De Tamarinde boom

Tekening<BR> Tekening gemaakt door marinecommandant Hendrik Huygens (1810-1867) omstreeks 1850. De tekening, die op een passe-partout geplakt is, is een gewassen potloodtekening. De passe-partout is voorzien van de met pen beschreven titel De Tamarinde boom. Het is niet bekend of passe-partout en titel origineel zijn, maar het handschrift is negentiende-eeuws (1). De tekening is onderdeel van een set van 26 aangekochte tekeningen van de hand van Hendrik Huygens, die hoogstwaarschijnlijk allen Suriname verbeelden. <BR> <BR> Voorstelling<BR> Het is een staande voorstelling. We zien een landschap, met centraal in het beeldvlak twee grote bomen. Dit zijn (volgens de titel) Tamarinde bomen. Zij zijn van wortels tot kruin weergegeven. Onder één van de twee bomen zitten en staan drie figuurtjes. Zij vormen een groepje. De staande figuur draagt witte onderkleding. De figuren zijn klein en schetsmatig weergegeven. Rechts van het midden zien wij een huisje, gemaakt van horizontale planken en met een dak. <BR> <BR> Tamarinde bomen<BR> De Tamarindeboom was een boomsoort die oorspronkelijk uit Afrika kwam. Volgens landbouwkundige M.D. Teenstra, die in 1828 naar Suriname was gekomen en in 1835 een boek publiceerde over de landbouw aldaar, groeide de Tamarinde merendeels op hoge landen. De stam was met een bijna witte schors omgeven, hier en daar gebronsd van kleur, en de bloesem was zeer fijn. Het hout van de Tamarinde was geschikt voor meubels. Uit de pulp in de peulen kan men tamarindestroop bereiden. <BR> <BR> Fascinatie voor natuur<BR> Huygens besteedde duidelijk aandacht aan de twee Tamarindes. De bomen staan majestueus in het landschap, en doen het groepje figuren zeer klein lijken. In dit kader is gesuggereerd dat de kleine mens in Gods grote natuur het onderwerp van de tekeningen is. (2) Het is één van de vele tekeningen in de set die doet concluderen dat Huygens gefascineerd was door de natuur van Suriname. De verschillen in bladergroei en begroeiing probeerde Huygens voor elke boom opnieuw vast te leggen. Hij was overigens niet de enige die in deze periode de natuur tot onderwerp van zijn tekeningen nam. Wij kennen de botanische tekeningen van Maria Sybilla Merian (1647-1717), die speciaal naar de kolonie kwam om de flora en fauna vast te leggen. Deze interesse bestond ook bij de in Suriname geboren Gerrit Schouten, die dit rond 1820 deed. (3) Maar ook Nederlandse reizigers zoals Arnold Borret (griffier, rechter, priester. Vanaf 1878 in Suriname), die met zijn natuurtekeningen geen aantoonbare wetenschappelijke pretenties had, waren duidelijk onder de indruk van de natuur. Net als Huygens maakte hij vele boomschetsen. (4) Deze interesse in de natuur is bovendien vaker te herkennen in de visuele cultuur van de koloniën in de Caribische regio, bijvoorbeeld de Engelse en Franse. Soms wordt de interesse in de natuur van de koloniën verbonden aan het discours over raciale vermenging. Men heeft bijvoorbeeld gesuggereerd dat landschapsafbeeldingen werden ingezet om de plantagemaatschappij te presenteren als een ‘organische agent van verrijking en vruchtbaarheid’. Het kunstmatige aanplanten van gewassen uit Europa zou harmonieus samenvallen met de verscheidenheid van de flora in de koloniën, en de printcultuur zou daarbij worden ingezet om de variatie van het landschap te benadrukken. (5)<BR> <BR> Kopie<BR> Hendrik Huygens heeft meer geproduceerd