Prent met de namen van Mohammed, 'Ali, Fatima, Hassan en Hussein

Op deze prent staan in grote letters de namen van God en de “Ahl al-bayt” of de mensen van het huis van de profeet, dat wil zeggen Mohammed, zijn dochter Fatima, haar man Ali en hun zoons Hassan en Hussein. De namen van Mohammed en Ali worden gevolgd door een afkorting van de spreuken (sad en mim) “moge God hem en zijn familie zegenen en vrede geven” en (ayn en mim) “vrede zij met hem.” Rechts komt een engel aanvliegen met in de handen een cartouche waar de geloofsbelijdenis in staat en bovenaan in het midden staat de basmala, de formule 'in de naam van God, de barmhartige, de erbarmer' (bismillah ar-rahman ar-rahiem). Zulke prenten vervulden een beschermende functie en werden opgehangen in huizen en winkels. In de omlijsting van de prent zijn het Troonvers (2: 255, inclusief 256) en verzen die een beschermende (amulet-) functie vervullen tegen het boze oog geschreven (68: 51-52). Beneden in het midden van de omlijsting is het werk nederig gesigneerd door “de slaaf Muhammad Saneʿi.”<BR> <BR> De stijl van kalligrafische compositie, waarbij woorden ingevuld worden met bloemmotieven, figuren en teksten was populair aan het eind van de late achttiende en de negentiende eeuw en wordt golzar—letterlijk: “rozentuin” of “vol met bloemen”—genoemd (vergelijk Library of Congress, Washington D.C., African and Middle Eastern Division, 1-85-154.95; Safwat 1996: 106). Links, bijvoorbeeld, draagt een engel de letter ayn van de naam van Ali, waarin drie gesluierde figuren met aureool te zien zijn (in ieder geval de Profeet Mohammed en Ali). Rechtsonder zijn in de naam van Fatima een figuur op paard, een gesluierde vrouw, waarschijnlijk Fatima zelf, een engel en meerdere gesluierde figuren te zien, in ieder geval Hassan en Hussein, alle met aureool. Links zijn in de punten en letter nun van de naam van Hassan krijgers afgebeeld. In de waw is Ali te zien, te herkennen aan zijn kenmerkende zittende houding. Vooral Hussein wordt meerdere malen aangeroepen. In de punten van de naam Hussein staan “O Hussein, dienaar van God” (یا ابا عبدالله الحسين) en “O meester der vromen” (یا مولای متقیان). Boven de naam van Fatima staat in een cartouche “O Hussein, onderdrukte [en onschuldige] dienaar van God” (يا ابا عبد الله حسين المظلوم) en in de nun van Husseins naam nogmaals “O onderdrukte [en onschuldige] Hussein” (يا حسين مظلوم). In de cartouche links staan wederom de namen van God en de Ahl al-Beyt. <BR> <BR> De sociaalhistorische context van deze prent is die van de bazaar van Tehran in het tweede kwart van de 20e eeuw ten tijde van de Pahlavidynastie (zie Keshavarzian 2009 voor een uitgebreide analyse van de relatie tussen bazaar, staat en religie tijdens de Pahlavidynastie en daarna). De maker, Mohammad Saneʿi, was werkzaam in de periode 1931-1946 (Marzolph 2001: 46). In dit geval wordt er vermeld dat de prent in Tehran is gemaakt en werd verkocht in de bazaar in het deel van de tinmakers (مرکز هدیه، تهران ، بازار حلبی سازان کتاب فروشی مظلوم شیرازی). In dat deel van de bazaar bevonden zich in deze periode uitgevers en boekverkopers (Keshavarzian 2009: 45), waaronder de boekhandel (van) Mazlum Shirazi waar deze prent te koop was. Verder wordt onderaan vermeld dat de auteursrechten voorbehouden zijn en beneden in het midden dat de kosten voor deze prent twee rial zijn. Hierbij wordt voor de kosten het opmerkelijke woord “gift” (هدیه) gebruikt, wat de religieuze meerwaarde aangeeft van het kopen van de prent (zie Flaskerud 2010, hoofdstuk 8, over het beeld als religieuze gift in sjiitisch Iran).