Prent met kalligrafie van soera 48: 1 uit de Koran

Op deze prent is in grote letters soera 48: 1 van de Koran afgebeeld, “Waarlijk, wij hebben u [Mohammed] een duidelijke overwinning geschonken.” In de hoeken van de afbeelding worden vier engelen aangeroepen, “O Jibrail,” “O Israfil,” “O Mikail,” “O Izrail.” De lijst van de afbeelding is versierd met het Troonvers uit de Koran (soera 2: 225-257; vers 257 niet volledig) en soera 68: 51-52, die bescherming biedt tegen het boze oog.<BR> <BR> In het Arabische woord انا staat de verkorte versie van de geloofsbelijdenis gevolgd door de tekst “Ik vraag God, die mijn Heer is, om vergeving en ik toon berouw tegenover Hem.” In het woord فتحنا staat “O Liefhebbende, O Weldoener, O Rechter” (یا حنان یا منان یا دیان). In het woord لك staat nogmaals soera 48: 1, gevolgd door “de Alwetende,” Allah, Mohammed, Fatima en de eerste negen van de Twaalf Imams. In het woord فتحا (overwinning) staat “O verhevene van rang” (يا رفيع الدرجات) gevolgd door de bekende spreuken “Er is geen held behalve Ali, geen zwaard behalve Dhū ‘l-Faqār” en de Basmala. In het woord مبینا begint soera 68:51, voorafgegaan aan “de Verhevene [heeft gezegd].” In de twee puntjes bovenaan staat “O Kenner van het Ongeziene” (يا علام الغيوب). Links van het woord مبینا staat in een cartouche “Roep Ali aan, de manifestatie van wonderen. Je zult hulp vinden bij tegenslag. Elke bezorgdheid en verdriet zal verdwijnen dankzij Uw Verhevenheid, O God, en dankzij uw profeetschap, O Mohammed, [de tekst gaat in de cartouche daaronder verder] en dankzij uw soevereiniteit O Ali, O Ali, O Ali” (ناد عليا مظهرالعجائب تجده عونا لك في النوائب كل هما وغما سينجلي بولايتك يا علي يا علي يا علي). In de onderste cartouche wordt ook vermeld dat de prent is gemaakt door “de minderwaardige slaaf Muhammad ibn Fath Allah Sanei.” Verder is de prent onder meer versierd met bloemmotieven, kalligrafie in de twee pauwen, de naam Ali twee keer gespiegeld in een punt rechtsmidden en de tekst Allah Akbar in een punt in het midden. Mohammed en Ali zijn gesluierd afgebeeld in twee punten. Deze stijl van kalligrafische compositie, waarbij woorden ingevuld worden met bloemmotieven, figuren en teksten was populair aan het eind van de late achttiende en de negentiende eeuw en wordt golzar – letterlijk: “rozentuin” of “vol met bloemen” – genoemd (vergelijk Library of Congress, Washington D.C., African and Middle Eastern Division, 1-85-154.95; Safwat 1996: 106). <BR> <BR> De soera in het groot met als onderwerp overwinning heeft in deze prent een duidelijk eschatologische dimensie. Allereerst vanwege de aanwezigheid van de engelen waarvan geloofd werd dat zij samen met de Mahdi zouden verschijnen voor het Laatste Oordeel. Ook zouden deze engelen de Profeet Mohammed en Ali vergezellen (Gruber 2016: 325), die klein zijn afgebeeld. Het genoemde zwaard Dhū ‘l-Faqār (volgens een variant op het verhaal door de engel Gabriel (Jibrail) aan Mohammed overhandigd die het weer schonk aan Ali (Amir-Moezzi 2012: 39)) is eveneens een symbool van het Laatste Oordeel en wordt geassocieerd met de laatste van de Twaalf Imams (Bellino 2012). Op de onderste helft van de prent zijn ook engelen afgebeeld die blazen op een hoorn – volgens traditie de taak van Israfil (vergelijk Farhad en Bagci 2009, cat. 55) – een eschatologisch symbool dat in de Koran genoemd wordt (bijvoorbeeld 6: 73 en 39: 68). Een van de engelen rust op de naam van Ali, waardoor de autoriteit van Ali – tevens een van de namen van God – visueel verbonden wordt met het Laatste Oordeel. Dit past bij de sjiitische traditie die zegt dat Ali de mensheid zal beoordelen in het Laatste Oordeel en dat het paradijs alleen toegankelijk is voor wie trouw zweert aan hem (Gruber 2016: 317, 321, 327-328). Met andere woorden, de overwinning waar deze prent naar verwijst is onmiskenbaar die van de volgers van Ali. De twee pauwen symboliseren het paradijs (vergelijk Aghaie 2004, na p. 48 “A close-up shot of a ritual standard”) en mogelijk Imam Mahdi. Over de laatste Imam wordt in een overlevering geschreven dat hij als een stralende pauw is onder de mensen van het paradijs. De pauw kon ook een amuletfunctie hebben (vergelijk TM-4107-9).