Jongenskamp Bangkong

Een kalender voor de maand februari 1945 op kleine blaadjes gelinieerd papier. De kalender is tevens een dagboek, waarbij kleurpotloodtekeningen taferelen uit het dagelijks leven van de maker in het jongenskamp Bangkong weergeven en later voorzien van achtergrondinformatie. Afbeeldingen per datum: 1 Februari. Donderdag. Patjol. Een afbeelding van een stuk brood waar de damp van afslaat. Daaronder: "Beschimmelt brood". "We krijgen op het patjolveld, beschimmeld brood uitgedeeld. We hebben het wel opgegeten"; 2 Februari. Vrijdag. Patjol. Een in een korte broek geklede jongen loopt naar een tafel en reikt naar een stuk brood terwijl hij achterom kijkt. Links staat een eveneens alleen in korte broek geklede jongen fluitend met de rug naar het tafereel en de handen in de zij. Onderaan: "Brood gejat". "Iemand heeft het broodje gegapt van een ander. Eten stelen van één van je lotgenoten, is het ergste wat je kon doen. Iemand die dat deed, is direct een 'outcasts'"; 3 Februari. Zaterdag. Vrij. Een jongen in hemd en korte broek met hoed op en spa over de schouder loopt weg van het gedèk terwijl achter hem een bewaker staat die naar hem wijst. Onderaan: "Inrukken". "We staan aangetreden om naar het veld af te marcheren, als we horen dat we niet hoeven te patjollen"; 4 Februari. Zondag. Vrij. Twee vingers houden een lepel vast waarmee vocht op een bord met eten wordt gegoten. Onderaan: "Zondags-eten rijst+groentewater". "Zondag, wel vrij maar het avondeten stelt nog minder voor dan anders"; 5 Februari. Maandag. Patjol. Twee jongens in hemd, korte broek en met hoed op bewegen een volgeladen kiepkar voort langs een gebouw met boven de poort: "K.Kedangan". Onderaan: "Naar Gedangan, mam gezien". "Die dag moeten we met vier jongens onder leiding van een Jap (door een moessonbui) wat groente brengen naar het vrouwenkamp Gedangan. Als we bij de achterpoort aan het uitladen zijn, breken een aantal vrouwen naar buiten om te zien of hun zoon er bij is. Ik wisselde een paar woorden met mijn moeder voordat zij haar naar binnen joegen"; 6 Februari. Dinsdag. Patjol. Een horloge met daaronder: "1/2 vier" en daaronder een jongen in korte broek met hoed op die op een bekken slaat met daarbij de tekst: "Jamé". "Het werk op het patjolveld is anderhalf uur eerder gedaan ('jamee' in het Japans) dan gebruikelijk"; 7 Februari. Woensdag. Vrij. Een jongen zonder hemd en in korte broek toont zijn vuisten en een jongen in overhemd staat te trillen van woede. Onder de jongen in korte broek staat: "Best" onder de ander: "Tiedeman". Geheel onderaan: "Herrie No. 1". "Een doordeweekse dag, we hoeven niet te patjollen. Er is ruzie tussen het kampkeukenpersoneel en de Derniers. Eén van de 'bodyguards' van de Derniers gaat achter iemand van de keukenstaf aan"; 8 Februari. Donderdag. Vrij. Een jongen in hemd en korte broek staat voor een op de grond liggende jongen in overhemd en korte broek. Bij de staande jongen staat: "Derniér" en bij de ander: "v/d Heys". In het midden: "Herrie No. II". "De volgende dag hoeven we weer niet te patrjollen. De ruzie van de vorige dag laait weer op. Charley Dernier vloert iemand van de keukenstaf"; 9 Februari. Vrijdag. Buiten werken. Een jongen in korte broek loopt met een spade onder een stralende zon. "Ik moet die dag niet op het patjolveld maar ergens anders buiten het kamp werken. Ik krijg gelukkig wel een patjolbroodje"; 10 Februari. Zaterdag. Patjol. Een jongen in korte broek wordt met een knuppel afgeranseld door een bewaker. Rechts staat: "De Nieuwe 3e maar". Onderaan: "Pak slaag. Gejat". "Een patjoldag. Eén van de jongens, de Nieuwe, heeft iets eetbaars van het veld gepikt en wordt daarvoor met een stuk hout afgerammeld. Dat is hem meer gebeurd"; 11 Februari. Zondag. Vrij. Een zittende jongen met schuin voor hem een bus