<BR> <BR> Om de sociale functie van deze prent beter te begrijpen is het ook noodzakelijk om stil te staan bij de lithografische techniek, die in Iran is gebruikt om religieuze voorstellingen op papier te drukken. Lithografische illustratie was een kunstvorm die in Iran ongeveer een eeuw is toegepast, vanaf de introductie van de techniek in Iran in 1833 tot de jaren vijftig van de twintigste eeuw, toen de laatste lithografiewerkplaats zijn deuren sloot (Marzolph 2001, 2009, 2011, 2012). Deze techniek raakte populair vanwege de relatief lage productiekosten, zodat de productie en verkoop van boeken en prenten op grote schaal mogelijk werd. Aan de andere kant was lithografie populair vanwege culturele en artistieke redenen. In tegenstelling tot moderne mechanische typografie konden dankzij de lithografie complexe vormen en iconografie behouden en gepopulariseerd worden. Geïllustreerde boeken gedrukt met de lithografietechniek in Iran bouwden zo voort op een verfijnde en eeuwenoude kalligrafische traditie. In de Qajar periode raakten op deze manier sjiitische thema’s, die eerder alleen beschikbaar waren voor de elite, visueel populair (cf. Ekhtiar 2015: 146 en Flaskerud 2010: 28-29). Dit continueerde in de twintigste eeuw. De lithografie nam zo een interessante plaats in tussen de hoge kunstvormen, zoals Perzische miniatuurkunst, en populaire vormen, zoals achterglasschilderingen en koffiehuisschilderingen. Naast het drukken van klassieke literatuur en romantische en populaire verhalen werd de lithografie gebruikt om religieuze boeken te maken. Ook werden enkelzijdige prenten gedrukt zoals deze, waarvan sommige op de bazaar of in en nabij sjiitische gebedshuizen werden verkocht. Van deze enkelzijdige prenten zijn slechts enkele uit de negentiende eeuw bewaard gebleven, vanwege het dagelijkse gebruik en het kwetsbare materiaal. De enkelzijdige prenten van Mohammad Saneʿi (7031-32a t/m 32u) uit de twintigste eeuw volgen deze eerdere voorbeelden van sjiitische iconografie.<BR> <BR> Pooyan Tamimi Arab, 2016.

Prent met de namen van Mohammed, 'Ali, Fatima, Hassan en Hussein

Op deze prent staan in grote letters de namen van God en de “Ahl al-bayt” of de mensen van het huis van de profeet, dat wil zeggen Mohammed, zijn dochter Fatima, haar man Ali en hun zoons Hassan en Hussein. De namen van Mohammed en Ali worden gevolgd door een afkorting van de spreuken (sad en mim) “moge God hem en zijn familie zegenen en vrede geven” en (ayn en mim) “vrede zij met hem.” Rechts komt een engel aanvliegen met in de handen een cartouche waar de geloofsbelijdenis in staat en bovenaan in het midden staat de basmala, de formule 'in de naam van God, de barmhartige, de erbarmer' (bismillah ar-rahman ar-rahiem). Zulke prenten vervulden een beschermende functie en werden opgehangen in huizen en winkels. In de omlijsting van de prent zijn het Troonvers (2: 255, inclusief 256) en verzen die een beschermende (amulet-) functie vervullen tegen het boze oog geschreven (68: 51-52). Beneden in het midden van de omlijsting is het werk nederig gesigneerd door “de slaaf Muhammad Saneʿi.”<BR> <BR> De stijl van kalligrafische compositie, waarbij woorden ingevuld worden met bloemmotieven, figuren en teksten was populair aan het eind van de late achttiende en de negentiende eeuw en wordt golzar—letterlijk: “rozentuin” of “vol met bloemen”—genoemd (vergelijk Library of Congress, Washington D.C., African and Middle Eastern Division, 1-85-154.95; Safwat 1996: 106). Links, bijvoorbeeld, draagt een engel de letter ayn van de naam van Ali, waarin drie gesluierde figuren met aureool te zien zijn (in ieder geval de Profeet Mohammed en Ali). Rechtsonder zijn in de naam van Fatima een figuur op paard, een gesluierde vrouw, waarschijnlijk Fatima zelf, een engel en meerdere gesluierde figuren te zien, in ieder geval Hassan en Hussein, alle met aureool. Links zijn in de punten en letter nun van de naam