Houten kastje beschilderd met afbeeldingen ter illustratie van verhalen uit heldendichten. Het verhaal dat hier wordt verteld is het Ramayana. Ook wordt een dergelijk kastje beschouwd als een model van een tempel of een altaar.<BR> Dit draagbare altaar is ervoor gemaakt om van dorp tot dorp te worden meegenomen. De mannen die verhalen vertellen heten Bhat, en dragers van deze kastjes heten derhalve Kavad(h)ia Bhat. De Bharata, de eerste kaste van voordragers van epische gedichten, reciteerden heldendichten en vereerden de daden van voorouders tijdens feesten en ceremoniële riten. Ze hadden een bovennatuurlijk gezag en genoten veel aanzien.<BR> De kavadia Bhat vertelt aan zijn gehoor de legende van goden en helden. Hij draagt mensen op zich goed te gedragen teneinde een goede wedergeboorte te bewerkstelligen. Hiervoor geeft hij voorbeelden van bekende figuren en maakt hen extra alert op de zeer grote moeilijkheden en overwinningen van deze voorouders.<BR> <BR> De kavadh vormt een tastbaar voorbeeld van een aanpassing door het volk van grote traditionele thema's. Tevens illustreert de kavadh een opmerkelijk samengaan van religieuze ideeën, van syncretisme dus, dat niet alleen het bovennatuurlijke met het gewone, maar ook verschillende stromingen in het verleden en heden verbindt.<BR> <BR> <BR> Het Ramayana-verhaal is in het kort als volgt: Vishnu daalt als prins Rama af naar de aarde om daar de demonenkoning Ravana te verslaan. Hij huwt Sita, dochter van koning Janaka. Zjin vader, Dasharatha wil hem tot koning kronen, maar een van zijn vrouwen voorkomt dit en zorgt ervoor dat haar zoon wordt gekroond. Rama wordt verbannen. Met Sita en zijn halfbroer Lakshmana vetrekt Rama naar het woud, waar Sita wordt ontvoerd door de demonenkoning, vanwege zijn jaloerse zuster. Beide broers gaan haar zoeken en onderweg helpen ze de apenkoning Sugriva, van wie ze een apenleger onder leiding van Hanuman meekrijgen. Hanuman weet Sita te vinden op het eiland van de demonen Lanka (Sri Lanka) en na een hevige strijd wint Rama. <BR> Rama stelt Sita op de proef en verwijt haar ontrouw. Daarop stort ze zich in het vuur om haar onschuld te bewijzen. De god van het vuur legt haar vervolgens ongedeerd in Rama's armen, waarmee haar onschuld is bewezen. Later verstoot Rama haar wegens geruchten echter toch nog, hoewel ze zwanger is. Wanneer veel later Rama is overtuigd van Sita's onschuld, is het te laat. Op eigen verzoek verdwijnt ze voor altijd in de aarde, vandaar haar designatie als godin van de akkerbouw (Jansen, 1993:78-79).<BR> <BR> Historisch gezien verhaalt het Ramayana over de ontwikkeling van het Arische volk tot een goed bewapend en strijdbaar volk, dat langzaam naar het zuiden beweegt en de volkeren daar overwint. Vanuit mythologisch oogpunt bespreekt het epos heldendom, broedertrouw en echtelijke toewijding.<BR>