Sjamanenjas

Anatol Donkan, Nanai kunstenaar die gespecialiseerd is in visleerbewerking, maakte voor Museum Volkenkunde een sjamanenjas. De jas is gemaakt van twee soorten vissenhuid, zalm en karper, voorzien van decoraties, een schort, een muts en helm en een trommel met trommelstok. Het werk is geïnspireerd door de spirituele cultuur van de Nanai.<BR> <BR> Anatol Donkan verstrekte informatie over zijn collectie op basis van vragen gesteld door interviewer Ulrike Bohnet, Lindenmuseum Stuttgart, met een vragenlijst opgesteld in samenwerking met Cunera Buijs, conservator Museum Volkenkunde, december 2017.<BR> <BR> Betekenis van tekeningen op de sjamanenjas die door hem vervaardigd is:<BR> Boven aan de mouw zijn twee Mudur, draakachtige figuren met een vissenstaart aangebracht. Zij wonen in regenwolken waar de onweersbuien zijn.<BR> De grote slangen heten Puimur en symboliseren twee rivieren<BR> De onderste slangen heten Djabdjea- zij symboliseren de aarde. Daar zijn de bergen. Elke clan heeft een berg met een eigen levensboom. Er zijn twee verschillende levensbomen van de Donkan en Kile (bekende Nanai clans in het Amurgebied). Deze twee clans zijn verwant aan elkaar. De levensbomen van elke clan worden beschermd elk door twee eenheden; een paar tijgers en een paar luipaarden.<BR> Vier sjamanen reizen op de wolken zij hebben geen kleur omdat het reizende zielen zijn. Dit betekent dat ze in trance (gedurende kamlanie) zijn. Eén sjamaan heeft een vogel op het hoofd. Hij is de oudste sjamaan. De tweede sjamaan is ook vergezeld door een vogel, die hem helpt om de weg terug te vinden want met de vogel is hij veilig. De derde sjamaan is een vrouwelijke sjamaan die het geheim van de tweelinggeboorte kent. De vierde sjamaan heeft een rood gestreepte slang boven zich, hetgeen betekent dat hij alle wijsheid heeft.<BR> Drie verschillende reizende tweelingparen (man& man, vrouw & vrouw, man & vrouw) zijn ook op deze wolken. Daarnaast zijn er nog meer leden van de twee families Donkan en Kile aanwezig. Zij zijn eveneens reizend en in trance. Daartussenin, onder de slang in het midden, zijn muggen “Garmachta” afgebeeld. Zij zijn overal, zij kunnen in trance raken en kunnen zielen in een bloeddruppel vervoeren. De sjamaan kan ze oproepen en op pad zenden.<BR> Onder de Dabdjea (slangen) kun je de hagedis (Iselen) zien en de pad (Kutuä), zij symboliseren de longen. Deze twee weten alles over het aardse en onderaardse. Je kunt ze aanroepen en vragen stellen. Bovenaan, op de grote slangen, zijn er aan de voorkant twee paar padden (Kutuä). <BR> De bomen staan op 3 strepen. Dit zijn bergen. De bomen groeien en hun bloesems vormen de nesten voor kleine vogels. De vogels symboliseren de zielen van de nog ongeboren kinderen. De groene “scales” symboliseren bladeren. Van deze bladeren kan men bellen (kangoro) maken. Er zijn 3 ronde, gele symbolen, die men op de borst kan dragen als sjamanenschilden (Toli-bronzen schijven die sjamanen dragen). Daarachter zijn twee paar schildpadden (Ajan) afgebeeld. Zij symboliseren nieren en weten alles wat onder het water en op de aarde is.<BR> Anatol Donkan heeft deze dieren gekozen omdat ze in het Amurgebied leven en in de verhalen van de sjamanen voorkomen. Deze dieren zijn verbonden met het wereldbeeld van de Nanai m.n. de Dorkin, de middenwereld, de wereld waarin wij leven. De levensboom verbindt de boven en onderwereld en deze groeit op een plek zonder naam.