<BR> <BR> De sociaalhistorische context van deze prent is die van de bazaar van Tehran in het tweede kwart van de 20e eeuw ten tijde van de Pahlavidynastie (zie Keshavarzian 2009 voor een uitgebreide analyse van de relatie tussen bazaar, staat en religie tijdens de Pahlavidynastie en daarna). In dit geval wordt er vermeld dat de prent in Tehran is gemaakt en werd verkocht in de bazaar in het deel van de tinmakers (مرکز هدیه، تهران ، بازار حلبی سازان کتاب فروشی مظلوم شیرازی). In dat deel van de bazaar bevonden zich in deze periode uitgevers en boekverkopers (Keshavarzian 2009: 45), waaronder de boekhandel (van) Mazlum Shirazi waar deze prent te koop was. Tussen en links en rechts van de twee pauwen onderaan de afbeelding staat nogmaals dat deze illustratie gemaakt is door Mohammad Sanei Khansari, die werkzaam was in de periode 1931-1946 (Marzolph 2001: 46), en dat auteursrechten voorbehouden zijn en dat de kosten voor deze prent twee rial zijn. Hierbij wordt voor de kosten het opmerkelijke woord “gift” (هدیه) gebruikt, wat de religieuze meerwaarde aangeeft van het kopen van de prent.<BR> <BR> Over lithografie en religieuze prenten in Iran:<BR> <BR> Om de sociale functie van deze prent beter te begrijpen is het ook noodzakelijk om stil te staan bij de lithografische techniek, die in Iran is gebruikt om religieuze voorstellingen op papier te drukken. Lithografische illustratie was een kunstvorm die in Iran ongeveer een eeuw is toegepast, vanaf de introductie van de techniek in Iran in 1833 tot de jaren vijftig van de twintigste eeuw, toen de laatste lithografiewerkplaats zijn deuren sloot (Marzolph 2001, 2009, 2011, 2012). Deze techniek raakte populair vanwege de relatief lage productiekosten, zodat de productie en verkoop van boeken en prenten op grote schaal mogelijk werd. Aan de andere kant was lithografie populair vanwege culturele en artistieke redenen. In tegenstelling tot moderne mechanische typografie konden dankzij de lithografie complexe vormen en iconografie behouden en gepopulariseerd worden. Geïllustreerde boeken gedrukt met de lithografietechniek in Iran bouwden zo voort op een verfijnde en eeuwenoude kalligrafische traditie. In de Qajar periode raakten op deze manier sjiitische thema’s, die eerder alleen beschikbaar waren voor de elite, visueel populair (cf. Ekhtiar 2015: 146 en Flaskerud 2010: 28-29). Dit continueerde in de twintigste eeuw. De lithografie nam zo een interessante plaats in tussen de hoge kunstvormen, zoals Perzische miniatuurkunst, en populaire vormen, zoals achterglasschilderingen en koffiehuisschilderingen. Naast het drukken van klassieke literatuur en romantische en populaire verhalen werd de lithografie gebruikt om religieuze boeken te maken. Ook werden enkelzijdige prenten gedrukt zoals deze, waarvan sommige op de bazaar of in en nabij sjiitische gebedshuizen werden verkocht. Van deze enkelzijdige prenten zijn slechts enkele uit de negentiende eeuw bewaard gebleven, vanwege het dagelijkse gebruik en het kwetsbare materiaal. De enkelzijdige prenten van Mohammad Saneʿi (7031-32a t/m 32u) uit de twintigste eeuw volgen deze eerdere voorbeelden van sjiitische iconografie.<BR> <BR> Pooyan Tamimi Arab, 2016.

