Charango

De charango is een kleine luit uit de Andes van Bolivia, Centraal en Zuid-Peru en Noord-Argentinië. Het is een van de weinig hybride instrumenten en vertoont de vermenging van inheemse en Europese culturen. Het is het enige snaarinstrument dat is ontwikkeld in de Andes. <BR> De charango bestaat sinds het begin van de 18de eeuw en zijn verspreiding volgt de koloniale handelsroutes. Zijn kleine formaat kan een praktische afweging met betrekking tot het vervoer zijn geweest.<BR> De charango heeft de vorm van een Spaanse gitaar, maar heeft een kleine klankkast en korte snaren, waardoor een scherp en hoog geluid wordt geproduceerd. Hoe het instrument gestemd is hangt af van de regio en de smaak van de speler.<BR> Er zijn twee belangrijke hedendaagse charango tradities te onderscheiden: de Quechua- en Aymara-sprekende boeren van Peru en Bolivia prefereren een kleine houten charango met platte achterkant, die een wollig geluid voortbrengt. De bewoners van het platteland van Argentinië en rondom het Titicaca-meer in Peru en Bolivia bespelen de armadillo, of gordeldier variant. <BR> Het ritmisch aspect van de muziek is het belangrijkst. De charango wordt alleen door mannen als solo-instrument bespeeld en wordt hoofdzakelijk gebruikt in festivaldansen en bij hofmakerij. In sommige gebieden speelt het een rol in agriculturele en dierlijke vruchtbaarheidsceremoniën (Sadie, 1984:340). Daarnaast wordt de charango nog gebruikt tijdens familiefeesten, waarbij het instrument toneelstukjes e.d. begeleidt. In dat geval, wordt het vaak ondersteund door andere instrumenten, zoals snaarinstrumenten, idiofonen en percussie-instrumenten.<BR> <BR> <BR> Vervaardiging<BR> De klankkast wordt gemaakt van hout, of van het pantser van een armadillo, zoals dit exemplaar van het Tropenmuseum. Ook worden kalebassen gebruikt. De charango is soms flink versierd met snijwerk en de snaren zijn van metaal, nylon en vroeger van darm.

Charango

De charango is een kleine luit uit de Andes van Bolivia, Centraal en Zuid-Peru en Noord-Argentinië. Het is een van de weinig hybride instrumenten en vertoont de vermenging van inheemse en Europese culturen. Het is het enige snaarinstrument dat is ontwikkeld in de Andes. <BR> De charango bestaat sinds het begin van de 18de eeuw en zijn verspreiding volgt de koloniale handelsroutes. Zijn kleine formaat kan een praktische afweging met betrekking tot het vervoer zijn geweest.<BR> De charango heeft de vorm van een Spaanse gitaar, maar heeft een kleine klankkast en korte snaren, waardoor een scherp en hoog geluid wordt geproduceerd. Hoe het instrument gestemd is hangt af van de regio en de smaak van de speler.<BR> Er zijn twee belangrijke hedendaagse charango tradities te onderscheiden: de Quechua- en Aymara-sprekende boeren van Peru en Bolivia prefereren een kleine houten charango met platte achterkant, die een wollig geluid voortbrengt. De bewoners van het platteland van Argentinië en rondom het Titicaca-meer in Peru en Bolivia bespelen de armadillo, of gordeldier variant. <BR> Het ritmisch aspect van de muziek is het belangrijkst. De charango wordt alleen door mannen als solo-instrument bespeeld en wordt hoofdzakelijk gebruikt in festivaldansen en bij hofmakerij. In sommige gebieden speelt het een rol in agriculturele en dierlijke vruchtbaarheidsceremoniën (Sadie, 1984:340). Daarnaast wordt de charango nog gebruikt tijdens familiefeesten, waarbij het instrument toneelstukjes e.d. begeleidt. In dat geval, wordt het vaak ondersteund door andere instrumenten, zoals snaarinstrumenten, idiofonen en percussie-instrumenten.<BR> <BR> <BR> Vervaardiging<BR> De klankkast wordt gemaakt van hout, of van het pantser van een armadillo, zoals dit exemplaar van het Tropenmuseum. Ook worden kalebassen gebruikt. De charango is soms flink versierd met snijwerk en de snaren zijn van metaal, nylon en vroeger van darm.