<BR> De verschillende geesten leven overal. Elke boom, berg, meer en alles wat we zien “leeft” en bevat een geest. De geest kan er vanaf het begin al zitten maar kan ook binnengekomen zijn en daar zijn gaan leven voor een kortere of langere tijd. De sjamaan kan zoiets aansturen.<BR> Volgens Anatol Donkan is er een wereld waarin wij leven: Dorkin . En er is een wereld van de doden, de onderwereld: Buni . Volgens de wetenschapper Tatiana Bulgakova in haar publicatie Nanai shamanic culture in indigenous discourse (2013, p. 236), is Dorkin de onzichtbare spirituele onderaardse wereld en Buni is de wereld van de doden (ibid. p.236).<BR> Anatol Donkan vervolgt: Bij het overlijden scheidt de ziel zich van het lichaam en verhuist naar een klein figuurtje (beeldje) dat gemaakt is als huis van de ziel. Het beeldje krijgt als een familielid een plaats in het huis van de diepbedroefde verwanten en krijgt voedsel en drank, sigaretten en vermaak aangeboden. <BR> De sjamaan helpt in een ceremonie de ziel van de overledene naar de wereld van de voorouders te reizen. Dit is de derde wereld Endur. In ieder geval zegt Anatol Donkan dat dit zijn eigen overtuiging is en aansluit bij de wereldvisie van de Nanai.<BR> Volgens Tatiana Bulgakova, in haar studie over Nanai sjamanisme getiteld Nanai shamanic culture in indigenous discourse (2013, p. 236), is Endur een godheid die een rang boven de sjamanistische helper van geesten staat. Opvattingen over sjamanisme en wereldbeschouwing zijn vaak zeer persoonlijk en kunnen verschillen van persoon tot persoon.<BR> Op de jas staan een salamander en een pad en zij gaan beide onder de aarde en duiken in het water. Alle afbeeldingen zijn een plaats voor de specifieke dieren waar zij naartoe kunnen gaan. De pad en de salamander kunnen er aan land gaan. De Jas is dus een plaats voor geesten.<BR> Draakachtige figuren (komodo). Het gaat hier om mudur draakachtige figuren met een vissenstaart en deze zwemt in de wolken (zie boven). De insecten zijn muggen/muskieten Zij zijn overal en zij kunnen mensen (waaronder sjamanen) in trance brengen door malaria…. Zij zijn klein en heel sterk. Anatol Donkan heeft ze gekozen om af te beelden omdat dat bij de traditie van de Nanai hoort. De afgebeelde dieren zijn geen dieren maar geesten. En de afbeeldingen op de jas zijn de plaatsen van deze geesten waar ze heen kunnen gaan. De jas laat de wereld van Dorkin zien door middel van deze plaatsen.<BR> De verschillende hangers aan de mantel hebben ook hun betekenis. Op de schort zijn de ronde sjamanenspiegel Toli (bronzen schijf gedragen door sjamaan) te zien en beschermlagen met daaronder een berenfamilie. Beren zijn verwanten van beide familieclans Donkan en Kile. Er zijn ook twee tijgers en luipaarden afgebeeld. Zij zijn gemaakt van metaal en dienen als een wapenuitrusting en beschermen de sjamaan als deze in de geestenwereld in een gevecht verwikkeld is. In Diosgezi wordt vermeldt dat zowel de beer als de tijger beschouwd worden als heilige dieren bij de Nanai. Zij worden als voorouders gezien. De panter heeft helende krachten. (Zie V. Diosgezi, The Three-Grade Amulets among de Nanai (Golds). In: Popular Beliefs and Folklore Tradition in Siberia, ed by V. Diószegi, Budapest 1968 blz. 391-405.)<BR> Onder aan de schort zijn slangen en twee waterkoeien afgebeeld. De slangen en de waterkoeien zijn aan de ene kant gemaakt van meervalhuid en aan de andere kant van zalmhuid. De padden zijn ook gemaakt van meerval- en zalmhuid. De schort zelf is gemaakt van meervalhuid.