Houten paneel met fluitspelende Krishna

Paneel dat onderdeel uitmaakte van een houten tempelkar (ratha). In Zuid-India bezitten grote tempels een houten replica op wielen (ratha) van de hoofdtempel. Sommige ratha's kunnen tot 15 meter hoog zijn en vele duizenden kilo's wegen. Tijdens een jaarlijks festival wordt de ratha rondt de tempel getrokken met aan boord een bronzen cultusbeeld van de hoofdgod van de tempel. Gelijk de tempel is versierd met stenen reliëfs, zo is de ratha versierd met houten panelen met representanten van het hindoepantheon. <BR> <BR> Vishnu incarneerde in Krishna om de aarde te redden van de demonische koning Kamsa. Aan Kamsa was voorspeld dat hij gedood zou worden door de zoon van zijn nicht Devaki. Daarom zette hij haar en haar man Vasudeva gevangen. Ze kregen zes zoons, die telkens door Kamsa werden vermoord. Toen Krishna werd geboren smokkelde Vasudeva hem het paleis uit en droeg hem in een mand op zijn hoofd over de rivier Yamuna naar de overkant waar hij werd ondergebracht bij het herderspaar Nanda en Yashoda. <BR> In zijn jonge jaren brengt Krishna de herderinnetjes, de gopi's, waaronder zijn favoriet Radha, het hoofd op hol, onder andere met zijn fluitspel waarvan ook de koeien die hij hoedt zeer gecharmeerd zijn.<BR> <BR>

Houten paneel met fluitspelende Krishna

Paneel dat onderdeel uitmaakte van een houten tempelkar (ratha). In Zuid-India bezitten grote tempels een houten replica op wielen (ratha) van de hoofdtempel. Sommige ratha's kunnen tot 15 meter hoog zijn en vele duizenden kilo's wegen. Tijdens een jaarlijks festival wordt de ratha rondt de tempel getrokken met aan boord een bronzen cultusbeeld van de hoofdgod van de tempel. Gelijk de tempel is versierd met stenen reliëfs, zo is de ratha versierd met houten panelen met representanten van het hindoepantheon. <BR> <BR> Vishnu incarneerde in Krishna om de aarde te redden van de demonische koning Kamsa. Aan Kamsa was voorspeld dat hij gedood zou worden door de zoon van zijn nicht Devaki. Daarom zette hij haar en haar man Vasudeva gevangen. Ze kregen zes zoons, die telkens door Kamsa werden vermoord. Toen Krishna werd geboren smokkelde Vasudeva hem het paleis uit en droeg hem in een mand op zijn hoofd over de rivier Yamuna naar de overkant waar hij werd ondergebracht bij het herderspaar Nanda en Yashoda. <BR> In zijn jonge jaren brengt Krishna de herderinnetjes, de gopi's, waaronder zijn favoriet Radha, het hoofd op hol, onder andere met zijn fluitspel waarvan ook de koeien die hij hoedt zeer gecharmeerd zijn.<BR> <BR>