Het beeld stelt Zé Pelintra voor, een soort Braziliaanse "heilige" en wordt geplaatst op een altaar in een tempel of thuis ter verering. <BR> Zé Pelintra is de personificatie van de Braziliaanse man: een drinker, lolbroek, mooidoener, rokkenjager, valsspeler, maar toch sympathiek en vriendelijk. Hij is zowel goed als kwaad en houdt van sigaren en cachaça (suikerrietjenever). Zijn attributen zijn een hoed en wandelstok. Tijdens zijn manifestaties in de umbanda terreiro - als een medium door hem bezeten raakt - gebruikt hij grove taal en scheldt de vrouwen uit. Een van zijn bekendste gezegdes is de eed 'Ik zweer bij Onze Lieve Vrouw van de aardewerken pijp (een niet bestaande heilige), die niemand kwaad doet'. <BR> <BR> Zé is een afkorting van José. Pelintra duidt iemand aan, die slecht gekleed is maar toch heel wat wil pretenderen.<BR> <BR> Vervaardiging<BR> Met behulp van een mal in een atelier of fabriek vervaardigd en beschilderd.