Een visweer, een grote mat van bamboelatten, die op twee plaatsen met rotanrepen doorvlochten is. Aan beide einden bevindt zich een grotere lat.<BR> De weer wordt gebruikt om waterdoorgangen in visvijvers af te sluiten, zodat de vissen er niet uit kunnen, terwijl toch het overtollige water kan weglopen of ververst kan worden. Ook gebruikt men deze weren in grote hoeveelheden, en dan in de driehoeksvorm, in zee. De weren worden dan geplaatst bij laag water. Als de vloed opkomt worden de vissen de punt ingedreven en kunnen niet meer ontsnappen. De punt wordt afgedekt zodat roofvogels de vissen niet kunnen vangen, bovendien kunnen ze er niet uit springen.