De deuren uit het Oostafrikaanse kustgebied hebben een aantal kenmerken die hen tot typisch Swahili bestempelen. De deuren bestaan doorgaans uit twee helften en zijn rechthoekig van vorm. Een centrale deurpost, van binnenuit bezien aan het rechter deurpaneel bevestigd, valt over de kier waar beide deurdelen samenkomen. Deze centrale deurpost is met houtsnijwerk versierd. De rechterdeur wordt de 'mannelijke', de linkerdeur de 'vrouwelijke' genoemd. Daarnaast hebben de deuren een houten onder- en bovendrempel en zijn de deurpanelen glad en onbewerkt afgezien van enkele ijzeren spijkers. <BR> De kwaliteit en afmetingen van een deur vormen een aanwijzing voor de sociale status van de eigenaar, maar zijn eveneens een uitdrukking van zijn morele standing: zijn reputatie, zuiverheid en wellevendheid. Deze deur is afkomstig uit Bagamoyo en is waarschijnlijk gemaakt aan het einde van de 19de eeuw voor de lokale markt. De bovendrempel van de deur heeft een patroon van rozetten. De centrale deurpost heeft rozet- en lotusbloemmotieven, terwijl in de zijposten dadel- en zigzagmotieven zijn uitgesneden. <BR> Men herkent aan de lotusbloem de Indiase invloed. De lotusbloem is een oud symbool voor nageslacht en welvaart, goddelijke zegen en wijsheid. De dadelpalm symboliseert overvloed en rijkdom en verwijst naar de invloed uit Somalië en Arabië. <BR> <BR> <BR> <BR> <BR> Beschrijving<BR> Onderdeel van een houten deur waarvan de bovenrand en de zijranden geheel versierd zijn met bloemmotieven. De versieringen hebben als steeds terugkerend motief de lotusbloem, een rosette en een dadelpalm. In de lengte loopt in het midden van de deur een versierde balk. Deze balk verdeelt de deur in twee panelen. Op beide panelen zijn ter versiering knoppen aangebracht. Rechts negen stuks, links twaalf.<BR> Collectienr. 92-1 1/1 is de deur, 92-2 2/2 is het slot van de deur.