Parokhet

Dit kleed werd gebruikt in de synagoge als parokhet, een voorhang voor de Heilige Ark waarin zich de Torahrollen bevinden. De Hebreeuwe tekst in het midden vermeldt dat het kleed is geschonken (aan de synagoge) ter nagedachtenis aan een man genaamd Mordéchay Amouyal en zijn vrouw Hanna.<BR> <BR> Ceremoniële objecten in de synagoge werden vaak geschonken door de leden van de joodse gemeenschap. Vaak werd dat gedaan ter gelegenheid van een belangrijk moment in het leven van de schenker of ter nagedachtenis aan een overledene. Om die reden is het de gewoonte om de naam van de schenker op het voorwerp de vermelden. Het ontwerp verschilde per gemeenschap en was afhankelijk van de lokale cultuur. Wel werd er vaak gekozen voor een luxe stof. In veel joodse gemeenten was het een gewoonte om een stuk kostbare stof te gebruiken dat al in bezit van de familie was, bijvoorbeeld een kledingstuk voor vrouwen.<BR> <BR> Het kleed is voorts rijk versierd met bloemmotieven, handsymbolen, davidsterren, duiven en een Ark van zilverdraad. De Ark staat in het midden van het kleed afgebeeld. De davidster wordt in het jodendom als sinds de 6e eeuw v.C. gebruikt, maar wordt pas sinds tweehonderd jaar herkend als een van de belangrijkste symbolen voor het jodendom, zowel door joden als door niet-joden. De herkomst van het symbool is niet volledig duidelijk en heeft geen specifieke religieuze betekenis. De ster wordt voornamelijk gebruikt als symbool voor de joodse identiteit, maar wordt ook gebruikt als amulet voor geluk. Op deze mappa zijn drie sterren afgebeeld. Het getal drie staat in het jodendom voor volledigheid en kan onder andere verwijzen naar de drie aartsvaders Abraham, Isaak en Jakob.<BR> <BR> Daarnaast worden er vier handen afgebeeld. Dit symbool wordt gedragen als bescherming tegen het boze oog. De hand symboliseert de beschermende hand van God en wordt als symbool zowel gebruikt in het jodendom als in de islam. De hand als amulet was van oudsher populair onder Sefardische joden, de joden wier voorouders afkomstig waren uit Spanje. Ook Marokko kende Sefardische gemeenschappen. Op twee van de handen rusten duiven, het symbool voor reinheid, onschuld en schoonheid. <BR> <BR> De vier bloemmotieven zijn gestileerde afbeeldingen van de “shoshanah,” een bloem waarnaar gerefereerd wordt in de Bijbel. Omschrijvingen van de shoshanah doen wetenschappers vermoeden dat de bijbelse bloem een lelie moet zijn geweest. De bloem wordt gezien symbool voor de verbintenis tussen God en het joodse volk en wordt om die reden veelvuldig afgebeeld op ceremoniële objecten in de synagoge.<BR> <BR> Vervaardiging<BR> Paars fluwelen kleed met franje van zilverdraad. De figuren zijn aangebracht door roze, grijs en okerkleurig koord waarin zilverdraad is verwerkt op het fluweel te naaien. De vier bovenste figuren hebben een inzet van groen gebloemd katoen. De tekst is met de hand geborduurd in zilvergrijs zijdedraad. Bovenaan is een baan van gebloemd fluweel op een katoenen basis genaaid. Het katoenen koord met de kwast is hieraan met een machine vastgestikt.<BR> <BR> Het kleed is aan de achterkant afgewerkt met een gestreepte kunstzijde (?) dat is afgebiesd met keperband. Bovenaan is een blauwe katoenen baan genaaid waarin links en rechts gaten zijn geknipt zodat het kleed met een stok of koord opgehangen kan worden.

Parokhet

Dit kleed werd gebruikt in de synagoge als parokhet, een voorhang voor de Heilige Ark waarin zich de Torahrollen bevinden. De Hebreeuwe tekst in het midden vermeldt dat het kleed is geschonken (aan de synagoge) ter nagedachtenis aan een man genaamd Mordéchay Amouyal en zijn vrouw Hanna.<BR> <BR> Ceremoniële objecten in de synagoge werden vaak geschonken door de leden van de joodse gemeenschap. Vaak werd dat gedaan ter gelegenheid van een belangrijk moment in het leven van de schenker of ter nagedachtenis aan een overledene. Om die reden is het de gewoonte om de naam van de schenker op het voorwerp de vermelden. Het ontwerp verschilde per gemeenschap en was afhankelijk van de lokale cultuur. Wel werd er vaak gekozen voor een luxe stof. In veel joodse gemeenten was het een gewoonte om een stuk kostbare stof te gebruiken dat al in bezit van de familie was, bijvoorbeeld een kledingstuk voor vrouwen.<BR> <BR> Het kleed is voorts rijk versierd met bloemmotieven, handsymbolen, davidsterren, duiven en een Ark van zilverdraad. De Ark staat in het midden van het kleed afgebeeld. De davidster wordt in het jodendom als sinds de 6e eeuw v.C. gebruikt, maar wordt pas sinds tweehonderd jaar herkend als een van de belangrijkste symbolen voor het jodendom, zowel door joden als door niet-joden. De herkomst van het symbool is niet volledig duidelijk en heeft geen specifieke religieuze betekenis. De ster wordt voornamelijk gebruikt als symbool voor de joodse identiteit, maar wordt ook gebruikt als amulet voor geluk. Op deze mappa zijn drie sterren afgebeeld. Het getal drie staat in het jodendom voor volledigheid en kan onder andere verwijzen naar de drie aartsvaders Abraham, Isaak en Jakob.<BR> <BR> Daarnaast worden er vier handen afgebeeld. Dit symbool wordt gedragen als bescherming tegen het boze oog. De hand symboliseert de beschermende hand van God en wordt als symbool zowel gebruikt in het jodendom als in de islam. De hand als amulet was van oudsher populair onder Sefardische joden, de joden wier voorouders afkomstig waren uit Spanje. Ook Marokko kende Sefardische gemeenschappen. Op twee van de handen rusten duiven, het symbool voor reinheid, onschuld en schoonheid. <BR> <BR> De vier bloemmotieven zijn gestileerde afbeeldingen van de “shoshanah,” een bloem waarnaar gerefereerd wordt in de Bijbel. Omschrijvingen van de shoshanah doen wetenschappers vermoeden dat de bijbelse bloem een lelie moet zijn geweest. De bloem wordt gezien symbool voor de verbintenis tussen God en het joodse volk en wordt om die reden veelvuldig afgebeeld op ceremoniële objecten in de synagoge.<BR> <BR> Vervaardiging<BR> Paars fluwelen kleed met franje van zilverdraad. De figuren zijn aangebracht door roze, grijs en okerkleurig koord waarin zilverdraad is verwerkt op het fluweel te naaien. De vier bovenste figuren hebben een inzet van groen gebloemd katoen. De tekst is met de hand geborduurd in zilvergrijs zijdedraad. Bovenaan is een baan van gebloemd fluweel op een katoenen basis genaaid. Het katoenen koord met de kwast is hieraan met een machine vastgestikt.<BR> <BR> Het kleed is aan de achterkant afgewerkt met een gestreepte kunstzijde (?) dat is afgebiesd met keperband. Bovenaan is een blauwe katoenen baan genaaid waarin links en rechts gaten zijn geknipt zodat het kleed met een stok of koord opgehangen kan worden.