Parokhet

Zoals de inscriptie op dit kleed aangeeft gaat het hier om een “verfraaide mappa.” Een mappa is een kleed dat werd gebruikt om een Torah-rol te bedekken, wanneer deze uit de “heilige kast”, de aron kodesj, werd genomen. De Torah-rol lag dan open op een lessenaar horend bij een spreekgestoelte, de bima, en werd door de mappa bedekt gedurende de momenten dat het lezen eruit onderbroken werd.<BR> <BR> De Hebreeuwse inscriptie op dit kleed luidt als volgt: "Deze verfraaide mappa, ter ere van het boek van de Torah [sefer Torah], [is een] donatie van de vrouw Chaninah, dochter van de rabbijn David [?] Ganon en [van] Hasiba en [woord dat onduidelijk is] voor de feestelijke gelegenheid [de simchah] van de gelofte gedaan op de 8e van de maand Tisjri in het jaar 5720 [1960 A.D.].”<BR> <BR> Ceremoniële objecten in de synagoge werden vaak geschonken door de leden van de joodse gemeenschap. Vaak werd dat gedaan ter gelegenheid van een belangrijk moment in het leven van de schenker of ter nagedachtenis aan een overledene. Om die reden is het de gewoonte om de naam van de schenker op het voorwerp de vermelden. Het ontwerp verschilde per gemeenschap en was afhankelijk van de lokale cultuur. Wel werd er vaak gekozen voor een luxe stof. In veel joodse gemeenten was het een gewoonte om een stuk kostbare stof te gebruiken dat al in bezit van de familie was, bijvoorbeeld een kledingstuk voor vrouwen.<BR> <BR> Op dit Torah-kleed zijn drie zespuntige sterren, ofwel davidsterren, afgebeeld. Het getal drie staat in het jodendom voor volledigheid en kan onder andere verwijzen naar de drie aartsvaders Abraham, Isaak en Jakob.<BR> <BR> Vervaardiging<BR> Blauw fluwelen kleed met franje van gouddraad. De figuren zijn aangebracht door een dun goudkleurig koord op het fluweel te naaien. Bovenaan in het midden is een strook van wit katoen, dat is afgebiesd met hetzelfde koord, genaaid. De Hebreeuwse tekst op de strook is met een pen geschreven.<BR> <BR> Het kleed is aan de achterkant afgewerkt met wit satijn dat is afgebiesd met keperband. Hierop is eveneens een wit katoenen strook met handgeschreven tekst aangebracht, ditmaal afgebiesd met een wit katoenen koord. Bovenaan is een tunnel genaaid voor het blauwe katoenen koord met de gele kwast zodat het kleed opgehangen kan worden.

Parokhet

Zoals de inscriptie op dit kleed aangeeft gaat het hier om een “verfraaide mappa.” Een mappa is een kleed dat werd gebruikt om een Torah-rol te bedekken, wanneer deze uit de “heilige kast”, de aron kodesj, werd genomen. De Torah-rol lag dan open op een lessenaar horend bij een spreekgestoelte, de bima, en werd door de mappa bedekt gedurende de momenten dat het lezen eruit onderbroken werd.<BR> <BR> De Hebreeuwse inscriptie op dit kleed luidt als volgt: "Deze verfraaide mappa, ter ere van het boek van de Torah [sefer Torah], [is een] donatie van de vrouw Chaninah, dochter van de rabbijn David [?] Ganon en [van] Hasiba en [woord dat onduidelijk is] voor de feestelijke gelegenheid [de simchah] van de gelofte gedaan op de 8e van de maand Tisjri in het jaar 5720 [1960 A.D.].”<BR> <BR> Ceremoniële objecten in de synagoge werden vaak geschonken door de leden van de joodse gemeenschap. Vaak werd dat gedaan ter gelegenheid van een belangrijk moment in het leven van de schenker of ter nagedachtenis aan een overledene. Om die reden is het de gewoonte om de naam van de schenker op het voorwerp de vermelden. Het ontwerp verschilde per gemeenschap en was afhankelijk van de lokale cultuur. Wel werd er vaak gekozen voor een luxe stof. In veel joodse gemeenten was het een gewoonte om een stuk kostbare stof te gebruiken dat al in bezit van de familie was, bijvoorbeeld een kledingstuk voor vrouwen.<BR> <BR> Op dit Torah-kleed zijn drie zespuntige sterren, ofwel davidsterren, afgebeeld. Het getal drie staat in het jodendom voor volledigheid en kan onder andere verwijzen naar de drie aartsvaders Abraham, Isaak en Jakob.<BR> <BR> Vervaardiging<BR> Blauw fluwelen kleed met franje van gouddraad. De figuren zijn aangebracht door een dun goudkleurig koord op het fluweel te naaien. Bovenaan in het midden is een strook van wit katoen, dat is afgebiesd met hetzelfde koord, genaaid. De Hebreeuwse tekst op de strook is met een pen geschreven.<BR> <BR> Het kleed is aan de achterkant afgewerkt met wit satijn dat is afgebiesd met keperband. Hierop is eveneens een wit katoenen strook met handgeschreven tekst aangebracht, ditmaal afgebiesd met een wit katoenen koord. Bovenaan is een tunnel genaaid voor het blauwe katoenen koord met de gele kwast zodat het kleed opgehangen kan worden.