De hennabladeren worden geplukt en gedroogd, daarna worden ze tot poeder vermalen en fijngestampt. Door de toevoeging van water en soms citroensap wordt van de poeder een soort pasta gemaakt. Met die pasta wordt het hoofdhaar geverfd en worden decoratieve tekeningen (ornamenten) op het lichaam (gezicht, handen en voeten) van vrouwen aangebracht. Deze ornamenten worden vooral bij de bruid tijdens het huwelijk aangebracht door een vakkundige vrouw ( Negguafa of Neqqasha = hennaversierdster). Henna wordt tegenwoordig als tatoeagemiddel gebruikt. Henna heeft niet alleen decoratieve maar ook een medisch-magische functie. Het wordt gezien als bescherming tegen het boze oog. Daarnaast wordt er bij een breuk of een fractuur altijd henna gesmeerd.<BR> <BR>