<BR> <BR> Over de gebruikte materialen vertelt Anatol Donkan het volgende: <BR> De reden dat er gekozen is voor de huid van de meerval is omdat het een dierengeest is. Hij leeft in het water maar kan ook op de wal kruipen en twee rivieren verbinden. Hij kan namelijk van de ene naar de andere rivier kruipen. (Zo’n huid helpt de sjamaan naar verschillende werelden te reizen.)<BR> De verschillende metalen die gebruikt zijn voor de hangers zijn ijzer, koper, tin en brons. Alle metalen hebben een persoonlijke betekenis voor de sjamaan en elk gebruikt wat hij heeft. Deze combinatie hoort bij Anatol Donkan zelf.<BR> Hij heeft gekozen voor verschillende materialen omdat het volgens de traditie is. Slangen bijvoorbeeld zijn altijd geschilderd en gemaakt van leer en metaal. Voor de verschillende activiteiten worden verschillende materialen gebruikt. De jas is dus in bepaald opzicht een werktuig of plaats voor verschillende geesten voor de sjamaan, die bepaalde delen kan gebruiken. Het mag duidelijk zijn dat de jas niet voor dagelijks gebruik is. Deze materialen die in de jas en toebehoren zijn toegepast zijn allemaal verbonden met het sjamanisme.<BR> <BR> Het creatieve proces:<BR> Anatol Donkan bereidt zijn tekeningen niet voor op papier. Hij schildert de afbeeldingen meteen op het leer en de stof. Het papier met de tekeningen is eigenlijk een “foto” van wat op het kledingstuk is afgebeeld.<BR> De preparatie van de huid is bekend. Anatol schildert direct de verschillende motieven op de geprepareerde huid. De afbeeldingen worden ook meteen op de voering van de jas geschilderd. <BR> Doordat hij een tijd in de Rusland heeft gewoond en gewerkt, heeft hij Russische inkten en kleuren van een fabriek uit St. Petersburg gebruikt. De stof en de metalen zijn ook van Russische makelij.<BR> Als Anatol werkt aan de sjamanenjas voelt hij zich verbonden met de wereld van de geesten en met het volk van de Nanai. Hij voelt zich in het bijzonder verbonden met zijn leraar Nikolai Batonowitsch Kile, een wijze Nanai.<BR> Anatol doet overal inspiratie op in alles: in deze opdracht voor Museum Volkenkunde, in de geschiedenis van de Nanai, in de natuur, in de bijzondere materialen waarmee hij werkt, in de hedendaagse tijd. Zijn werk stuurt hem en stimuleert hem.<BR> In de compositie komt zowel symmetrie als asymmetrie voor. De symmetrie komt tot uiting in de afbeelding van de twee clans die op de linker en de rechterzijde zijn afgebeeld.<BR> Volgens Anatol komt de stijl van zijn werk het best naar oren door het verhaal dat hij vertelt.<BR> De jas duidt op de toekomst. Het Nanaivolk met zijn verhalen en tradities worden daardoor weer levend en zullen in de toekomst gezien worden door veel mensen. De jas vertelt de geschiedenis van het Nanaivolk.<BR> Sjamanen jassen zijn altijd symbolisch. Volgens Anatol Donkan zullen de Nanai als ze vernemen dat dat deze jas in een tentoonstelling van Museum Volkenkunde wordt geëxposeerd, of in de collectie van zo’n groot museum komt, blij zijn en zich vereerd voelen omdat op deze manier veel mensen met hun cultuur in aanraking zullen komen. Voor Anatol behoort de jas tot de moderne Nanai cultuur maar is gebaseerd op de oude cultuur waarin traditioneel materiaal, de traditionele manier van verhalen vertellen gecombineerd is met een hedendaags verhaal.