Verticale rolschildering met Osama bin Laden en 9/11

Verticale rolschildering ('pat') met als voorstelling: Osama bin Laden en 9/11, de aanval op het World Trade Center te New York op 11 september 2001. Geschilderd door Uttam Chitrakar, uit het kunstenaarsdorp Naya, bij Pingla (dorp), district Medinipur, West Bengal (deelstaat in Oost-India). Uttam is de zoon van mevrouw Sinhalata Chitrakar die de tsunami pat schilderde (zie 6286-19).<BR> <BR> Deze rolschildering vertelt het verhaal van de aanslag op de Twin Towers in acht episodes die in chronologische volgorde zijn afgebeeld. In de eerste episode instrueert Osama bin Laden zijn volgelingen, die allen zijn gekleed in hemd met wikkelrok. Daarna is een vliegtuig te zien, de voorkant is weergegeven in de vorm van het hoofd van Bin Laden. Het vliegtuig boort zich in de Twin Towers, afgebeeld als gebouwen met vele ramen. Op de vierde tekening onderhoudt George Bush zijn troepen, te herkennen aan de bruine uniformen, waarna Amerikaanse bommenwerpers de aanval op Afghanistan openen. Hierop volgt een confrontatie tussen de strijders van Bin Laden en de Amerikaanse militairen in de Afghaanse bergen. Het een-na-laatste beeld is hetzelfde als het eerste. Weer spreekt Bin Laden zijn volgelingen toe, maar nu om afscheid te nemen. In de slotscène gaat hij er op een bruin paard vandoor in de richting van zijn schuilplaats.<BR> <BR> In veel delen van India hebben eeuwenlang verhalenvertellers rondgetrokken. Sommigen vertelden hun verhaal zingend, in combinatie met een beschilderde rol waarop de episodes staan afgebeeld. In Bengalen (zowel het gebied dat nu deel uitmaakt van Bangladesh als de Indiase deelstaat West Bengal) heten de minstreels patua. Zij zijn zowel verhalende zangers als de schilders van verticale vertelrollen, genaamd pat. De verhalen hadden meestal een religieuze context. <BR> <BR> Door de sterk toegenomen impact van moderne informatie verschaffers en verhalenoverdagers als bioscoop, tv, dvd en internet is het emplooi van de patua's sterk afgenomen. Velen hebben zich aangepast aan de moderne tijd en zijn actuele thema's gaan schilderen zoals historische en politieke actualiteit (de moord op Indira Gandhi, communalistische rellen zoals rondom de Babri Masjid/Ram Mandir, 9/11), natuurrampen (aardbevingen, de tsunami van 26.12.2004) of actuele maatschappelijke thema's (aids, scholing voor meisjes, gelijkberechtiging van vrouwen). In afgelegen dorpjes vinden zij hiermee, ondanks dat ook daar tv is doorgedrongen, nog enigermate klandizie. <BR> Maar de meeste pats met een modern thema worden nu vervaardigd voor 'stedelingen' die moderne rurale kunst aan de muur willen en voor binnen- en buitenlandse toeristen. In de dorpen koopt niemand een pat.Sommige nieuwe schilderingen met een nieuw thema worden gecreëerd zonder een lied erbij.<BR> <BR> De meeste patua's zijn moslim (vroeger waren zij hindoe maar de meesten zijn overgegaan op de islam) doch er komen ook enkele hindoes onder hen voor. Hun verhalen droegen altijd de signatuur van beide geloofsrichtingen. De zangers - en schilders - waren altijd mannen. Tegenwoordig worden de pats ook geschilderd door vrouwen, die echter niet zingen. Het zingen is sowieso afgenomen.<BR> <BR> Vervaardiging<BR> Gouache (waterverf) op papier. Het papier is verstevigd met katoen dat aan de achterzijde is geplakt.<BR> <BR> De scènes worden geschilderd op vellen wit papier die aan elkaar genaaid worden. De vellen worden tegenwoordig in een winkel gekocht. <BR> Er kan een vluchtige grondtekening worden aangebracht, met lampzwart of vermiljoen of met een gewone (bal)pen.<BR> <BR> De verf is ofwel commerciële fabrieksverf of - goedkopere, maar om te vervaardigen tijdrovender - verf van natuurproducten: geel van geelwortel, groen van bonenbladeren, rood van granaatappelsap, wit van kalk, zwart van roet (lampenzwart) of verbrand rijstkaf, blauw van indigo.<BR> Volgens de schilders (patua's) gaat fabrieksverf eerder craquelé vertonen, vervaalt sneller en wordt het eerder aangevreten door insecten en knaagdieren.<BR> <BR> De oudere garde schilders gebruikt nog kwasten van geitenhaar (voor de grote lijn en grote kleurvlakken) en eekhoornhaar (fijne detaillering). Maar kwasten met haren van synthetisch materiaal zijn alom in opkomst en al veel in gebruik.<BR> <BR> Als de schildering is voltooid wordt ter versteviging aan de achterzijde katoen aangebracht; deze wordt in lange banen geplakt. De katoen bestaat vaak uit uit oude lappen bijvoorbeeld van niet meer gebruikte en versleten sari's.<BR> <BR> De schilders zijn zowel mannen als - in toenemende mate - vrouwen.