dan alleen deze 26 tekeningen. Er zijn nog een zeventigtal werken van zijn hand bekend, die waarschijnlijk eveneens Suriname verbeelden. Een deel daarvan is beschreven door historicus Rudolf van Lier, in een publicatie van de Amsterdamse antiquair Emmering. (6) Hieruit blijkt dat er van sommige tekeningen meerdere versies bestaan, soms uitgevoerd in aquarel. Van deze tekening is geen dubbeling bekend. <BR> Er is een werk van Huygens (die overigens niet tot deze collectie behoort) gereproduceerd in lithografie door steendrukkerij C.W. Mieling; in het tijdschrift Le Moniteur des Indes-Orientales et Occidentales (1848/1849). Voor zover bekend is het de enige aquarel van Huygens die gepubliceerd is.<BR> <BR> Noten<BR> (1) Dit stellen kunsthandelaren Guus Roell en Deon Viljoen in hun veilingcatalogus Uit Verre Streken (2012), waarin een set van 28 tekeningen van de hand van Huygens onder veilingnummer 2 werd aangeboden.<BR> (2) Elmer Kolfin, Van de slavenzweep en de muze. Twee eeuwen verbeelding van slavernij in Suriname (Leiden 1997) 88.<BR> (3) Rosemarijn Hoefte en Clazien Medendorp, Suriname: gezichten, typen en costumen naar de natuur getekend door A. Borret (1848-1888) (Leiden 2003).<BR> (4) Rosemarijn Hoefte en Clazien Medendorp, Suriname: gezichten, typen en costumen naar de natuur getekend door A. Borret (1848-1888) (Leiden 2003) 29-30.<BR> (5) Jill H. Casid, Sowing Empire. Landscape and Colonization (Minneapolis, 2005).<BR> (6) R. van Lier, Suriname omstreeks 1850. 22 tekeningen en aquarellen door Hendrik Huygens (1810-1867) (Amsterdam 1978).<BR> <BR> <BR> Vervaardiging<BR> Tekening van potlood en gewassen pen. Lijnen getekend en verdund met water zodat er "vlekken" ontstaan.

De Tamarinde boom

Tekening<BR> Tekening gemaakt door marinecommandant Hendrik Huygens (1810-1867) omstreeks 1850. De tekening, die op een passe-partout geplakt is, is een gewassen potloodtekening. De passe-partout is voorzien van de met pen beschreven titel De Tamarinde boom. Het is niet bekend of passe-partout en titel origineel zijn, maar het handschrift is negentiende-eeuws (1). De tekening is onderdeel van een set van 26 aangekochte tekeningen van de hand van Hendrik Huygens, die hoogstwaarschijnlijk allen Suriname verbeelden. <BR> <BR> Voorstelling<BR> Het is een staande voorstelling. We zien een landschap, met centraal in het beeldvlak twee grote bomen. Dit zijn (volgens de titel) Tamarinde bomen. Zij zijn van wortels tot kruin weergegeven. Onder één van de twee bomen zitten en staan drie figuurtjes. Zij vormen een groepje. De staande figuur draagt witte onderkleding. De figuren zijn klein en schetsmatig weergegeven. Rechts van het midden zien wij een huisje, gemaakt van horizontale planken en met een dak. <BR> <BR> Tamarinde bomen<BR> De Tamarindeboom was een boomsoort die oorspronkelijk uit Afrika kwam. Volgens landbouwkundige M.D. Teenstra, die in 1828 naar Suriname was gekomen en in 1835 een boek publiceerde over de landbouw aldaar, groeide de Tamarinde merendeels op hoge landen. De stam was met een bijna witte schors omgeven, hier en daar gebronsd van kleur, en de bloesem was zeer fijn. Het hout van de Tamarinde was geschikt voor meubels. Uit de pulp in de peulen kan men tamarindestroop bereiden. <BR> <BR> Fascinatie voor natuur<BR> Huygens besteedde duidelijk aandacht aan de twee Tamarindes. De bomen staan majestueus in het landschap, en doen het groepje figuren zeer