<BR> <BR> Biografie van Anatol Donkan, Nanai Kunstenaar: <BR> In de tijd van Stalin werden kleine volken in het Sovjetrijk als problematisch beschouwd en moesten zij zo gauw mogelijk geïntegreerd worden in het totalitaire systeem. Men deed dit o.a. door jonge kinderen van hun ouders te scheiden. Dit lot onderging ook Anatol Donkan, de maker van deze sjamanenjas. Hij werd op 4 november 1955 in Tunguska in Zuidoost-Siberië geboren en ging kort na zijn geboorte in een kindertehuis en verbleef daar 15 jaar. Hij werd matroos en stuurman op een visserijvloot, maar was altijd geïnteresseerd in kunst en in de tradities van zijn volk de Nanai. Door de Perestrojka werd het voor hem mogelijk om een kunstopleiding te volgen. Aanvankelijk trachtte hij op een kunstacademie aangenomen te worden maar dat lukte niet omdat hem aan de benodigde vaardigheden ontbrak. Dit liet hem niet ontmoedigen en hij schreef zich in voor de Universiteit voor Pedagogiek en Grafiek in Chabarovsk. Tijdens zijn opleiding verdiepte hij zich ook in de cultuur van de Nanai en in het bijzonder in cultfiguren van de sjamanen aan de Amoer-rivier. In 1992 werd Donkan directeur van het ‘Siberian Art Program’ in Vladivostok en in 1994 was hij betrokken bij de oprichting van het Amur Ethnic Art Museum in Vladivostok.<BR> Hoewel hij niet in de cultuur van zijn voorvaderen is opgegroeid, voelt hij zich daar sterk mee verbonden. Hij wil de oude tradities van Nanai in ere herstellen. Er leven nog ongeveer 12.000 Nanai in Siberië. Hun cultuur heeft sterk te geleden onder de Russische repressie.. <BR> In 2006 startte hij samen met kunstenaar Mareile Onodera een atelier waar hij producten van vissenleer vervaardigt en verkoopt. Hij maakt daarnaast ook houten sculpturen die huisgeesten voorstellen en schilderijen waarbij vaak dieren, diergeesten en levensbomen worden afgebeeld. <BR> In 2007 stichtte hij het Fishleder Museum in Viechtach, Duitsland, wat in 2017 zijn deuren sloot. Vanaf 2017 werkt Anatol Donkan vanuit zijn atelier in Viechtach en verblijft regelmatig in St. Petersburg. (zie ook https://www.anatol-donkan.com/biografie-donkan)<BR> <BR>

Sjamanenjas

Anatol Donkan, Nanai kunstenaar die gespecialiseerd is in visleerbewerking, maakte voor Museum Volkenkunde een sjamanenjas. De jas is gemaakt van twee soorten vissenhuid, zalm en karper, voorzien van decoraties, een schort, een muts en helm en een trommel met trommelstok. Het werk is geïnspireerd door de spirituele cultuur van de Nanai.<BR> <BR> Anatol Donkan verstrekte informatie over zijn collectie op basis van vragen gesteld door interviewer Ulrike Bohnet, Lindenmuseum Stuttgart, met een vragenlijst opgesteld in samenwerking met Cunera Buijs, conservator Museum Volkenkunde, december 2017.<BR> <BR> Betekenis van tekeningen op de sjamanenjas die door hem vervaardigd is:<BR> Boven aan de mouw zijn twee Mudur, draakachtige figuren met een vissenstaart aangebracht. Zij wonen in regenwolken waar de onweersbuien zijn.<BR> De grote slangen heten Puimur en symboliseren twee rivieren<BR> De onderste slangen heten Djabdjea- zij symboliseren de aarde. Daar zijn de bergen. Elke clan heeft een berg met een eigen levensboom. Er zijn twee verschillende levensbomen van de Donkan en Kile (bekende Nanai clans in het Amurgebied). Deze twee clans zijn verwant aan elkaar. De levensbomen van elke clan worden beschermd elk door twee eenheden; een paar tijgers en een paar luipaarden.<BR> Vier sjamanen reizen op de wolken zij hebben geen kleur omdat het reizende zielen zijn. Dit betekent dat ze in trance (gedurende kamlanie) zijn. Eén sjamaan heeft een vogel op het hoofd. Hij is de oudste sjamaan. De tweede sjamaan is ook vergezeld door een vogel, die hem helpt om de weg terug te vinden want met de vogel is hij veilig. De derde sjamaan is een vrouwelijke sjamaan die het geheim van de tweelinggeboorte kent. De vierde sjamaan heeft een rood gestreepte slang boven zich, hetgeen betekent dat hij alle wijsheid heeft.