Bestaande uit 2 strengen nassaschelpvoetjes en noot-ringetjes (hier en daar rode, blauwe, groene of gele kraaltjes); de beide strengen zijn 22 cm lang en in het midden door middel van een nassa-schelpvoetje met elkaar verbonden. De nassa-schelpvoetjes, in elke streng, vormen een zigzag patroon geregen aan twee dunne koorden, beurtelings op<BR> het ene en dan op het andere koord door 3 noot ringetjes gescheiden. Aan de beide einden hebben de beide strengen als gemeenschappelijk sluitstuk een evertand (aan het puntige einde bijgeslepen). Door middel van een vezelkoord (aanvankelijk gevlochten uit 4 dunnere koorden, welke later loshangen) wordt het versiersel aan het voorhoofd bevestigd.