Houten stokje met een ovaal, cabochon geslepen ruwe carneool. Stadium van steenbewerking tot een siersteen. De klein geslagen edelstenen of mineralen liggen een maand in de hete as en daarna nog een nacht in een komfoor op open vuur. De agaatbewerker pakt de hete stenen op met een tang (zie TM-4923-16). Na afkoeling worden ze met schellak op stokjes vastgezet en geslepen op vier slijpstenen die steeds in grofheid afnemen. De steen op dit stokje toont de eerste slijpbewerking; de steen is nog vrij ruw met rechte vlakken. Voorbeelden van slijpstenen zijn TM-4960-44 t/m TM-4960-48.<BR> <BR> Kornalijn ofwel carneool werd veelgebruikt als siersteen in Jemenitische sieraden. Aan kornalijn werd een magisch-beschermende waarde toegekend vanwege de kleur. De kleur rood werd gezien als krachtig heilbrengend middel vanwege zijn associatie met leven, vruchtbaarheid en gezondheid, bijvoorbeeld het vermogen om bloedingen en ontstekingen te stoppen.