Catharina van Alexandrië

Zij staat met beide voeten op keizer Maxentius (?), heeft het hoofd lichtelijk naar rechts gewend en ziet, vaag glimlachend, wat omlaag voor zich uit. Zij houdt de linkeronderarm omhoog, tegengesteld tot de rechter. Het haar ontspringt bij de slapen en valt in golven over de rug en schouders. Op het hoofd een gewonden band met parels en enkele rozetten. Het van voren geplooide gewaad, dat onder de linkerarm wordt opgehouden, valt over de liggende vorst, maar laat de punten van haar schoeisel en een deel van het onderkleed vrij. Het gewaad vertoont zowel aan de zoom als aan de mouwen moeten voor sierstenen. Aan de schuin afhangende riem een bidsnoer; onder de ronde halsuitsnijding het gewafelde frontje van het onderkleed, dat ook bij de linkervoet weer tevoorschijn komt; om de hals een driedelig parelcollier met getande rand, waaraan een ruitvormige hanger. De van de schouders afhangende mantel wordt onder de rechterarm opgehouden. De vorst ligt voorover op een grondje, steunt met de rechterhand zijn hoofd, terwijl de linker op de schede van het haar op de schede van het zwaard rust. De summiere bewerking van het haar op de schedel veronderstelt een kroon.

Catharina van Alexandrië

Zij staat met beide voeten op keizer Maxentius (?), heeft het hoofd lichtelijk naar rechts gewend en ziet, vaag glimlachend, wat omlaag voor zich uit. Zij houdt de linkeronderarm omhoog, tegengesteld tot de rechter. Het haar ontspringt bij de slapen en valt in golven over de rug en schouders. Op het hoofd een gewonden band met parels en enkele rozetten. Het van voren geplooide gewaad, dat onder de linkerarm wordt opgehouden, valt over de liggende vorst, maar laat de punten van haar schoeisel en een deel van het onderkleed vrij. Het gewaad vertoont zowel aan de zoom als aan de mouwen moeten voor sierstenen. Aan de schuin afhangende riem een bidsnoer; onder de ronde halsuitsnijding het gewafelde frontje van het onderkleed, dat ook bij de linkervoet weer tevoorschijn komt; om de hals een driedelig parelcollier met getande rand, waaraan een ruitvormige hanger. De van de schouders afhangende mantel wordt onder de rechterarm opgehouden. De vorst ligt voorover op een grondje, steunt met de rechterhand zijn hoofd, terwijl de linker op de schede van het haar op de schede van het zwaard rust. De summiere bewerking van het haar op de schedel veronderstelt een kroon.