Prent met kalligrafie van soera 48: 1 uit de Koran

Op deze prent is in grote letters soera 48: 1 van de Koran afgebeeld, “Waarlijk, wij hebben u [Mohammed] een duidelijke overwinning geschonken.” In de hoeken van de afbeelding worden vier engelen aangeroepen, “O Jibrail,” “O Israfil,” “O Mikail,” “O Izrail.” De lijst van de afbeelding is versierd met het Troonvers uit de Koran (soera 2: 225-257; vers 257 niet volledig) en soera 68: 51-52, die bescherming biedt tegen het boze oog.<BR> <BR> In het Arabische woord انا staat de verkorte versie van de geloofsbelijdenis gevolgd door de tekst “Ik vraag God, die mijn Heer is, om vergeving en ik toon berouw tegenover Hem.” In het woord فتحنا staat “O Liefhebbende, O Weldoener, O Rechter” (یا حنان یا منان یا دیان). In het woord لك staat nogmaals soera 48: 1, gevolgd door “de Alwetende,” Allah, Mohammed, Fatima en de eerste negen van de Twaalf Imams. In het woord فتحا (overwinning) staat “O verhevene van rang” (يا رفيع الدرجات) gevolgd door de bekende spreuken “Er is geen held behalve Ali, geen zwaard behalve Dhū ‘l-Faqār” en de Basmala. In het woord مبینا begint soera 68:51, voorafgegaan aan “de Verhevene [heeft gezegd].” In de twee puntjes bovenaan staat “O Kenner van het Ongeziene” (يا علام الغيوب). Links van het woord مبینا staat in een cartouche “Roep Ali aan, de manifestatie van wonderen. Je zult hulp vinden bij tegenslag. Elke bezorgdheid en verdriet zal verdwijnen dankzij Uw Verhevenheid, O God, en dankzij uw profeetschap, O Mohammed, [de tekst gaat in de cartouche daaronder verder] en dankzij uw soevereiniteit O Ali, O Ali, O Ali” (ناد عليا مظهرالعجائب تجده عونا لك في النوائب كل هما وغما سينجلي بولايتك يا علي يا علي يا علي). In de onderste cartouche wordt ook vermeld dat de prent is gemaakt door “de minderwaardige slaaf Muhammad ibn Fath Allah Sanei.” Verder is de prent onder meer versierd met bloemmotieven, kalligrafie in de twee pauwen, de naam Ali twee keer gespiegeld in een punt rechtsmidden en de tekst Allah Akbar in een punt in het midden. Mohammed en Ali zijn gesluierd afgebeeld in twee punten. Deze stijl van kalligrafische compositie, waarbij woorden ingevuld worden met bloemmotieven, figuren en teksten was populair aan het eind van de late achttiende en de negentiende eeuw en wordt golzar – letterlijk: “rozentuin” of “vol met bloemen” – genoemd (vergelijk Library of Congress, Washington D.C., African and Middle Eastern Division, 1-85-154.95; Safwat 1996: 106). <BR> <BR> De soera in het groot met als onderwerp overwinning heeft in deze prent een duidelijk eschatologische dimensie. Allereerst vanwege de aanwezigheid van de engelen waarvan geloofd werd dat zij samen met de Mahdi zouden verschijnen voor het Laatste Oordeel. Ook zouden deze engelen de Profeet Mohammed en Ali vergezellen (Gruber 2016: 325), die klein zijn afgebeeld. Het genoemde zwaard Dhū ‘l-Faqār (volgens een variant op het verhaal door de engel Gabriel (Jibrail) aan Mohammed overhandigd die het weer schonk aan Ali (Amir-Moezzi 2012: 39)) is eveneens een symbool van het Laatste Oordeel en wordt geassocieerd met de laatste van de Twaalf Imams (Bellino 2012). Op de onderste helft van de prent zijn ook engelen afgebeeld die blazen op een hoorn – volgens traditie de taak van Israfil (vergelijk Farhad en Bagci 2009, cat. 55) – een eschatologisch symbool dat in de Koran genoemd wordt (bijvoorbeeld 6: 73 en 39: 68). Een van de engelen rust op de naam van Ali, waardoor de autoriteit van Ali – tevens een van de namen van God – visueel verbonden wordt met het Laatste Oordeel. Dit past bij de sjiitische traditie die zegt dat Ali de mensheid zal beoordelen in het Laatste Oordeel en dat het paradijs alleen toegankelijk is voor wie trouw zweert aan hem (Gruber 2016: 317, 321, 327-328). Met andere woorden, de overwinning waar deze prent naar verwijst is onmiskenbaar die van de volgers van Ali. De twee pauwen symboliseren het paradijs (vergelijk Aghaie 2004, na p. 48 “A close-up shot of a ritual standard”) en mogelijk Imam Mahdi. Over de laatste Imam wordt in een overlevering geschreven dat hij als een stralende pauw is onder de mensen van het paradijs. De pauw kon ook een amuletfunctie hebben (vergelijk TM-4107-9).