Dit object is gemaakt van een halve kalebas. Het is versierd met in bas reliëf uitgegrifte figuren, die opgevuld zijn met een witte kleurstof. De versiering bestaat uit planten. De methode van versiering is typisch Afrikaans, namelijk schuine lijnen die de versiering in segmenten verdeeld en zo elk zelfstandig versierd zijn. Verder is de versiering simpel en bestaat uit stippels. Waarschijnlijk is dit object gemaakt door slaven uit Afrika die naar Suriname werden gebracht om daar op de plantages te werken. Halve kalebassen worden meestal gebruikt als kom om uit te eten, te drinken, water mee te scheppen, kruiden klaar te maken, of om de handen te wassen na een maaltijd.<BR> <BR> Om de kom te maken wordt de kalebas, nadat hij van de boom is gesneden, doorgesneden aan de stamkant waardoor er twee stukken ontstaan. Het vruchtvlees wordt ruw weg verwijderd, en indien nodig door koken volledig verwijdert. Het voordeel van de kalebasschil is dat hij tegen hitte bestand is, dun maar toch sterk.