Verticale rolschildering met Osama bin Laden en 9/11

Verticale rolschildering ('pat') met als voorstelling: Osama bin Laden en 9/11, de aanval op het World Trade Center te New York op 11 september 2001. Geschilderd door Uttam Chitrakar, uit het kunstenaarsdorp Naya, bij Pingla (dorp), district Medinipur, West Bengal (deelstaat in Oost-India). Uttam is de zoon van mevrouw Sinhalata Chitrakar die de tsunami pat schilderde (zie 6286-19).<BR> <BR> Deze rolschildering vertelt het verhaal van de aanslag op de Twin Towers in acht episodes die in chronologische volgorde zijn afgebeeld. In de eerste episode instrueert Osama bin Laden zijn volgelingen, die allen zijn gekleed in hemd met wikkelrok. Daarna is een vliegtuig te zien, de voorkant is weergegeven in de vorm van het hoofd van Bin Laden. Het vliegtuig boort zich in de Twin Towers, afgebeeld als gebouwen met vele ramen. Op de vierde tekening onderhoudt George Bush zijn troepen, te herkennen aan de bruine uniformen, waarna Amerikaanse bommenwerpers de aanval op Afghanistan openen. Hierop volgt een confrontatie tussen de strijders van Bin Laden en de Amerikaanse militairen in de Afghaanse bergen. Het een-na-laatste beeld is hetzelfde als het eerste. Weer spreekt Bin Laden zijn volgelingen toe, maar nu om afscheid te nemen. In de slotscène gaat hij er op een bruin paard vandoor in de richting van zijn schuilplaats.<BR> <BR> In veel delen van India hebben eeuwenlang verhalenvertellers rondgetrokken. Sommigen vertelden hun verhaal zingend, in combinatie met een beschilderde rol waarop de episodes staan afgebeeld. In Bengalen (zowel het gebied dat nu deel uitmaakt van Bangladesh als de Indiase deelstaat West Bengal) heten de minstreels patua. Zij zijn zowel verhalende zangers als de schilders van verticale vertelrollen, genaamd pat. De verhalen hadden meestal een religieuze context. <BR> <BR> Door de sterk toegenomen impact van moderne informatie verschaffers en verhalenoverdagers als bioscoop, tv, dvd en internet is het emplooi van de patua's sterk afgenomen. Velen hebben zich aangepast aan de moderne tijd en zijn actuele thema's gaan schilderen zoals historische en politieke actualiteit (de moord op Indira Gandhi, communalistische rellen zoals rondom de Babri Masjid/Ram Mandir, 9/11), natuurrampen (aardbevingen, de tsunami van 26.12.2004) of actuele maatschappelijke thema's (aids, scholing voor meisjes, gelijkberechtiging van vrouwen). In afgelegen dorpjes vinden zij hiermee, ondanks dat ook daar tv is doorgedrongen, nog enigermate klandizie. <BR> Maar de meeste pats met een modern thema worden nu vervaardigd voor 'stedelingen' die moderne rurale kunst aan de muur willen en voor binnen- en buitenlandse toeristen. In de dorpen koopt niemand een pat.Sommige nieuwe schilderingen met een nieuw thema worden gecreëerd zonder een lied erbij.<BR> <BR> De meeste patua's zijn moslim (vroeger waren zij hindoe maar de meesten zijn overgegaan op de islam) doch er komen ook enkele hindoes onder hen voor. Hun verhalen droegen altijd de signatuur van beide geloofsrichtingen. De zangers - en schilders - waren altijd mannen. Tegenwoordig worden de pats ook geschilderd door vrouwen, die echter niet zingen. Het zingen is sowieso afgenomen.<BR> <BR> Vervaardiging<BR> Gouache (waterverf) op papier. Het papier is verstevigd met katoen dat aan de achterzijde is geplakt.<BR> <BR> De scènes worden geschilderd op vellen wit papier die aan elkaar genaaid worden. De vellen worden tegenwoordig in een winkel gekocht. <BR> Er kan een vluchtige grondtekening worden aangebracht, met lampzwart of vermiljoen of met een gewone (bal)pen.<BR> <BR> De verf is ofwel commerciële fabrieksverf of - goedkopere, maar om te vervaardigen tijdrovender - verf van natuurproducten: geel van geelwortel, groen van bonenbladeren, rood van granaatappelsap, wit van kalk, zwart van roet (lampenzwart) of verbrand rijstkaf, blauw van indigo.<BR> Volgens de schilders (patua's) gaat fabrieksverf eerder craquelé vertonen, vervaalt sneller en wordt het eerder aangevreten door insecten en knaagdieren.<BR> <BR> De oudere garde schilders gebruikt nog kwasten van geitenhaar (voor de grote lijn en grote kleurvlakken) en eekhoornhaar (fijne detaillering). Maar kwasten met haren van synthetisch materiaal zijn alom in opkomst en al veel in gebruik.<BR> <BR> Als de schildering is voltooid wordt ter versteviging aan de achterzijde katoen aangebracht; deze wordt in lange banen geplakt. De katoen bestaat vaak uit uit oude lappen bijvoorbeeld van niet meer gebruikte en versleten sari's.<BR> <BR> De schilders zijn zowel mannen als - in toenemende mate - vrouwen.