met: "Suiker". Onderaan: "Koffie klop". "De vrije zondag wordt vaak benut om koffie extract te maken en die, met wat opgespaarde suiker in een wajang (waaruit we anders aten), met een vork tot schuim stijf te kloppen. Dat geldt als het summum van lekkernij. De koffie extract zet ik in een vingerhoed waarin ik met een speld wat gaatjes heb gemaakt"; 12 Februari. Maandag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op staat in een veld met spade. "Als er even niet op je wordt gelet door de hancho, dan kun je staand wat uitrusten. Het werk is te zwaar voor je magere lijf. De hancho die oplet of je wel doorwerkt, is een blanke man tussen de dertig en veertig jaar. Ze geven zichzelf voldoende te eten en ze slaan je als je niet oppast"; 13 Februari. Dinsdag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op zit op zijn hurken voor een aanplant. Naast hem een zak. Onderaan: "Beestjes zoeken". "De kleine jongens van tien tot dertien jaar hoeven niet te patjollen maar moeten onkruid tussen de aanplant wieden en beestjes verwijderen. Zij slapen in de kerk, aan de andere kant van de appelplaats"; 14 Februari. Woensdag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op staat geleund op een hak in een veld en vraagt aan een voorbij lopende jongen met hak over de schouder: "Hoe laat is het!" "Aan de stand van de zon kan je ongeveer zien hoe laat het was. Maar je wilt toch graag precies weten hoe lang het nog duurt tot de eetpauze"; 15 Februari. Donderdag. Patjol. Een bewaker oefent met bajonet op het geweer op een zak hangend tussen twee palen en roept: "Djèèèt" "Ieder morgen marcheren we langs hetzelfde pad naar het patjolveld en passeren halverwege een veldje waar heiho's oefenen in bajonetvechten"; 16 Februari. Vrijdag. Patjol. Twee jongens dragen een kist met daarop: "Brood". Rechts een overdekte kar. Onderaan: "De broodkar". "de broodkar is op het patjolveld aangekomen en wordt uitgeladen"; 17 Februari. Zaterdag. Patjol. Een jongen in korte broek houdt een "Ei" vast. Onderaan: "Eieren". "We krijgen in het kamp bij het avondeten een ei. Dat hebben we al heel lang niet meer gezien"; 18 Februari. Zondag. Vrij. Een lopende jongen is afgebeeld tussen een stapel brood en een spade en een hak. Onderaan: "4 broden". "Het is weer zondag en we hoeven niet te werken. We krijgen elk zomaar vier broodjes"; 19 Februari. Maandag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op staat, van voren gezien afgebeeld, met een spade in beide handen. "We patjollen weer, ditmaal met een schop. Dat is niet zo handig"; 20 Februari. Dinsdag. Vrij. Een jongen met een zak over de schouder en een lantaarn in de hand. Onderaan: "Ingebroken. 1 dag geen eten". 'Die nacht is er ingebroken in de voorraadschuur waar de Jap zijn voedselvoorraad bewaard. Omdat de dader zich niet meldt, krijgt het hele kamp die dag geen eten. Gelukkig hoeven we die dag niet te patjollen"; 21 Februari. Woensdag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op en een hak over de schouder loopt gebogen terwijl het zweet van hem afdruipt. Onderaan: "Patjollen met een lege maag". "Omdat we de vorige dag niets te eten hebben gekregen, valt het patjollen ons extra zwaar"; 22 Februari. Donderdag. Patjol. Een brood met een kruis erdoor. Onderaan: "Geen brood". "Op het patjolveld vandaag geen broodje"; 23 Februari. Vrijdag. Ziek. Een op een bank zittende jongen met een deken om zich heen geslagen en een thermometer(?) in de mond terwijl de damp van hem afslaat. "Ik heb koorts en blijf in het kamp. De ziekenoppasser, een oudere man, komt langs met zijn thermometer. Men verteld dat hij vroeger de burgemeester van Malang was"; 24 Februari. Zaterdag. Ziek. Enkele stukjes voedsel of versnapering. Onderaan: "Suikerbeestjes". "Ik ben nog steeds ziek. We krijgen suiker in de vorm van snoepgoed