<BR> Drie verschillende reizende tweelingparen (man& man, vrouw & vrouw, man & vrouw) zijn ook op deze wolken. Daarnaast zijn er nog meer leden van de twee families Donkan en Kile aanwezig. Zij zijn eveneens reizend en in trance. Daartussenin, onder de slang in het midden, zijn muggen “Garmachta” afgebeeld. Zij zijn overal, zij kunnen in trance raken en kunnen zielen in een bloeddruppel vervoeren. De sjamaan kan ze oproepen en op pad zenden.<BR> Onder de Dabdjea (slangen) kun je de hagedis (Iselen) zien en de pad (Kutuä), zij symboliseren de longen. Deze twee weten alles over het aardse en onderaardse. Je kunt ze aanroepen en vragen stellen. Bovenaan, op de grote slangen, zijn er aan de voorkant twee paar padden (Kutuä). <BR> De bomen staan op 3 strepen. Dit zijn bergen. De bomen groeien en hun bloesems vormen de nesten voor kleine vogels. De vogels symboliseren de zielen van de nog ongeboren kinderen. De groene “scales” symboliseren bladeren. Van deze bladeren kan men bellen (kangoro) maken. Er zijn 3 ronde, gele symbolen, die men op de borst kan dragen als sjamanenschilden (Toli-bronzen schijven die sjamanen dragen). Daarachter zijn twee paar schildpadden (Ajan) afgebeeld. Zij symboliseren nieren en weten alles wat onder het water en op de aarde is.<BR> Anatol Donkan heeft deze dieren gekozen omdat ze in het Amurgebied leven en in de verhalen van de sjamanen voorkomen. Deze dieren zijn verbonden met het wereldbeeld van de Nanai m.n. de Dorkin, de middenwereld, de wereld waarin wij leven. De levensboom verbindt de boven en onderwereld en deze groeit op een plek zonder naam.<BR> De verschillende geesten leven overal. Elke boom, berg, meer en alles wat we zien “leeft” en bevat een geest. De geest kan er vanaf het begin al zitten maar kan ook binnengekomen zijn en daar zijn gaan leven voor een kortere of langere tijd. De sjamaan kan zoiets aansturen.<BR> Volgens Anatol Donkan is er een wereld waarin wij leven: Dorkin . En er is een wereld van de doden, de onderwereld: Buni . Volgens de wetenschapper Tatiana Bulgakova in haar publicatie Nanai shamanic culture in indigenous discourse (2013, p. 236), is Dorkin de onzichtbare spirituele onderaardse wereld en Buni is de wereld van de doden (ibid. p.236).<BR> Anatol Donkan vervolgt: Bij het overlijden scheidt de ziel zich van het lichaam en verhuist naar een klein figuurtje (beeldje) dat gemaakt is als huis van de ziel. Het beeldje krijgt als een familielid een plaats in het huis van de diepbedroefde verwanten en krijgt voedsel en drank, sigaretten en vermaak aangeboden. <BR> De sjamaan helpt in een ceremonie de ziel van de overledene naar de wereld van de voorouders te reizen. Dit is de derde wereld Endur. In ieder geval zegt Anatol Donkan dat dit zijn eigen overtuiging is en aansluit bij de wereldvisie van de Nanai.<BR> Volgens Tatiana Bulgakova, in haar studie over Nanai sjamanisme getiteld Nanai shamanic culture in indigenous discourse (2013, p. 236), is Endur een godheid die een rang boven de sjamanistische helper van geesten staat. Opvattingen over sjamanisme en wereldbeschouwing zijn vaak zeer persoonlijk en kunnen verschillen van persoon tot persoon.<BR> Op de jas staan een salamander en een pad en zij gaan beide onder de aarde en duiken in het water. Alle afbeeldingen zijn een plaats voor de specifieke dieren waar zij naartoe kunnen gaan. De pad en de salamander kunnen er aan land gaan. De Jas is dus een plaats voor geesten.