van Hassan krijgers afgebeeld. In de waw is Ali te zien, te herkennen aan zijn kenmerkende zittende houding. Vooral Hussein wordt meerdere malen aangeroepen. In de punten van de naam Hussein staan “O Hussein, dienaar van God” (یا ابا عبدالله الحسين) en “O meester der vromen” (یا مولای متقیان). Boven de naam van Fatima staat in een cartouche “O Hussein, onderdrukte [en onschuldige] dienaar van God” (يا ابا عبد الله حسين المظلوم) en in de nun van Husseins naam nogmaals “O onderdrukte [en onschuldige] Hussein” (يا حسين مظلوم). In de cartouche links staan wederom de namen van God en de Ahl al-Beyt. <BR> <BR> De sociaalhistorische context van deze prent is die van de bazaar van Tehran in het tweede kwart van de 20e eeuw ten tijde van de Pahlavidynastie (zie Keshavarzian 2009 voor een uitgebreide analyse van de relatie tussen bazaar, staat en religie tijdens de Pahlavidynastie en daarna). De maker, Mohammad Saneʿi, was werkzaam in de periode 1931-1946 (Marzolph 2001: 46). In dit geval wordt er vermeld dat de prent in Tehran is gemaakt en werd verkocht in de bazaar in het deel van de tinmakers (مرکز هدیه، تهران ، بازار حلبی سازان کتاب فروشی مظلوم شیرازی). In dat deel van de bazaar bevonden zich in deze periode uitgevers en boekverkopers (Keshavarzian 2009: 45), waaronder de boekhandel (van) Mazlum Shirazi waar deze prent te koop was. Verder wordt onderaan vermeld dat de auteursrechten voorbehouden zijn en beneden in het midden dat de kosten voor deze prent twee rial zijn. Hierbij wordt voor de kosten het opmerkelijke woord “gift” (هدیه) gebruikt, wat de religieuze meerwaarde aangeeft van het kopen van de prent (zie Flaskerud 2010, hoofdstuk 8, over het beeld als religieuze gift in sjiitisch Iran).<BR> <BR> Om de sociale functie van deze prent beter te begrijpen is het ook noodzakelijk om stil te staan bij de lithografische techniek, die in Iran is gebruikt om religieuze voorstellingen op papier te drukken. Lithografische illustratie was een kunstvorm die in Iran ongeveer een eeuw is toegepast, vanaf de introductie van de techniek in Iran in 1833 tot de jaren vijftig van de twintigste eeuw, toen de laatste lithografiewerkplaats zijn deuren sloot (Marzolph 2001, 2009, 2011, 2012). Deze techniek raakte populair vanwege de relatief lage productiekosten, zodat de productie en verkoop van boeken en prenten op grote schaal mogelijk werd. Aan de andere kant was lithografie populair vanwege culturele en artistieke redenen. In tegenstelling tot moderne mechanische typografie konden dankzij de lithografie complexe vormen en iconografie behouden en gepopulariseerd worden. Geïllustreerde boeken gedrukt met de lithografietechniek in Iran bouwden zo voort op een verfijnde en eeuwenoude kalligrafische traditie. In de Qajar periode raakten op deze manier sjiitische thema’s, die eerder alleen beschikbaar waren voor de elite, visueel populair (cf. Ekhtiar 2015: 146 en Flaskerud 2010: 28-29). Dit continueerde in de twintigste eeuw. De lithografie nam zo een interessante plaats in tussen de hoge kunstvormen, zoals Perzische miniatuurkunst, en populaire vormen, zoals achterglasschilderingen en koffiehuisschilderingen. Naast het drukken van klassieke literatuur en romantische en populaire verhalen werd de lithografie gebruikt om religieuze boeken te maken. Ook werden enkelzijdige prenten gedrukt zoals deze, waarvan sommige op de bazaar of in en nabij sjiitische gebedshuizen werden verkocht. Van deze enkelzijdige prenten zijn slechts enkele uit de negentiende eeuw bewaard gebleven, vanwege het dagelijkse gebruik en het kwetsbare materiaal. De enkelzijdige prenten van Mohammad Saneʿi (7031-32a t/m 32u) uit de twintigste eeuw volgen deze eerdere voorbeelden van sjiitische iconografie.<BR> <BR> Pooyan Tamimi Arab, 2016.