Ingang van Ojubo Osogbo, een rivierheiligdom gewijd aan de godin Osun

Bas-reliëf bij de ingang van Ojubo Osogbo, een rivierheiligdom gewijd aan de godin Osun. Het heiligdom is ouder dan de stad Oshogbo. Het bouwwerk was niet meer dan een ruïne toen Susanne Wenger het aantrof. Naast de invloeden van het weer was er grote schade aangericht door termieten. Alleen de buitenkant en enkele geërodeerde pilaren stonden nog overeind. Susanne en Adebisi Akanji herstelden het heiligdom volgens het oorspronkelijke grondplan. <BR> Binnen de muren van het heilgdombevind zich een altaar met het heiligste van het heiligste. In een bewerkte houten kist liggen stenen die ritueel geladen zijn met de kracht van de godin Osun. Zie Wenger en Chesi voor een opname van dit altaar gebouwd door Adebisi (1983: 131).<BR> Aan weerszijde van de ingang is een bas-reliëf aangebracht door Adebisi. Het reliëf toont een vrouwelijke of mannelijke voorouder met geit en bel in een scene uit de oorsprongsmythe van Osogbo. Zie voor het andere reliëf inventarisnummer 20016997 en Wenger en Chesi voor een totaalopname (1983: 130). Beide reliëfs zijn verloren gegaan toen de muren werden gesloopt, dit desondanks hun status als Nationaal Monument. Zowel de godin Osun als het Oudheidkundig Departement eisten volgens Susanne het herstel van de reliëfs, maar dit bleek onmogelijk, daarop werden door twee oude priesteressen de nieuwe muren geschilderd in traditionele stijl (1983: 130).<BR> <BR> De Oostenrijkse kunstenaar Susanne Wenger reisde in december 1950 voor het eerst af naar Nigeria. Ze woonde achtereenvolgens in Ibadan, Ede, Ilobu en tenslotte in Oshogbo. Zes maanden na haar aankomst werd ze ziek en moest ze een jaar bedrust houden. De rust gebruikte ze om haar indrukken van Afrika in olieverftaferelen vast te leggen. Kort na haar herstel ontmoette ze Ajagemo, een priester van Obataba in Ede. Hij introduceerde Susanne in de Yoruba religie. Voor Susanne voelde alles heel vertrouwd "When Ajagemo led her into the shrine, everything immediately fell into place. Everything was 'right' from the start, and Ajamego introduced her to the inner shrines very soon..." (Beier 1975: 53) Na haar initiatie in de Yoruba religie en filosofie kreeg Susanne de Yoruba namen Iwinfumine Adunni of Adunni Olorisha (1975: 9).<BR> Vanaf 1968 werkte ze via een vast schema aan het herbouwen/herstellen van de Oshun heiligdommen. Ze stelde haar hele verdere leven in dienst van de Yoruba goden. Zo herstelde zij het heilige bos gewijd aan de orisha Oshun (het goddelijke wezen Oshun) en heeft ze diverse heiligdommen herbouwd of van nieuwe sculpturen voorzien. In 2005 zag Susanne haar inspanningen beloond toen de UNESCO besloot het heilige bos van de orisha Oshun in Oshogbo op de Werelderfgoedlijst te zetten.<BR> Susanne werkte met een vaste groep metselaars aan het herstel van de heiligdommen, maar de uit Oshogbo afkomstige Adebisi Akanji stond haar het meeste na. Beier beschrijft hoe Susanne in het algemeen te werk ging. Ze liet eerst de ideeën rijpen in haar hoofd, vervolgens deelde ze haar gedachten met Adebisi. Ze vertelde hem de verhalen en de vormen die ze wilde uitbeelden. Ze zette echter nooit wat op papier. Adebisi werkte zijn interpretatie van haar ideeën uit in rode klei en cement. Binnen deze symbiose was Adebisi vrij zijn eigen inspiratie te gebruiken zolang hij maar niet afweek van het algehele plan dat Susanne geschetst had. Hij vertaalde haar gebaren in zijn eigen vormen (1975: 93). In een andere publicatie vertelde Susanne dat zij tijdens het werk op telepatisch niveau communiceerden (Wenger en Chesi 1983: 207). Susanne probeerde Adebisi onafhankelijk te maken zodat hij haar kon opvolgen wanneer zij niet meer in staat zou zijn te werken. <BR> De sculpturen en heiligdommen die op deze wijze zijn ontstaan worden tot de 'new sacred art' gerekend. Een term toegekend aan alle objecten en bouwwerken die ten tijde - en onder invloed van - Susanne Wenger door haarzelf en de kunstenaars met wie ze samenwerkte zijn vervaardigd.