<BR> Draakachtige figuren (komodo). Het gaat hier om mudur draakachtige figuren met een vissenstaart en deze zwemt in de wolken (zie boven). De insecten zijn muggen/muskieten Zij zijn overal en zij kunnen mensen (waaronder sjamanen) in trance brengen door malaria…. Zij zijn klein en heel sterk. Anatol Donkan heeft ze gekozen om af te beelden omdat dat bij de traditie van de Nanai hoort. De afgebeelde dieren zijn geen dieren maar geesten. En de afbeeldingen op de jas zijn de plaatsen van deze geesten waar ze heen kunnen gaan. De jas laat de wereld van Dorkin zien door middel van deze plaatsen.<BR> De verschillende hangers aan de mantel hebben ook hun betekenis. Op de schort zijn de ronde sjamanenspiegel Toli (bronzen schijf gedragen door sjamaan) te zien en beschermlagen met daaronder een berenfamilie. Beren zijn verwanten van beide familieclans Donkan en Kile. Er zijn ook twee tijgers en luipaarden afgebeeld. Zij zijn gemaakt van metaal en dienen als een wapenuitrusting en beschermen de sjamaan als deze in de geestenwereld in een gevecht verwikkeld is. In Diosgezi wordt vermeldt dat zowel de beer als de tijger beschouwd worden als heilige dieren bij de Nanai. Zij worden als voorouders gezien. De panter heeft helende krachten. (Zie V. Diosgezi, The Three-Grade Amulets among de Nanai (Golds). In: Popular Beliefs and Folklore Tradition in Siberia, ed by V. Diószegi, Budapest 1968 blz. 391-405.)<BR> Onder aan de schort zijn slangen en twee waterkoeien afgebeeld. De slangen en de waterkoeien zijn aan de ene kant gemaakt van meervalhuid en aan de andere kant van zalmhuid. De padden zijn ook gemaakt van meerval- en zalmhuid. De schort zelf is gemaakt van meervalhuid.<BR> <BR> Over de gebruikte materialen vertelt Anatol Donkan het volgende: <BR> De reden dat er gekozen is voor de huid van de meerval is omdat het een dierengeest is. Hij leeft in het water maar kan ook op de wal kruipen en twee rivieren verbinden. Hij kan namelijk van de ene naar de andere rivier kruipen. (Zo’n huid helpt de sjamaan naar verschillende werelden te reizen.)<BR> De verschillende metalen die gebruikt zijn voor de hangers zijn ijzer, koper, tin en brons. Alle metalen hebben een persoonlijke betekenis voor de sjamaan en elk gebruikt wat hij heeft. Deze combinatie hoort bij Anatol Donkan zelf.<BR> Hij heeft gekozen voor verschillende materialen omdat het volgens de traditie is. Slangen bijvoorbeeld zijn altijd geschilderd en gemaakt van leer en metaal. Voor de verschillende activiteiten worden verschillende materialen gebruikt. De jas is dus in bepaald opzicht een werktuig of plaats voor verschillende geesten voor de sjamaan, die bepaalde delen kan gebruiken. Het mag duidelijk zijn dat de jas niet voor dagelijks gebruik is. Deze materialen die in de jas en toebehoren zijn toegepast zijn allemaal verbonden met het sjamanisme.<BR> <BR> Het creatieve proces:<BR> Anatol Donkan bereidt zijn tekeningen niet voor op papier. Hij schildert de afbeeldingen meteen op het leer en de stof. Het papier met de tekeningen is eigenlijk een “foto” van wat op het kledingstuk is afgebeeld.<BR> De preparatie van de huid is bekend. Anatol schildert direct de verschillende motieven op de geprepareerde huid. De afbeeldingen worden ook meteen op de voering van de jas geschilderd. <BR> Doordat hij een tijd in de Rusland heeft gewoond en gewerkt, heeft hij Russische inkten en kleuren van een fabriek uit St. Petersburg gebruikt. De stof en de metalen zijn ook van Russische makelij.