Rammelaar

362-138, 138a<BR> Tigua rattle and incipient rattle; 362-138: gourd, wood, hide; l. 21 cm., d. 11 cm.; ca. 1880; 362-138a: gourd; d. 11 cm., h. 12 cm.; 1882.<BR> Gourd rattles are frequently encountered in archaeological context of the Anasazi ancestors of the Pueblos (Brown 1967:75-76). The wooden stem of this Tigua gourd rattle extends from the top. A wooden peg secures the sounding body, and the handle has a buckskin loop. The Tiguas refer to these instruments as guajes, a Spanish term meaning gourds, and they were used in virtually all ceremonies. Ysletans were involved in frequent dances, both ceremonial and secular, according to a calendrical cycle. A major event was the Shiâfürd, or Rattle Dance, taking place during the festival of the Ysletans' patron saint Nuestra Señora del Carmen. The first part is performed by two men and two women, and the second part by a large number of male dancers, all using rattles. The sequence of the dances takes the participants and spectators from the cemetery to the home of the majordomo, and finally to the church (Fewkes 1902:66; cf. Wright 1993:26,119,121,125,132-133; see also: Pueblo music below).<BR> The incipient rattle consists of a partially hollowed out gourd. The hollowing is done by putting small sharp rocks into the body of the squash and having children shake it to remove as much of the internal fiber as possible, to improve the sound. A Tewa informant added: "For ceremony, apply mud, for tourists paint in bright colors" (Kurath and Garcia 1970:290). The Tiguas and other Pueblo Indians regard the rattle as representing rain. It should be handled with care, as the rain must be earned by correctly performing rituals (cf. Wright 1993:132-133,153).<BR> (Hovens 2008-09)<BR> <BR> <BR> Pueblo rammelaars. Rammelaars zijn het muziekinstrument bij uitstek om ritme aan te geven. Dat geldt zowel voor de begeleiding dans zang en dans.<BR> <BR> Rammelaars werden uit veel verschillende materialen gemaakt, maar voor handrammelaars was de schaal van een uitgeholde kalebas (pompoen; Lagenaria vulgaris Ser.) favoriet, zowel vanwege de kwaliteit van het geluidseffect dat het klanklichaam voortbracht, als het gemak waarmee het oppervlak kon worden beschilderd. Om de schaal van de kalebas werd gekookt om ze te harden en geschikt te maken voor gebruik. In het klanklichaam werden kleine steentjes of gedroogde maïskorrels gedaan voor het geluidseffect. Soms gebruikte men ook brokjes bergkristal. Zowel de kristal als de maïs verwijzen naar vruchtbaarheid. Door de twee tegenover elkaar liggende gaten wordt een taps toelopende stok gestoken en vastgeklemd, en in het handvat wordt een gaatje gemaakt om een polsriemtje te bevestigen. Aangezien de kalebas in meerdere vormen voorkomt, treft men ook rammelaars die in verschillende vormen aan.<BR> <BR> Bij de Hopis worden de rammelaars aangeduid met de naam van de mythologische personages die er gebruik van maken in de kachina dansen. De kachina dasers geven de kleine jongens miniatuur rammelaars tijdens hun dansen in de pueblo.<BR> <BR> De symbolen die op de rammelaars zijn geschilderd, verwijzen vaak naar de vier windrichtingen of vruchtbaarheid. De platte rammelaars zijn onbeschilderd, of bij voorkeur met turkoois (blauwgroen) kleurstof geverfd. Soms zijn zij ook voorzien van een symbool, vaak verwijzend naar de vier windrichtingen: een kruis in gestileerde vorm of uitgebeeld als vier veren.<BR> <BR> De Hopis maakten ook rammelaars van gedroogde dierenhuid en kleine rammelaars van het crotum van dieren, vooral konijnen, gaffelantilopen, en bisons. De kleine scrotum rammelaars werden gebruikt om babies in slaap te sussen of als speelgoed. Het gebruik van rammelaars van konijnenscrotum werd geacht de vruchtbaarheid van vrouwen te bevorderen.