Inzending van het Koloniaal Museum op de Wereldtentoonstelling te Brussel

Zicht op een deel van de presentatie die het Koloniaal Museum had ingericht op de Wereldtentoonstelling te Brussel. Het museum toonde de bezoeker hier een voorbeeld van de zogenaamde schoolverzamelingen die op verzoek aan de lagere scholen werden toegezonden. Dit waren lespakketten samengesteld uit diverse producten uit de doublure collectie van het Koloniaal Museum waarmee scholen hun leerlingen kennis konden laten maken met hetgeen Nederlands Indië op gebied van natuur en cultuur te bieden had. <BR> Direct boven de uitstalling zijn een aantal foto's van het interieur van het museum aangebracht zodat de bezoeker een goede indruk kreeg van wat er allemaal in Haarlem te zien was. Tussen de twee foto's aan de rechter zijde is een portret van de in 1909 overleden directeur van het museum, de heer M. Greshoff, als in memoriam aangebracht. <BR> Diverse publicaties (in de bovenste rij), waaronder de bulletins en bezoekersgidsen completeerden de presentatie waarmee het museum hoopte in het buitenland het 'doel en wijze van werken van het Museum te doen kennen.' (Bulletin 1911: 91)<BR> <BR> De Wereldtentoonstelling werd gehouden van 23 april tot 7 november 1910 op het terrein van het pas geopende Paleis der Koloniën en het Jubelpark in Tervuren. De Nederlandse overheid en het bedrijfsleven presenteerden zich op deze tentoonstelling 'als brenger van vooruitgang in de koloniën. In een strakke en vernieuwende vormgeving werd deze ethische politiek uiteengezet. Daarnaast was er veel aandacht voor de eeuwenoude Indo-Javaanse cultuur. Nederland mat zich vol zelfvertrouwen met Engeland, de kolonisator van Brits-Indië.' (Bron: het Geheugen van Nederland).<BR> De hier getoonde schoolverzameling werd na terugkomst van de tentoonstelling in bruikleen gegeven aan het Natuurhistorisch Museum „Natura Docet", te Denekamp.

Inzending van het Koloniaal Museum op de Wereldtentoonstelling te Brussel

Zicht op een deel van de presentatie die het Koloniaal Museum had ingericht op de Wereldtentoonstelling te Brussel. Het museum toonde de bezoeker hier een voorbeeld van de zogenaamde schoolverzamelingen die op verzoek aan de lagere scholen werden toegezonden. Dit waren lespakketten samengesteld uit diverse producten uit de doublure collectie van het Koloniaal Museum waarmee scholen hun leerlingen kennis konden laten maken met hetgeen Nederlands Indië op gebied van natuur en cultuur te bieden had. <BR> Direct boven de uitstalling zijn een aantal foto's van het interieur van het museum aangebracht zodat de bezoeker een goede indruk kreeg van wat er allemaal in Haarlem te zien was. Tussen de twee foto's aan de rechter zijde is een portret van de in 1909 overleden directeur van het museum, de heer M. Greshoff, als in memoriam aangebracht. <BR> Diverse publicaties (in de bovenste rij), waaronder de bulletins en bezoekersgidsen completeerden de presentatie waarmee het museum hoopte in het buitenland het 'doel en wijze van werken van het Museum te doen kennen.' (Bulletin 1911: 91)<BR> <BR> De Wereldtentoonstelling werd gehouden van 23 april tot 7 november 1910 op het terrein van het pas geopende Paleis der Koloniën en het Jubelpark in Tervuren. De Nederlandse overheid en het bedrijfsleven presenteerden zich op deze tentoonstelling 'als brenger van vooruitgang in de koloniën. In een strakke en vernieuwende vormgeving werd deze ethische politiek uiteengezet. Daarnaast was er veel aandacht voor de eeuwenoude Indo-Javaanse cultuur. Nederland mat zich vol zelfvertrouwen met Engeland, de kolonisator van Brits-Indië.' (Bron: het Geheugen van Nederland).<BR> De hier getoonde schoolverzameling werd na terugkomst van de tentoonstelling in bruikleen gegeven aan het Natuurhistorisch Museum „Natura Docet", te Denekamp.