[VO] bovenzijde van een futondek, samengesteld uit vier<BR> weefselbanen, elk 33,5 cm. breed, die in het midden <BR> een smalle strook van 16,5 cm. breed, die alle met een<BR> grove steek .. langs de omgeslagen zelfkanten aan elkaar<BR> zijn genaaid.<BR> [PA] Sho-chiku-bai (matsu-take-ume), gelukssymbolen, waar<BR> boven een mon, bestaande uit drie naar links draaiende <BR> komma-figuren (hidari-mitsui-tomo-e). Het patroon is in<BR> wit (natuurlijke kleur van het weefsel) en licht- blauw <BR> uitgespaard op een donkerblauwe achtergrond. <BR> De additionele kleuren rood, zwart, grijs en bruin- grijs zijn <BR> uit de hand opgeschilderd met een penseel (fude). De bruine <BR> kleur van de mon is uitgevoerd in kata-gami-zome-techniek <BR> (schabloneren). De witte stippen (kleine witte cirkeltjes met <BR> in het midden een bruine stip) op de komma-figuren zijn<BR> bedoeld het effect te geven van shibori of plangiwerk. <BR> Het patroon is eenzijdig, doch is aan de achterzijde, zij het<BR> minder duidelijk, ook zichtbaar.<BR>