<BR> <BR> Kachinas zijn bovennatuur-lijke wezens, geesten maar geen goden, die ieder een of meer-dere specifieke kenmerken bezit-ten. Deze komen tot uiting in vormen, kleuren en symbolen zoals lichaamsbeschildering, geweven en geborduurde kleding, voorwer-pen die zij bij zich dragen (dansstokken, dansplanken), geluiden die zij maken, de vorm van het hoofd of delen daarvan, e.d. Zij bren-gen regen en zonneschijn, helpen mensen persoonlijk, straffen overtreders en verbinden de mensen met de goden door als boodschappers tussen twee werel-den op te treden. De kachinas worden tijdens ceremonies gere-presenteerd door gemaskerde dansers die tijdens het ritueel door de geest die zij uitbeel-den in bezit worden genomen. De letterlijke betekenis van kachina is "levensvader" of "geest vader". De kachina cultus, bestaande uit een reeks gemaskerde dansen in het eerste halfjaar, is de belangrijkste in de ceremoniële jaarkalender van de Hopis. Tot de opmerkelijkste kachina-figuren horen de verschillende clowns zoals de bruine modderhoofden (mudheads) en de zwart-wit gestreepte potsenmakers. Zij tonen hoe mensen zich juist niet moeten gedragen, vermaken het publiek tussen de verschillende dansen, assisteren de dansers en zien erop toe dat de toeschouwers zich respectvol gedragen.<BR> <BR> De poppen die kachinas voorstellen worden door mannen gemaakt, zijn 25-30 centimeter lang. De poppen worden samen met andere geschenken tijdens de pauzes van de kachina dansen aan de kinderen uitgedeeld, vooral aan meisjes die niet in religieuze genootschappen worden geïnitieerd. De poppen worden thuis aan een touw aan het plafond of de muur gehangen. Door de verhalen van hun ouders en familie over de kachinas worden kinderen geleidelijk ingewijd in hun betekenis voor de stam. De poppen worden door de Hopis "tihü" of "kachintihü" genoemd, hetgeen "pop" of "figuur" betekent.<BR> <BR> Waarschijnlijk werden kachina poppen voor het eerst in de achttiende eeuw vervaardigd. Zij kunnen zijn ontwikkeld uit de zogenaamde "pahos", kleine houten gebedsstokjes die met veren en maisblad zijn versierd, vaak beschilderd zijn en waarin soms ook de vorm van een gezicht is gesneden. De oudste vormen van kachina poppen zijn eenvoudig van vorm en uitvoering. Zij zijn meestal plat en vertonen weinig detail behalve het hoofd en het masker. Later werden de poppen rond. Pas vanaf het midden van de negentiende eeuw werden de poppen verzameld door blanken.<BR> <BR> Door het interesse van blanken in dergelijke poppen en het seculiere karakter ervan voor de Indianen, nam de productie ervan geleidelijk aan toe. Het opkomend toerisme droeg aan die ontwikkeling bij en leidde tot het maken van eenvoudige houten poppen en miniatuur kachinas. Het lichaam van de kachina poppen was aanvankelijk meestal statisch uitgebeeld maar vormen en beschildering werden in de loop der tijd steeds meer naturalistisch. Poppen die beweging uitbeeldden, de zogenaamde "action dolls", brachten ook meer geld op. Behalve beweging kreeg ook de detaillering steeds meer aan-dacht, zowel wat betreft houtsnijwerk en beschildering, als het toevoegen van accessoires. Recentelijk gingen enkele houtsnijders weer over tot het maken van kachina poppen in traditi-onele stijl, zoals Manfred Susunkewa. Verzame-laars en musea stimu-leerden het vervaardi-gen van hoogwaardige artistieke poppen die door een beperkt aantal kunstenaars worden ge-maakt. Zij signe-ren hun werk en verkopen dit vaak via de reguliere kunsthandel en museumwinkels. Tot de prominente verzamelaars van kachina-pop-pen behoren senator Barry Goldwater en acteur John Wayne.

