Boog

[VO] van zeer robuuste vorm van bamboe. Aan het ene eind uitlopend in een vrij slanke plan-convexe punt, het andere eind min of meer dolkmesvormig in profiel. de pees aan beide einden rustend op een ring van ineengedraaide rotan welke op zijn beurt rust tegen een ring van vezelstof. De laatste rust tegen een geringe verdikking van de boog.<BR> De pees van bamboe. De reep is aan de einden in zes reepjes gespleten die in elkaar gedraaid de lus vormen. De na de lusvorming teruggeslagen reepjes zijn om de pees gewonden en rusten tegen een gedeelte van het bamboe-hout dat daartoe juist op een knoop aan de epidermis gespaard is gebleven.

Boog

[VO] van zeer robuuste vorm van bamboe. Aan het ene eind uitlopend in een vrij slanke plan-convexe punt, het andere eind min of meer dolkmesvormig in profiel. de pees aan beide einden rustend op een ring van ineengedraaide rotan welke op zijn beurt rust tegen een ring van vezelstof. De laatste rust tegen een geringe verdikking van de boog.<BR> De pees van bamboe. De reep is aan de einden in zes reepjes gespleten die in elkaar gedraaid de lus vormen. De na de lusvorming teruggeslagen reepjes zijn om de pees gewonden en rusten tegen een gedeelte van het bamboe-hout dat daartoe juist op een knoop aan de epidermis gespaard is gebleven.