<BR> <BR> De sociaalhistorische context van deze prent is die van de bazaar van Tehran in het tweede kwart van de 20e eeuw ten tijde van de Pahlavidynastie (zie Keshavarzian 2009 voor een uitgebreide analyse van de relatie tussen bazaar, staat en religie tijdens de Pahlavidynastie en daarna). In dit geval wordt er vermeld dat de prent in Tehran is gemaakt en werd verkocht in de bazaar in het deel van de tinmakers (مرکز هدیه، تهران ، بازار حلبی سازان کتاب فروشی مظلوم شیرازی). In dat deel van de bazaar bevonden zich in deze periode uitgevers en boekverkopers (Keshavarzian 2009: 45), waaronder de boekhandel (van) Mazlum Shirazi waar deze prent te koop was. Tussen en links en rechts van de twee pauwen onderaan de afbeelding staat nogmaals dat deze illustratie gemaakt is door Mohammad Sanei Khansari, die werkzaam was in de periode 1931-1946 (Marzolph 2001: 46), en dat auteursrechten voorbehouden zijn en dat de kosten voor deze prent twee rial zijn. Hierbij wordt voor de kosten het opmerkelijke woord “gift” (هدیه) gebruikt, wat de religieuze meerwaarde aangeeft van het kopen van de prent.<BR> <BR> Over lithografie en religieuze prenten in Iran:<BR> <BR> Om de sociale functie van deze prent beter te begrijpen is het ook noodzakelijk om stil te staan bij de lithografische techniek, die in Iran is gebruikt om religieuze voorstellingen op papier te drukken. Lithografische illustratie was een kunstvorm die in Iran ongeveer een eeuw is toegepast, vanaf de introductie van de techniek in Iran in 1833 tot de jaren vijftig van de twintigste eeuw, toen de laatste lithografiewerkplaats zijn deuren sloot (Marzolph 2001, 2009, 2011, 2012). Deze techniek raakte populair vanwege de relatief lage productiekosten, zodat de productie en verkoop van boeken en prenten op grote schaal mogelijk werd. Aan de andere kant was lithografie populair vanwege culturele en artistieke redenen. In tegenstelling tot moderne mechanische typografie konden dankzij de lithografie complexe vormen en iconografie behouden en gepopulariseerd worden. Geïllustreerde boeken gedrukt met de lithografietechniek in Iran bouwden zo voort op een verfijnde en eeuwenoude kalligrafische traditie. In de Qajar periode raakten op deze manier sjiitische thema’s, die eerder alleen beschikbaar waren voor de elite, visueel populair (cf. Ekhtiar 2015: 146 en Flaskerud 2010: 28-29). Dit continueerde in de twintigste eeuw. De lithografie nam zo een interessante plaats in tussen de hoge kunstvormen, zoals Perzische miniatuurkunst, en populaire vormen, zoals achterglasschilderingen en koffiehuisschilderingen. Naast het drukken van klassieke literatuur en romantische en populaire verhalen werd de lithografie gebruikt om religieuze boeken te maken. Ook werden enkelzijdige prenten gedrukt zoals deze, waarvan sommige op de bazaar of in en nabij sjiitische gebedshuizen werden verkocht. Van deze enkelzijdige prenten zijn slechts enkele uit de negentiende eeuw bewaard gebleven, vanwege het dagelijkse gebruik en het kwetsbare materiaal. De enkelzijdige prenten van Mohammad Saneʿi (7031-32a t/m 32u) uit de twintigste eeuw volgen deze eerdere voorbeelden van sjiitische iconografie.<BR> <BR> Pooyan Tamimi Arab, 2016.