Rammelaar

362-138, 138a<BR> Tigua rattle and incipient rattle; 362-138: gourd, wood, hide; l. 21 cm., d. 11 cm.; ca. 1880; 362-138a: gourd; d. 11 cm., h. 12 cm.; 1882.<BR> Gourd rattles are frequently encountered in archaeological context of the Anasazi ancestors of the Pueblos (Brown 1967:75-76). The wooden stem of this Tigua gourd rattle extends from the top. A wooden peg secures the sounding body, and the handle has a buckskin loop. The Tiguas refer to these instruments as guajes, a Spanish term meaning gourds, and they were used in virtually all ceremonies. Ysletans were involved in frequent dances, both ceremonial and secular, according to a calendrical cycle. A major event was the Shiâfürd, or Rattle Dance, taking place during the festival of the Ysletans' patron saint Nuestra Señora del Carmen. The first part is performed by two men and two women, and the second part by a large number of male dancers, all using rattles. The sequence of the dances takes the participants and spectators from the cemetery to the home of the majordomo, and finally to the church (Fewkes 1902:66; cf. Wright 1993:26,119,121,125,132-133; see also: Pueblo music below).<BR> The incipient rattle consists of a partially hollowed out gourd. The hollowing is done by putting small sharp rocks into the body of the squash and having children shake it to remove as much of the internal fiber as possible, to improve the sound. A Tewa informant added: "For ceremony, apply mud, for tourists paint in bright colors" (Kurath and Garcia 1970:290). The Tiguas and other Pueblo Indians regard the rattle as representing rain. It should be handled with care, as the rain must be earned by correctly performing rituals (cf. Wright 1993:132-133,153).<BR> (Hovens 2008-09)<BR> <BR> <BR> Pueblo rammelaars. Rammelaars zijn het muziekinstrument bij uitstek om ritme aan te geven. Dat geldt zowel voor de begeleiding dans zang en dans.<BR> <BR> Rammelaars werden uit veel verschillende materialen gemaakt, maar voor handrammelaars was de schaal van een uitgeholde kalebas (pompoen; Lagenaria vulgaris Ser.) favoriet, zowel vanwege de kwaliteit van het geluidseffect dat het klanklichaam voortbracht, als het gemak waarmee het oppervlak kon worden beschilderd. Om de schaal van de kalebas werd gekookt om ze te harden en geschikt te maken voor gebruik. In het klanklichaam werden kleine steentjes of gedroogde maïskorrels gedaan voor het geluidseffect. Soms gebruikte men ook brokjes bergkristal. Zowel de kristal als de maïs verwijzen naar vruchtbaarheid. Door de twee tegenover elkaar liggende gaten wordt een taps toelopende stok gestoken en vastgeklemd, en in het handvat wordt een gaatje gemaakt om een polsriemtje te bevestigen. Aangezien de kalebas in meerdere vormen voorkomt, treft men ook rammelaars die in verschillende vormen aan.<BR> <BR> Bij de Hopis worden de rammelaars aangeduid met de naam van de mythologische personages die er gebruik van maken in de kachina dansen. De kachina dasers geven de kleine jongens miniatuur rammelaars tijdens hun dansen in de pueblo.<BR> <BR> De symbolen die op de rammelaars zijn geschilderd, verwijzen vaak naar de vier windrichtingen of vruchtbaarheid. De platte rammelaars zijn onbeschilderd, of bij voorkeur met turkoois (blauwgroen) kleurstof geverfd. Soms zijn zij ook voorzien van een symbool, vaak verwijzend naar de vier windrichtingen: een kruis in gestileerde vorm of uitgebeeld als vier veren.<BR> <BR> De Hopis maakten ook rammelaars van gedroogde dierenhuid en kleine rammelaars van het crotum van dieren, vooral konijnen, gaffelantilopen, en bisons. De kleine scrotum rammelaars werden gebruikt om babies in slaap te sussen of als speelgoed. Het gebruik van rammelaars van konijnenscrotum werd geacht de vruchtbaarheid van vrouwen te bevorderen.