<BR> Als Anatol werkt aan de sjamanenjas voelt hij zich verbonden met de wereld van de geesten en met het volk van de Nanai. Hij voelt zich in het bijzonder verbonden met zijn leraar Nikolai Batonowitsch Kile, een wijze Nanai.<BR> Anatol doet overal inspiratie op in alles: in deze opdracht voor Museum Volkenkunde, in de geschiedenis van de Nanai, in de natuur, in de bijzondere materialen waarmee hij werkt, in de hedendaagse tijd. Zijn werk stuurt hem en stimuleert hem.<BR> In de compositie komt zowel symmetrie als asymmetrie voor. De symmetrie komt tot uiting in de afbeelding van de twee clans die op de linker en de rechterzijde zijn afgebeeld.<BR> Volgens Anatol komt de stijl van zijn werk het best naar oren door het verhaal dat hij vertelt.<BR> De jas duidt op de toekomst. Het Nanaivolk met zijn verhalen en tradities worden daardoor weer levend en zullen in de toekomst gezien worden door veel mensen. De jas vertelt de geschiedenis van het Nanaivolk.<BR> Sjamanen jassen zijn altijd symbolisch. Volgens Anatol Donkan zullen de Nanai als ze vernemen dat dat deze jas in een tentoonstelling van Museum Volkenkunde wordt geëxposeerd, of in de collectie van zo’n groot museum komt, blij zijn en zich vereerd voelen omdat op deze manier veel mensen met hun cultuur in aanraking zullen komen. Voor Anatol behoort de jas tot de moderne Nanai cultuur maar is gebaseerd op de oude cultuur waarin traditioneel materiaal, de traditionele manier van verhalen vertellen gecombineerd is met een hedendaags verhaal.<BR> <BR> Biografie van Anatol Donkan, Nanai Kunstenaar: <BR> In de tijd van Stalin werden kleine volken in het Sovjetrijk als problematisch beschouwd en moesten zij zo gauw mogelijk geïntegreerd worden in het totalitaire systeem. Men deed dit o.a. door jonge kinderen van hun ouders te scheiden. Dit lot onderging ook Anatol Donkan, de maker van deze sjamanenjas. Hij werd op 4 november 1955 in Tunguska in Zuidoost-Siberië geboren en ging kort na zijn geboorte in een kindertehuis en verbleef daar 15 jaar. Hij werd matroos en stuurman op een visserijvloot, maar was altijd geïnteresseerd in kunst en in de tradities van zijn volk de Nanai. Door de Perestrojka werd het voor hem mogelijk om een kunstopleiding te volgen. Aanvankelijk trachtte hij op een kunstacademie aangenomen te worden maar dat lukte niet omdat hem aan de benodigde vaardigheden ontbrak. Dit liet hem niet ontmoedigen en hij schreef zich in voor de Universiteit voor Pedagogiek en Grafiek in Chabarovsk. Tijdens zijn opleiding verdiepte hij zich ook in de cultuur van de Nanai en in het bijzonder in cultfiguren van de sjamanen aan de Amoer-rivier. In 1992 werd Donkan directeur van het ‘Siberian Art Program’ in Vladivostok en in 1994 was hij betrokken bij de oprichting van het Amur Ethnic Art Museum in Vladivostok.<BR> Hoewel hij niet in de cultuur van zijn voorvaderen is opgegroeid, voelt hij zich daar sterk mee verbonden. Hij wil de oude tradities van Nanai in ere herstellen. Er leven nog ongeveer 12.000 Nanai in Siberië. Hun cultuur heeft sterk te geleden onder de Russische repressie.. <BR> In 2006 startte hij samen met kunstenaar Mareile Onodera een atelier waar hij producten van vissenleer vervaardigt en verkoopt. Hij maakt daarnaast ook houten sculpturen die huisgeesten voorstellen en schilderijen waarbij vaak dieren, diergeesten en levensbomen worden afgebeeld. <BR> In 2007 stichtte hij het Fishleder Museum in Viechtach, Duitsland, wat in 2017 zijn deuren sloot. Vanaf 2017 werkt Anatol Donkan vanuit zijn atelier in Viechtach en verblijft regelmatig in St. Petersburg. (zie ook https://www.anatol-donkan.com/biografie-donkan)<BR> <BR>