Snuifkoker

Bestaande uit gedraaide kralensnoeren van groene en zwarte kralen, die in afwisselende delen geregen zijn. De delen worden onderbroken door kleine stukjes van rode en zwarte kralen. Aan het snoer zit een rieten koker bevestigd met de bodem en deksel van kalebasschil. De koker is omwonden met afwisselende stroken van zwarte, rooskleurige en groene kralen. De uiteinden van de koker zijn met rode kralen versierd.<BR> <BR> Net als het roken van tabak was snuif een wijdverbreid fenomeen in Afrika. Snuif bestaat gewoonlijk uit fijngemalen tabak die is vermengd met bijvoorbeeld gedroogde aloë- bladeren. De tabak wordt altijd vermengd; maar met wat voor soort substantie hangt af per regio. De snuif wordt vanuit de linkerhand of vanaf een speciaal daarvoor bestemd lepeltje opgesnoven. De tranen en de nies die hierop volgen worden als heerlijk ervaren. Zowel mannen als vrouwen van bijna alle leeftijdscategorieën gebruikten het middel. De snuif zelf wordt in een speciaal daarvoor bestemd doosje of kokertje bewaart en overal mee naartoe genomen. Er bestaan, afhankelijk van de regio, veel verschillende soorten snuiftabaksdoosjes. Veelvoorkomende materialen zijn kalebassen en uitgeholde rieten, benen en hoornen houders. De doosjes zijn vaak met kralenwerk of ingesneden figuren versierd. Hoofdmannen en andere personen die hoog in aanzien stonden hadden snuifdozen die hun positie in de samenleving onderstreepten. Deze doosjes waren van een ongewoon of moeilijk te bewerken materiaal gemaakt of op een bijzondere wijze versierd.

Snuifkoker

Bestaande uit gedraaide kralensnoeren van groene en zwarte kralen, die in afwisselende delen geregen zijn. De delen worden onderbroken door kleine stukjes van rode en zwarte kralen. Aan het snoer zit een rieten koker bevestigd met de bodem en deksel van kalebasschil. De koker is omwonden met afwisselende stroken van zwarte, rooskleurige en groene kralen. De uiteinden van de koker zijn met rode kralen versierd.<BR> <BR> Net als het roken van tabak was snuif een wijdverbreid fenomeen in Afrika. Snuif bestaat gewoonlijk uit fijngemalen tabak die is vermengd met bijvoorbeeld gedroogde aloë- bladeren. De tabak wordt altijd vermengd; maar met wat voor soort substantie hangt af per regio. De snuif wordt vanuit de linkerhand of vanaf een speciaal daarvoor bestemd lepeltje opgesnoven. De tranen en de nies die hierop volgen worden als heerlijk ervaren. Zowel mannen als vrouwen van bijna alle leeftijdscategorieën gebruikten het middel. De snuif zelf wordt in een speciaal daarvoor bestemd doosje of kokertje bewaart en overal mee naartoe genomen. Er bestaan, afhankelijk van de regio, veel verschillende soorten snuiftabaksdoosjes. Veelvoorkomende materialen zijn kalebassen en uitgeholde rieten, benen en hoornen houders. De doosjes zijn vaak met kralenwerk of ingesneden figuren versierd. Hoofdmannen en andere personen die hoog in aanzien stonden hadden snuifdozen die hun positie in de samenleving onderstreepten. Deze doosjes waren van een ongewoon of moeilijk te bewerken materiaal gemaakt of op een bijzondere wijze versierd.