BR> Lang niet van iedere overledene werd een schedelkorwar gemaakt.<BR> Het waren alleen de belangrijkste mensen in de samenleving - hoofden en eerstgeborenen van hoofden, zowel jongens als meisjes - aan wie een dergelijke eer te beurt viel.<BR> In principe werden de doden begraven of, als het belangrijke mensen betrof, in eerste instantie bijgezet in een prauwmodel, vaak in de buurt van de woning. Later werd de schedel in het korwarbeeld geplaatst.<BR> De meeste korwarfiguren zijn in een zittende positie weergegeven, met opgetrokken knieën, dezelfde houding waarin ook de doden worden bijgezet. Staande figuren komen echter ook voor.<BR> DS, 1999.<BR>