De ketting bestaat uit kralen, munten en amuletdozen geregen aan een dik beige touw. Het meest in het ooog spingende onderdeel van de ketting is de grote centrale rechthoekige amuletdoos waar aan de onderzijde via 10 ogen 20 kleine schakelkettinkjes zijn gehangen, ieder met een halvemaanvormige hanger aan het uiteinde. De amuletdoos heeft drie ophangogen aan de bovenzijde: een grote in het midden met drie opstaande sierranden met spitse uitsteeksels, gekroond met een driehoek bestaand uit granules, en twee kleinere ronde ophangogen bij de zijkanten. Tussen deze ophangogen zijn twee bolle kralen geregen, ieder met sierranden met spitse uitsteeksels. De amuletdoos kan open aan de rechterzijde en is gevuld met bruin karton. <BR> De ketting is vanaf dit centrale element aan elke zijde opgebouwd uit twee kralen waaraan Maria Theresiadaalders zijn gesoldeerd en een kleinere rechthoekige amuletdoos. Deze worden van elkaar gescheiden door afwisselend twee of drie bolle zilverkralen afgezet met sierranden met puntige uitsteeksels. Aan de bovenzijde bevindt zich aan elke kant bovendien een lange cilindervormige zilverkraal omwikkeld met gedraaid zilverdraad en voorzien van banen met puntige uitsteeksels. Het stuk van de ketting dat dichtbij de hals ligt is van touw dat verder niet bedekt is en dat is geknoopt.<BR> De amuletdoosjes zijn versierd met een goudkleurige rechthoek die gearceerd is.<BR> <BR> Oppervlaktedecoratie: De twee kleine amuletdoosjes zijn versierd met een goudplaatje ingedeeld in ruiten waarbij elke ruit is gevuld met een bloemetje. Eromheen is een randversiering van puntige uitsteeksels. De grote amuletdoos heeft eenzelfde goudplaatje in het midden; dit is omgeven door een sierrand van goudkleurige ruiten. Het geheel is omgeven door een sierrand van puntige uitsteeksels. De