uitgereikt"; 25 Februari. Zondag. Ziek. Een brildragende man zwaait zijn vuist naar een jongen die met iets wegloopt. Onderaan: "Kool gejat". "Op deze zondag ben ik nog steeds ziek. Dat belet mij niet om in de keuken een kool weg te nemen al blijft dat niet onopgemerkt. Maar ik ontkom met mijn kool"; 26 Februari. Maandag. Ziek. Een briefje met de tekst: "4 dagen B T Igel". Onderaan: "4 dagen verlengd". "De ziekenoppasser verlengt mijn ziekenattest B (lichte werkzaamheden in het kamp) met vier dagen. Vaak was ziek zijn een afweging van de met patjollen verspilde energie en de aanvullende calorieën van het patjolbroodje. Een ziekte simuleren was dan, gezien onze lichamelijke toestand, niet zo moeilijk"; 27 Februari. Dinsdag. Ziek. Twee dampende pannetjes. Hieronder: "Plenty koolwater". "Ik slaag erin om een etensblik (een leeg margarineblik waar ik heel zuinig op ben) met koolwater te bemachtigen voordat het wordt weggegooid. Men zegt dat je er buikloop van krijgt en het daarom wordt weggespoeld. Maar het vult de maag weer eventjes en geeft een warm gevoel van binnen. En buikloop heb ik toch al bijna een jaar. Ik kauw dan maar weer op een verkoold stuk hout dat ik van de stokers in de keuken krijg"; 28 Februari. Woensdag. Ziek. Een jongen zit met een boek tegen een hek. Voor hem is een sirene afgebeeld en achter hem een bewaker met geweer in de aanslag en de tekst: "Toetoep Pinto". Onderaan: "Verveling!! Sirene". "Er is luchtalarm en we worden weer beschoten. Gewapende heiho's staan op de appelplaats te schreeuwen. Geen vliegtuig gehoord. Ik heb gelukkig iets te lezen want een aantal, eerder in beslag genomen boeken, zijn teruggegeven. Ik heb er één geleend"; Voor de maanden januari, maart tot en met 4 april zie inventarisnummers: 233443; 233445 en 233446 De mannelijke personen op de afbeeldingen zijn aangeduid als jongens tenzij duidelijk verschil is door lengte en voorkomen.

Jongenskamp Bangkong

Een kalender voor de maand februari 1945 op kleine blaadjes gelinieerd papier. De kalender is tevens een dagboek, waarbij kleurpotloodtekeningen taferelen uit het dagelijks leven van de maker in het jongenskamp Bangkong weergeven en later voorzien van achtergrondinformatie. Afbeeldingen per datum: 1 Februari. Donderdag. Patjol. Een afbeelding van een stuk brood waar de damp van afslaat. Daaronder: "Beschimmelt brood". "We krijgen op het patjolveld, beschimmeld brood uitgedeeld. We hebben het wel opgegeten"; 2 Februari. Vrijdag. Patjol. Een in een korte broek geklede jongen loopt naar een tafel en reikt naar een stuk brood terwijl hij achterom kijkt. Links staat een eveneens alleen in korte broek geklede jongen fluitend met de rug naar het tafereel en de handen in de zij. Onderaan: "Brood gejat". "Iemand heeft het broodje gegapt van een ander. Eten stelen van één van je lotgenoten, is het ergste wat je kon doen. Iemand die dat deed, is direct een 'outcasts'"; 3 Februari. Zaterdag. Vrij. Een jongen in hemd en korte broek met hoed op en spa over de schouder loopt weg van het gedèk terwijl achter hem een bewaker staat die naar hem wijst. Onderaan: "Inrukken". "We staan aangetreden om naar het veld af te marcheren, als we horen dat we niet hoeven te patjollen"; 4 Februari. Zondag. Vrij. Twee vingers houden een lepel vast waarmee vocht op een bord met eten wordt gegoten. Onderaan: "Zondags-eten rijst+groentewater". "Zondag, wel vrij maar het avondeten stelt nog minder voor dan anders"; 5 Februari. Maandag. Patjol. Twee jongens in hemd, korte broek en met hoed op bewegen een volgeladen kiepkar voort langs een gebouw met boven de poort: "K.Kedangan". Onderaan: "Naar Gedangan, mam gezien". "Die dag moeten we met vier jongens onder leiding van een Jap (door een moessonbui) wat groente brengen naar het vrouwenkamp Gedangan. Als we bij de achterpoort aan