Hoofddeksel

In 1904 beschreven Spencer en Gillen de decoraties die door mannen en vrouwen van de Arunta-clan werden gedragen tijdens corroborees (bijeenkomsten)en ceremonies die geschikt waren om door de hele gemeenschap bijgewoond te worden. Elke deelnemer droeg een hoofddeksel dat doorgaans kegelvormig was met veren aan de bovenkant. Het frame van de hoofddeksels bestond uit samengebonden twijgen. Deze vorm werd bekleed met gesponnen mensenhaar. Hierop werd een versiering aangebracht van okers. Soms werd het frame van takken bedekt met vogeldons of plantaardige pulp die ook waren versierd met okers. Het patroon op het hoofddeksel ging naadloos over in het patroon op het gezicht en het lichaam. Het lichaam zelf was versierd met stroken en cirkels van dons. Vogeldons werd alleen gebruikt bij heilige ceremonies. Plantaardig dons en pulp bij openbare ceremonies. Ook werden er bundels bladeren om de benen, net boven de enkel gebonden.

Hoofddeksel

In 1904 beschreven Spencer en Gillen de decoraties die door mannen en vrouwen van de Arunta-clan werden gedragen tijdens corroborees (bijeenkomsten)en ceremonies die geschikt waren om door de hele gemeenschap bijgewoond te worden. Elke deelnemer droeg een hoofddeksel dat doorgaans kegelvormig was met veren aan de bovenkant. Het frame van de hoofddeksels bestond uit samengebonden twijgen. Deze vorm werd bekleed met gesponnen mensenhaar. Hierop werd een versiering aangebracht van okers. Soms werd het frame van takken bedekt met vogeldons of plantaardige pulp die ook waren versierd met okers. Het patroon op het hoofddeksel ging naadloos over in het patroon op het gezicht en het lichaam. Het lichaam zelf was versierd met stroken en cirkels van dons. Vogeldons werd alleen gebruikt bij heilige ceremonies. Plantaardig dons en pulp bij openbare ceremonies. Ook werden er bundels bladeren om de benen, net boven de enkel gebonden.