Volgens de kunstenares is dit een portret van een 'haremvrouw tevens landarbeidster', die behoort tot 'een halfnomadische bevolkingsgroep' in het noorden van Irak, tussen Erbil en Mosul. Lily Eversdijk Smulders reisde in dit gebied in augustus-september 1953. Dit olieverfschilderij is waarschijnlijk in haar atelier in Amsterdam gemaakt op basis van schetsen die zij ter plaatse maakte.<BR> <BR> De geportretteerde vrouw draagt een hoofddoek en diverse gouden sieraden: slaaphangers, een halsketting met munten en een borstsieraad met rond ornament.<BR> <BR> De schilderijen en tekeningen van Lily Eversdijk Smulders staan in de traditie van het 20e-eeuws exotisme: Eversdijk Smulders had grote interesse in andere culturen, maar zag deze tegelijkertijd als vreemd en onontkoombaar anders. Haar levensdoel was het maken van een overzicht van de mensheid op papier. Gedurende veertig jaar reisde zij de wereld rond en tekende en schetste portretten van de mensen die zij tegenkwam. Zij kwam op plaatsen waar indertijd zelden of nooit een westerling kwam. Toch leidde dit niet tot ontmoetingen waarin cultuurverschillen overstegen werden. Haar boeken bevatten talloze generaliserende observaties over de etnische groepen die zij bezocht en die zij op verwonderde en bevoogdende toon beschrijft. Ook in de portretten is haar hang naar het exotische te zien: zij portretteerde alleen mensen in traditionele kleding, vanuit het idee dat zij de authentieke levenswijzen in afgelegen streken wilde vastleggen voordat deze zouden verdwijnen.