Model van een visser met attributen. Het maakt deel uit van een groep zogenoemde voorstellingen uit het Javaanse volksleven, serie 887-1 t/m 887-7 die met zeer veel precisie zijn weergegeven en beschreven. Alle onderdelen worden afzonderlijk benoemd en voorzien van inheemse termen. De visser staat achter een verhoogde en begroeide rivieroever. Op de oever groeien ter weerzijden pandanstruikjes en rechts twee caladiumplanten. Rechts van de visser staat een bladloze verdorde struik zeekoraal (akar bakar). In de oeverrand verschuilen zich in een holte twee kikvorsen. De visser draagt een bamboe vismand (kepis), die met een bruin koord om zijn middel is bevestigd. In de mand steekt een mesje met houten handvat . Aan de mand hangen drie aan ijzerdraad bevestigde grauwgroene visjes (vermoedelijk lele). De linkerhand van de visser omvat de bamboezen roede van een hengel met metalen zinken en hengeltouw. De visser kijkt aandachtig naar zijn vangst: een groene rivierkrab (kepiting). totale hoogte onbekend