Deze halsband is hol van binnen en loopt breder uit naar het midden toe. Hij heeft een bijna ronde vorm en is open aan de bovenzijde. Aan de bovenkant zijn de twee uiteindes afgezet met een knopvorm en krullen de twee uiteindes zich naar buiten. Het oppervlak van de halsband is rondom bewerkt, dus niet alleen aan de voorzijde (d.w.z. op het ongedecoreerde bovenste gedeelte na). Er zijn verschillende gedecoreerde zones, die vanuit het midden naar beide kanten worden onderscheiden: in het midden is het oppervlak gefaceteerd en zijn de platte ruitvormen gedecoreerd met een bloemetje en een parelrand. Dan volgt aan beide zijdes een rechthoekig gedeelte met een visgraatmotief. Dan volgen aan beide zijdes ringen, deels voorzien van horizontale graveringen en deels ongedecoreerd. En daarna volgt aan elke zijde een stuk dat is opgedeeld in bredere en smallere verticale banen die zijn versierd met respectievelijk gestreepte boogjes en met graveringen.