1-2 = voorouderbeeld<BR> 1 = ([ST] voetstuk & neusgaten & oorgaten<BR> [VO] zittend mensfiguur met opgetrokken knieën, armen<BR> gekruist, rustend op knieën, vingers, gemodelleerde<BR> rug, zitvlak, forse neus, getekende ogen, forse<BR> ingetekende oren, mond, hoofdbedekking met<BR> opstaand stuk middenvoor en tenen)<BR> 2 = ([ST] voetstuk met neerwaartse verlenging & neusgaten &<BR> inlegwerk (ogen en tanden)<BR> [VO] zittend mensfiguur : man met opgetrokken knieën,<BR> gekruiste armen op knieën, handen op bovenarmen,<BR> vingers, gemodelleerde rug, zitvlak, forse neus, ogen,<BR> mond, oren, oorhangers, kroon, genitaliën, enkels en<BR> tenen)<BR> 3 = onderstuk<BR> ([ST] offerbak (op vooreinde) & rechthoekige opening)