het uitladen zijn, breken een aantal vrouwen naar buiten om te zien of hun zoon er bij is. Ik wisselde een paar woorden met mijn moeder voordat zij haar naar binnen joegen"; 6 Februari. Dinsdag. Patjol. Een horloge met daaronder: "1/2 vier" en daaronder een jongen in korte broek met hoed op die op een bekken slaat met daarbij de tekst: "Jamé". "Het werk op het patjolveld is anderhalf uur eerder gedaan ('jamee' in het Japans) dan gebruikelijk"; 7 Februari. Woensdag. Vrij. Een jongen zonder hemd en in korte broek toont zijn vuisten en een jongen in overhemd staat te trillen van woede. Onder de jongen in korte broek staat: "Best" onder de ander: "Tiedeman". Geheel onderaan: "Herrie No. 1". "Een doordeweekse dag, we hoeven niet te patjollen. Er is ruzie tussen het kampkeukenpersoneel en de Derniers. Eén van de 'bodyguards' van de Derniers gaat achter iemand van de keukenstaf aan"; 8 Februari. Donderdag. Vrij. Een jongen in hemd en korte broek staat voor een op de grond liggende jongen in overhemd en korte broek. Bij de staande jongen staat: "Derniér" en bij de ander: "v/d Heys". In het midden: "Herrie No. II". "De volgende dag hoeven we weer niet te patrjollen. De ruzie van de vorige dag laait weer op. Charley Dernier vloert iemand van de keukenstaf"; 9 Februari. Vrijdag. Buiten werken. Een jongen in korte broek loopt met een spade onder een stralende zon. "Ik moet die dag niet op het patjolveld maar ergens anders buiten het kamp werken. Ik krijg gelukkig wel een patjolbroodje"; 10 Februari. Zaterdag. Patjol. Een jongen in korte broek wordt met een knuppel afgeranseld door een bewaker. Rechts staat: "De Nieuwe 3e maar". Onderaan: "Pak slaag. Gejat". "Een patjoldag. Eén van de jongens, de Nieuwe, heeft iets eetbaars van het veld gepikt en wordt daarvoor met een stuk hout afgerammeld. Dat is hem meer gebeurd"; 11 Februari. Zondag. Vrij. Een zittende jongen met schuin voor hem een bus met: "Suiker". Onderaan: "Koffie klop". "De vrije zondag wordt vaak benut om koffie extract te maken en die, met wat opgespaarde suiker in een wajang (waaruit we anders aten), met een vork tot schuim stijf te kloppen. Dat geldt als het summum van lekkernij. De koffie extract zet ik in een vingerhoed waarin ik met een speld wat gaatjes heb gemaakt"; 12 Februari. Maandag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op staat in een veld met spade. "Als er even niet op je wordt gelet door de hancho, dan kun je staand wat uitrusten. Het werk is te zwaar voor je magere lijf. De hancho die oplet of je wel doorwerkt, is een blanke man tussen de dertig en veertig jaar. Ze geven zichzelf voldoende te eten en ze slaan je als je niet oppast"; 13 Februari. Dinsdag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op zit op zijn hurken voor een aanplant. Naast hem een zak. Onderaan: "Beestjes zoeken". "De kleine jongens van tien tot dertien jaar hoeven niet te patjollen maar moeten onkruid tussen de aanplant wieden en beestjes verwijderen. Zij slapen in de kerk, aan de andere kant van de appelplaats"; 14 Februari. Woensdag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op staat geleund op een hak in een veld en vraagt aan een voorbij lopende jongen met hak over de schouder: "Hoe laat is het!" "Aan de stand van de zon kan je ongeveer zien hoe laat het was. Maar je wilt toch graag precies weten hoe lang het nog duurt tot de eetpauze"; 15 Februari. Donderdag. Patjol. Een bewaker oefent met bajonet op het geweer op een zak hangend tussen twee palen en roept: "Djèèèt" "Ieder morgen marcheren we langs hetzelfde pad naar het patjolveld en passeren halverwege een veldje waar heiho's oefenen in bajonetvechten"; 16 Februari. Vrijdag. Patjol. Twee jongens dragen een kist met daarop: "Brood". Rechts een overdekte kar. Onderaan: "De broodkar". "de broodkar is op het patjolveld