De rugleuning van de stoel heeft de gedaante van een groot mannelijk voorouderbeeld met langgerekt gezicht. Twee benen van de stoel zijn van de vooroudergeest. De twee andere benen worden gevormd door vissen. Initiatie-beten van de oerkrokodil (totemdier) zijn aangebracht. Om de hals een geknoopte tas met versieringen van zwarte vogelveren.<BR> <BR> Ceremoniële of 'redenaarsstoel' met de voorstelling van 'wagen' of 'waken', de belangrijkste vooroudergeest van de clan (een gemeenschap obv een gedeelde voorouder) aan wie het mannenhuis toebehoorde. De stoel stond in het midden van het mannenhuis en was het centrum van clanvergaderingen. De sprekers zetten hun argumenten kracht bij door de zitting te bestrijken met bundels bladeren. Ook zouden zo geen leugens verteld kunnen worden (Bühler in Gardi, 1958:58). Wagen speelde een rol in alle belangrijke bijeenkomsten. Soms werden er offers voor hem op gezet. De aanwezigheid van de stoelen gaf gebeurtenissen gewicht en verbond mensen via een sjamaan met de bovennatuur. Op de stoel werd nooit daadwerkelijk gezeten. <BR> In het midden van een dorp is een brede strook grond gereserveerd voor twee tot drie mannenhuizen van verschillende clans. Ze lijken te drijven op de drassige grond, hetgeen doet denken aan de ontstaansmythe van de oerkrokodil, die de bodem op zijn rug droeg in de zeeën en zo land creëerde. Het mannenhuis staat zo symbool voor het hele dorp. Ze zijn het hart van de wereld waar voorouders leven in een eigen tijd, zonder verleden en toekomst (Peltier et.al., 2006:97).<BR> Het huis bestaat uit twee verdiepingen. De eerste verdieping overstroomt in het regenseizoen, zodat die belangrijke ruimtes eens per jaar weer ondergedompeld raken door het oerwater en daar weer uit opstijgen zoals in de ontstaansmythe. De tweede ceremoniële verdieping bevat objecten die door niemand anders dan de ingewijde mannen gezien mogen worden. <BR> Het huis reflecteert de sociale structuur van het dorp. Het dorp is verdeeld in twee moieties (helften) die elk bestaan uit meerdere clans. Een moiety is Nyame, moeder, en wordt geassocieerd met alles dat donker en laag is: moeras, water, nacht, de kleur zwart. De andere helft is Nyaui (zon), alles dat licht is en tot de bovenwereld behoort: de zon, vuur, de dag, kleur rood, bergtoppen etc. Deze dichomotie wordt in de clans verder uitgedragen in mythen en ‘totem’dieren, wat verplichtingen meebrengt. Daarnaast bestaan er leeftijdsgroepen.<BR> Zo waren oertijd en voorouders altijd aanwezig in het mannenhuis en in het dagelijkse leven. <BR> De ogen zijn gemaakt van zeeschelp, baard en haren van kaurischelpen. De schouders en buik van het beeld zijn bewerkt met scarificatiepatronen. Deze motieven verwijzen naar de ingewijde status van de afgebeelde figuur. Adolescente jongens werden geïnitieerd tot volwassenen in een langdurige ceremonie van enkele maanden. Een van de onderdelen van de initiatie is het scarificeren, waarmee aangegeven wordt dat de geïnitieerde, verzwolgen en wedergeboren via de oerkrokodil, zijn kinderstatus kwijt was. Ze gaan van de moederlijke wereld over naar de mannelijke wereld, van woonhuis naar mannenhuis. Symbolisch worden de jongens verslonden door de oerkrokodil waarbij ze hun affiliatie tot de wereld van hun moeder verliezen. Ze zijn tijdelijk verenigd met de ancestrale wereld van de schepping in het binnenste van de krokodilmoeder (het ceremoniële huis, dat vrouwelijke en mannelijke symbolen heeft). Deze tijdelijke identiteit is zichtbaar aan de littekens die de huid van de krokodil imiteren. De jonge mannen worden daarna wedergeboren in senior en junior groepen (Peltier et al., 2006:112-113) en leren verder over taken en privileges die horen bij het volwassen leven. <BR> Initiatieceremoniën vinden nog steeds plaats in kindervakanties rond Kerstmis, de hele gemeenschap is dan aanwezig (Peltier et.al. 2006:97).