De Kandaure is een hoornvormige kraalwerk versiering met lange franjes van kralen. Ze worden gemaakt door de Sa'dan Toraja en gebruikt bij begrafenissen en levensbevestigende ceremoniën. De kandaure wordt gebruikt bij dodenfeesten: aan een lange stok bij de lijkkist neergezet. Als het lijk tijdens de rouwplechtigheden verplaatst wordt, gaat ook de kandaure mee. <BR> Vrouwelijke verwanten dragen de kandaure op de rug met de franjes gevouwen voor op de borst. Zij begroetten de begrafenisgasten. Ook de danseressen bij begrafenissen dragen deze versieringen, bijvoorbeeld tijdens de gellu' dans of bij dansen voor ceremoniën voor het oosten, de Maro rijst rituelen. <BR> Mannen rijgen de kandaure aan een touw dat op een bamboe vuikvormige staketsel is bevestigd. Het begin is meestal een stuk stof dat geweven is met de kaartband techniek. In het kraalwerk is het gebalde vuisten motief aangebracht, dat sekong wordt genoemd. Ook zijn bovenin antropomorfische figuren te herkennen. Oude Kandaures worden gezien als kostbare erfstukken die beschermen tegen ongeluk en die soms zelfs een naam hebben. Kandaures worden verbonden met bepaalde oude huizen en kunnen door anderen geleend worden. Het object symboliseert overdaad, zoals een hoorn des overvloed. <BR> Paul Taylor; Beyond the Java Sea, 1991, p. 186-187<BR> <BR> De Kendaure wordt tijdens het Maro ritueel (om ziekte te genezen of voor reiniging van de atmosfeer) gedragen door meisjes of jonge vrouwen. Tijdens dodenfeesten mogen de achterkleinzonen van de overledenen ook de kendaure dragen. Een kendaure is zeer kostbaar, hetgeen afhankelijk is van de gebruikte kralen. Ze behoren bij een bepaald huis (traditionele Tongkonan) en kunnen beschikken over speciale krachten, zoals het veroorzaken van regen. <BR> Aan de bovenkant zijn altijd 8 antropomorfische figuren aangebracht.<BR> Hetty Nooy-Palm; the Sa'dan Toraja, p. 225, 255, 256<BR> <BR> Deze kandaure heeft een band aan de bovenkant die vervaardigd is met kaartband weven (kamandang)<BR>