Ingang van Ojubo Osogbo, een rivierheiligdom gewijd aan de godin Osun

Bas-reliëf bij de ingang van Ojubo Osogbo, een rivierheiligdom gewijd aan de godin Osun. Het heiligdom is ouder dan de stad Oshogbo. Het bouwwerk was niet meer dan een ruïne toen Susanne Wenger het aantrof. Naast de invloeden van het weer was er grote schade aangericht door termieten. Alleen de buitenkant en enkele geërodeerde pilaren stonden nog overeind. Susanne en Adebisi Akanji herstelden het heiligdom volgens het oorspronkelijke grondplan. <BR> Binnen de muren van het heilgdombevind zich een altaar met het heiligste van het heiligste. In een bewerkte houten kist liggen stenen die ritueel geladen zijn met de kracht van de godin Osun. Zie Wenger en Chesi voor een opname van dit altaar gebouwd door Adebisi (1983: 131).<BR> Aan weerszijde van de ingang is een bas-reliëf aangebracht door Adebisi. Het reliëf toont een vrouwelijke of mannelijke voorouder met geit en bel in een scene uit de oorsprongsmythe van Osogbo. Zie voor het andere reliëf inventarisnummer 20016997 en Wenger en Chesi voor een totaalopname (1983: 130). Beide reliëfs zijn verloren gegaan toen de muren werden gesloopt, dit desondanks hun status als Nationaal Monument. Zowel de godin Osun als het Oudheidkundig Departement eisten volgens Susanne het herstel van de reliëfs, maar dit bleek onmogelijk, daarop werden door twee oude priesteressen de nieuwe muren geschilderd in traditionele stijl (1983: 130).<BR> <BR> De Oostenrijkse kunstenaar Susanne Wenger reisde in december 1950 voor het eerst af naar Nigeria. Ze woonde achtereenvolgens in Ibadan, Ede, Ilobu en tenslotte in Oshogbo. Zes maanden na haar aankomst werd ze ziek en moest ze een jaar bedrust houden. De rust gebruikte ze om haar indrukken van Afrika in olieverftaferelen vast te leggen. Kort na haar herstel ontmoette ze Ajagemo, een priester van Obataba in Ede. Hij introduceerde Susanne in de Yoruba religie. Voor Susanne voelde alles heel vertrouwd "When Ajagemo led her into the shrine, everything immediately fell into place. Everything was 'right' from the start, and Ajamego introduced her to the inner shrines very soon..." (Beier 1975: 53) Na haar initiatie in de Yoruba religie en filosofie kreeg Susanne de Yoruba namen Iwinfumine Adunni of Adunni Olorisha (1975: 9).<BR> Vanaf 1968 werkte ze via een vast schema aan het herbouwen/herstellen van de Oshun heiligdommen. Ze stelde haar hele verdere leven in dienst van de Yoruba goden. Zo herstelde zij het heilige bos gewijd aan de orisha Oshun (het goddelijke wezen Oshun) en heeft ze diverse heiligdommen herbouwd of van nieuwe sculpturen voorzien. In 2005 zag Susanne haar inspanningen beloond toen de UNESCO besloot het heilige bos van de orisha Oshun in Oshogbo op de Werelderfgoedlijst te zetten.<BR> Susanne werkte met een vaste groep metselaars aan het herstel van de heiligdommen, maar de uit Oshogbo afkomstige Adebisi Akanji stond haar het meeste na. Beier beschrijft hoe Susanne in het algemeen te werk ging. Ze liet eerst de ideeën rijpen in haar hoofd, vervolgens deelde ze haar gedachten met Adebisi. Ze vertelde hem de verhalen en de vormen die ze wilde uitbeelden. Ze zette echter nooit wat op papier. Adebisi werkte zijn interpretatie van haar ideeën uit in rode klei en cement. Binnen deze symbiose was Adebisi vrij zijn eigen inspiratie te gebruiken zolang hij maar niet afweek van het algehele plan dat Susanne geschetst had. Hij vertaalde haar gebaren in zijn eigen vormen (1975: 93). In een andere publicatie vertelde Susanne dat zij tijdens het werk op telepatisch niveau communiceerden (Wenger en Chesi 1983: 207). Susanne probeerde Adebisi onafhankelijk te maken zodat hij haar kon opvolgen wanneer zij niet meer in staat zou zijn te werken. <BR> De sculpturen en heiligdommen die op deze wijze zijn ontstaan worden tot de 'new sacred art' gerekend. Een term toegekend aan alle objecten en bouwwerken die ten tijde - en onder invloed van - Susanne Wenger door haarzelf en de kunstenaars met wie ze samenwerkte zijn vervaardigd.