Antwoord op de vraag: Nadien het gebruik der brillen en andere oogglazen steeds meer en meer algemeen vervroegd wordt, en eene bepaaling daaromtrent van geen gering aanbelang voor het menschdom zijn kan, belooft het Genootschap den gewoonen eerenprijs aan hem, die uit de gronden der gezichtkunde, inzonderheid uit den aart en gesteldheid der deelen van het oog, door welke de onderscheidene gewaarwordingen van het licht meer of min levendig aan het sendorium commune overgebragt worden, best voldoende aantoont, in hoeverre de brillen en soortgelijke glazen, door verheldering of vergrooting, zoo tot verbetering als bewaaring van het gezicht wezenlijk nuttig enb zelfs onvermijdelijk noodig zijn, en in hoeverre zij als een volksgewoonte, vooroordeelen en een waar misbruik nadeelig mogen en moeten aangemerkt worden? / door Petrus Jacobus van Maanen
mainEntity
Antwoord op de vraag: Nadien het gebruik der brillen en andere oogglazen steeds meer en meer algemeen vervroegd wordt, en eene bepaaling daaromtrent van geen gering aanbelang voor het menschdom zijn kan, belooft het Genootschap den gewoonen eerenprijs aan hem, die uit de gronden der gezichtkunde, inzonderheid uit den aart en gesteldheid der deelen van het oog, door welke de onderscheidene gewaarwordingen van het licht meer of min levendig aan het sendorium commune overgebragt worden, best voldoende aantoont, in hoeverre de brillen en soortgelijke glazen, door verheldering of vergrooting, zoo tot verbetering als bewaaring van het gezicht wezenlijk nuttig enb zelfs onvermijdelijk noodig zijn, en in hoeverre zij als een volksgewoonte, vooroordeelen en een waar misbruik nadeelig mogen en moeten aangemerkt worden? / door Petrus Jacobus van Maanen
associatedMedia
<http://books.google.com/books?vid=KBNL:UBA000092713>
author
bookFormat
description
Verhandeling o.d.t: Verhandeling over het gebruik der brillen en oogglazen
inLanguage
isPartOf
mainEntityOfPage
name
Antwoord op de vraag: Nadien h ...... n en moeten aangemerkt worden?
numberOfPages
publication
sameAs
label
Antwoord op de vraag: Nadien h ...... door Petrus Jacobus van Maanen