aangekomen en wordt uitgeladen"; 17 Februari. Zaterdag. Patjol. Een jongen in korte broek houdt een "Ei" vast. Onderaan: "Eieren". "We krijgen in het kamp bij het avondeten een ei. Dat hebben we al heel lang niet meer gezien"; 18 Februari. Zondag. Vrij. Een lopende jongen is afgebeeld tussen een stapel brood en een spade en een hak. Onderaan: "4 broden". "Het is weer zondag en we hoeven niet te werken. We krijgen elk zomaar vier broodjes"; 19 Februari. Maandag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op staat, van voren gezien afgebeeld, met een spade in beide handen. "We patjollen weer, ditmaal met een schop. Dat is niet zo handig"; 20 Februari. Dinsdag. Vrij. Een jongen met een zak over de schouder en een lantaarn in de hand. Onderaan: "Ingebroken. 1 dag geen eten". 'Die nacht is er ingebroken in de voorraadschuur waar de Jap zijn voedselvoorraad bewaard. Omdat de dader zich niet meldt, krijgt het hele kamp die dag geen eten. Gelukkig hoeven we die dag niet te patjollen"; 21 Februari. Woensdag. Patjol. Een jongen in korte broek met hoed op en een hak over de schouder loopt gebogen terwijl het zweet van hem afdruipt. Onderaan: "Patjollen met een lege maag". "Omdat we de vorige dag niets te eten hebben gekregen, valt het patjollen ons extra zwaar"; 22 Februari. Donderdag. Patjol. Een brood met een kruis erdoor. Onderaan: "Geen brood". "Op het patjolveld vandaag geen broodje"; 23 Februari. Vrijdag. Ziek. Een op een bank zittende jongen met een deken om zich heen geslagen en een thermometer(?) in de mond terwijl de damp van hem afslaat. "Ik heb koorts en blijf in het kamp. De ziekenoppasser, een oudere man, komt langs met zijn thermometer. Men verteld dat hij vroeger de burgemeester van Malang was"; 24 Februari. Zaterdag. Ziek. Enkele stukjes voedsel of versnapering. Onderaan: "Suikerbeestjes". "Ik ben nog steeds ziek. We krijgen suiker in de vorm van snoepgoed uitgereikt"; 25 Februari. Zondag. Ziek. Een brildragende man zwaait zijn vuist naar een jongen die met iets wegloopt. Onderaan: "Kool gejat". "Op deze zondag ben ik nog steeds ziek. Dat belet mij niet om in de keuken een kool weg te nemen al blijft dat niet onopgemerkt. Maar ik ontkom met mijn kool"; 26 Februari. Maandag. Ziek. Een briefje met de tekst: "4 dagen B T Igel". Onderaan: "4 dagen verlengd". "De ziekenoppasser verlengt mijn ziekenattest B (lichte werkzaamheden in het kamp) met vier dagen. Vaak was ziek zijn een afweging van de met patjollen verspilde energie en de aanvullende calorieën van het patjolbroodje. Een ziekte simuleren was dan, gezien onze lichamelijke toestand, niet zo moeilijk"; 27 Februari. Dinsdag. Ziek. Twee dampende pannetjes. Hieronder: "Plenty koolwater". "Ik slaag erin om een etensblik (een leeg margarineblik waar ik heel zuinig op ben) met koolwater te bemachtigen voordat het wordt weggegooid. Men zegt dat je er buikloop van krijgt en het daarom wordt weggespoeld. Maar het vult de maag weer eventjes en geeft een warm gevoel van binnen. En buikloop heb ik toch al bijna een jaar. Ik kauw dan maar weer op een verkoold stuk hout dat ik van de stokers in de keuken krijg"; 28 Februari. Woensdag. Ziek. Een jongen zit met een boek tegen een hek. Voor hem is een sirene afgebeeld en achter hem een bewaker met geweer in de aanslag en de tekst: "Toetoep Pinto". Onderaan: "Verveling!! Sirene". "Er is luchtalarm en we worden weer beschoten. Gewapende heiho's staan op de appelplaats te schreeuwen. Geen vliegtuig gehoord. Ik heb gelukkig iets te lezen want een aantal, eerder in beslag genomen boeken, zijn teruggegeven. Ik heb er één geleend"; Voor de maanden januari, maart tot en met 4 april zie inventarisnummers: 233443; 233445 en 233446 De mannelijke personen op de afbeeldingen zijn aangeduid als jongens tenzij duidelijk verschil is door lengte en voorkomen.