klein lijken. In dit kader is gesuggereerd dat de kleine mens in Gods grote natuur het onderwerp van de tekeningen is. (2) Het is één van de vele tekeningen in de set die doet concluderen dat Huygens gefascineerd was door de natuur van Suriname. De verschillen in bladergroei en begroeiing probeerde Huygens voor elke boom opnieuw vast te leggen. Hij was overigens niet de enige die in deze periode de natuur tot onderwerp van zijn tekeningen nam. Wij kennen de botanische tekeningen van Maria Sybilla Merian (1647-1717), die speciaal naar de kolonie kwam om de flora en fauna vast te leggen. Deze interesse bestond ook bij de in Suriname geboren Gerrit Schouten, die dit rond 1820 deed. (3) Maar ook Nederlandse reizigers zoals Arnold Borret (griffier, rechter, priester. Vanaf 1878 in Suriname), die met zijn natuurtekeningen geen aantoonbare wetenschappelijke pretenties had, waren duidelijk onder de indruk van de natuur. Net als Huygens maakte hij vele boomschetsen. (4) Deze interesse in de natuur is bovendien vaker te herkennen in de visuele cultuur van de koloniën in de Caribische regio, bijvoorbeeld de Engelse en Franse. Soms wordt de interesse in de natuur van de koloniën verbonden aan het discours over raciale vermenging. Men heeft bijvoorbeeld gesuggereerd dat landschapsafbeeldingen werden ingezet om de plantagemaatschappij te presenteren als een ‘organische agent van verrijking en vruchtbaarheid’. Het kunstmatige aanplanten van gewassen uit Europa zou harmonieus samenvallen met de verscheidenheid van de flora in de koloniën, en de printcultuur zou daarbij worden ingezet om de variatie van het landschap te benadrukken. (5)<BR> <BR> Kopie<BR> Hendrik Huygens heeft meer geproduceerd dan alleen deze 26 tekeningen. Er zijn nog een zeventigtal werken van zijn hand bekend, die waarschijnlijk eveneens Suriname verbeelden. Een deel daarvan is beschreven door historicus Rudolf van Lier, in een publicatie van de Amsterdamse antiquair Emmering. (6) Hieruit blijkt dat er van sommige tekeningen meerdere versies bestaan, soms uitgevoerd in aquarel. Van deze tekening is geen dubbeling bekend. <BR> Er is een werk van Huygens (die overigens niet tot deze collectie behoort) gereproduceerd in lithografie door steendrukkerij C.W. Mieling; in het tijdschrift Le Moniteur des Indes-Orientales et Occidentales (1848/1849). Voor zover bekend is het de enige aquarel van Huygens die gepubliceerd is.<BR> <BR> Noten<BR> (1) Dit stellen kunsthandelaren Guus Roell en Deon Viljoen in hun veilingcatalogus Uit Verre Streken (2012), waarin een set van 28 tekeningen van de hand van Huygens onder veilingnummer 2 werd aangeboden.<BR> (2) Elmer Kolfin, Van de slavenzweep en de muze. Twee eeuwen verbeelding van slavernij in Suriname (Leiden 1997) 88.<BR> (3) Rosemarijn Hoefte en Clazien Medendorp, Suriname: gezichten, typen en costumen naar de natuur getekend door A. Borret (1848-1888) (Leiden 2003).<BR> (4) Rosemarijn Hoefte en Clazien Medendorp, Suriname: gezichten, typen en costumen naar de natuur getekend door A. Borret (1848-1888) (Leiden 2003) 29-30.<BR> (5) Jill H. Casid, Sowing Empire. Landscape and Colonization (Minneapolis, 2005).<BR> (6) R. van Lier, Suriname omstreeks 1850. 22 tekeningen en aquarellen door Hendrik Huygens (1810-1867) (Amsterdam 1978).<BR> <BR> <BR> Vervaardiging<BR> Tekening van potlood en gewassen pen. Lijnen getekend en verdund met water zodat er "vlekken" ontstaan.