Altaarfiguur

Tshol- figuren werden op altaren geplaatst en vooral gebruikt in de vervolging van degenen die zich hadden ingelaten met kwade krachten. Van alle rituele beeldhouwwerken bij de Baga, kende de Tshol de meeste kracht en was het meest in geheimzinnigheid gehuld.<BR> Tshol, of het meervoud a-Tshol wordt meestal vertaald als 'medicijn', daarmee een grote variatie aan mengsels en materialen met geneeskrachtige werking aanduidend. Kort gezegd alles wat een transformerende werking zowel fysiek als spiritueel in zich draagt, wordt bij de Baga aangeduidt als a-Tshol. Het altaar of de a-Tshol zelf konden met deze medicijnen gevuld zijn. De a-Tshol werd over het algemeen bewaard in het heilige huis van de clan, de kä-lö-kä-pön wat zoveel betekend als het grote huis. Dit huis kon variëren van een eenvoudige hut, tot een volwaardig huis, of de a-Tshol werd gewoonweg bewaard in het huis van de oudste man van de clan. Het altaar waarop de Tshol werd geplaatst wordt añ-gbip genoemd, de Tshol mag onder geen beding de grond raken. Eenmaal op het altaar werd het figuur aan het zicht ontrokken door afhangende palmbladeren. <BR> Het altaar werd niet altijd alleen gebruikt voor de a-Tshol, er konden tevens andere objecten op staan, waarbij de a-Tshol offergaven ontving.<BR> De a-Tshol werd alleen uit het heilige huis gehaald tijdens spirituele hoogtijdagen zoals initiaties van de jongens en de meisjes, begrafenissen van de stamoudsten en aan het begin van het droogte seizoen.<BR> <BR> Beschrijving<BR> Houten figuur met zowel aan de voor- als achterzijde een antropomorf gezicht. Het gezicht aan de voorzijde heeft zoömorfe trekken lijkend op een vogelkop met zeer grote snavel. Deze is voorzien van geometrische motieven evenals het voorhoofd. Het tweede antropomorfe gezicht is een stuk kleiner dan het eerste en vertoond geometrische motieven over het hele gelaat. Het achterhoofd van het grote eerste antropomorfe gezicht is conisch van vorm met opengewerkte driehoeken.Het bestaat uit twee delen, n.l. een standaard met een opzetstuk. Standaard in de vorm van een met geometrische motieven bewerkte korf met een steel, waarop het antropomorf/ zoömorf vogelmasker is geplaats. De korte zuil stijgt uit het cylindrisch voetstuk. De puntige snavel steekt ver uit en zorgt voor het evenwicht van het gehele beeld.

Altaarfiguur

Tshol- figuren werden op altaren geplaatst en vooral gebruikt in de vervolging van degenen die zich hadden ingelaten met kwade krachten. Van alle rituele beeldhouwwerken bij de Baga, kende de Tshol de meeste kracht en was het meest in geheimzinnigheid gehuld.<BR> Tshol, of het meervoud a-Tshol wordt meestal vertaald als 'medicijn', daarmee een grote variatie aan mengsels en materialen met geneeskrachtige werking aanduidend. Kort gezegd alles wat een transformerende werking zowel fysiek als spiritueel in zich draagt, wordt bij de Baga aangeduidt als a-Tshol. Het altaar of de a-Tshol zelf konden met deze medicijnen gevuld zijn. De a-Tshol werd over het algemeen bewaard in het heilige huis van de clan, de kä-lö-kä-pön wat zoveel betekend als het grote huis. Dit huis kon variëren van een eenvoudige hut, tot een volwaardig huis, of de a-Tshol werd gewoonweg bewaard in het huis van de oudste man van de clan. Het altaar waarop de Tshol werd geplaatst wordt añ-gbip genoemd, de Tshol mag onder geen beding de grond raken. Eenmaal op het altaar werd het figuur aan het zicht ontrokken door afhangende palmbladeren. <BR> Het altaar werd niet altijd alleen gebruikt voor de a-Tshol, er konden tevens andere objecten op staan, waarbij de a-Tshol offergaven ontving.<BR> De a-Tshol werd alleen uit het heilige huis gehaald tijdens spirituele hoogtijdagen zoals initiaties van de jongens en de meisjes, begrafenissen van de stamoudsten en aan het begin van het droogte seizoen.<BR> <BR> Beschrijving<BR> Houten figuur met zowel aan de voor- als achterzijde een antropomorf gezicht. Het gezicht aan de voorzijde heeft zoömorfe trekken lijkend op een vogelkop met zeer grote snavel. Deze is voorzien van geometrische motieven evenals het voorhoofd. Het tweede antropomorfe gezicht is een stuk kleiner dan het eerste en vertoond geometrische motieven over het hele gelaat. Het achterhoofd van het grote eerste antropomorfe gezicht is conisch van vorm met opengewerkte driehoeken.Het bestaat uit twee delen, n.l. een standaard met een opzetstuk. Standaard in de vorm van een met geometrische motieven bewerkte korf met een steel, waarop het antropomorf/ zoömorf vogelmasker is geplaats. De korte zuil stijgt uit het cylindrisch voetstuk. De puntige snavel steekt ver uit en zorgt voor het evenwicht van het gehele beeld.