<BR> <BR> Kachinas zijn bovennatuur-lijke wezens, geesten maar geen goden, die ieder een of meer-dere specifieke kenmerken bezit-ten. Deze komen tot uiting in vormen, kleuren en symbolen zoals lichaamsbeschildering, geweven en geborduurde kleding, voorwer-pen die zij bij zich dragen (dansstokken, dansplanken), geluiden die zij maken, de vorm van het hoofd of delen daarvan, e.d. Zij bren-gen regen en zonneschijn, helpen mensen persoonlijk, straffen overtreders en verbinden de mensen met de goden door als boodschappers tussen twee werel-den op te treden. De kachinas worden tijdens ceremonies gere-presenteerd door gemaskerde dansers die tijdens het ritueel door de geest die zij uitbeel-den in bezit worden genomen. De letterlijke betekenis van kachina is "levensvader" of "geest vader". De kachina cultus, bestaande uit een reeks gemaskerde dansen in het eerste halfjaar, is de belangrijkste in de ceremoniële jaarkalender van de Hopis. Tot de opmerkelijkste kachina-figuren horen de verschillende clowns zoals de bruine modderhoofden (mudheads) en de zwart-wit gestreepte potsenmakers. Zij tonen hoe mensen zich juist niet moeten gedragen, vermaken het publiek tussen de verschillende dansen, assisteren de dansers en zien erop toe dat de toeschouwers zich respectvol gedragen.<BR> <BR> De poppen die kachinas voorstellen worden door mannen gemaakt, zijn 25-30 centimeter lang. De poppen worden samen met andere geschenken tijdens de pauzes van de kachina dansen aan de kinderen uitgedeeld, vooral aan meisjes die niet in religieuze genootschappen worden geïnitieerd. De poppen worden thuis aan een touw aan het plafond of de muur gehangen. Door de verhalen van hun ouders en familie over de kachinas worden kinderen geleidelijk ingewijd in hun betekenis voor de stam. De poppen worden door de Hopis "tihü" of "kachintihü" genoemd, hetgeen "pop" of "figuur" betekent.<BR> <BR> Waarschijnlijk werden kachina poppen voor het eerst in de achttiende eeuw vervaardigd. Zij kunnen zijn ontwikkeld uit de zogenaamde "pahos", kleine houten gebedsstokjes die met veren en maisblad zijn versierd, vaak beschilderd zijn en waarin soms ook de vorm van een gezicht is gesneden. De oudste vormen van kachina poppen zijn eenvoudig van vorm en uitvoering. Zij zijn meestal plat en vertonen weinig detail behalve het hoofd en het masker. Later werden de poppen rond. Pas vanaf het midden van de negentiende eeuw werden de poppen verzameld door blanken.<BR> <BR> Door het interesse van blanken in dergelijke poppen en het seculiere karakter ervan voor de Indianen, nam de productie ervan geleidelijk aan toe. Het opkomend toerisme droeg aan die ontwikkeling bij en leidde tot het maken van eenvoudige houten poppen en miniatuur kachinas. Het lichaam van de kachina poppen was aanvankelijk meestal statisch uitgebeeld maar vormen en beschildering werden in de loop der tijd steeds meer naturalistisch. Poppen die beweging uitbeeldden, de zogenaamde "action dolls", brachten ook meer geld op. Behalve beweging kreeg ook de detaillering steeds meer aan-dacht, zowel wat betreft houtsnijwerk en beschildering, als het toevoegen van accessoires. Recentelijk gingen enkele houtsnijders weer over tot het maken van kachina poppen in traditi-onele stijl, zoals Manfred Susunkewa. Verzame-laars en musea stimu-leerden het vervaardi-gen van hoogwaardige artistieke poppen die door een beperkt aantal kunstenaars worden ge-maakt. Zij signe-ren hun werk en verkopen dit vaak via de reguliere kunsthandel en museumwinkels. Tot de prominente verzamelaars van kachina-pop-pen behoren senator Barry Goldwater en acteur John Wayne.