Het voorwerp van verguld koper bestaat uit een met een gegraveerde Christusfiguur versiede plaat, die op vier pootjes is geplaatst en met in het midden bovenop twee gaffelstandaarden, waarvan er één ontbreekt. Op de hoeken staan vier bisschoppen met de hoofden in dezelfde richting en met elk een kromstaf in hun handen. Met de andere hand dragen zij, samen met de gaffelstandaarden, een cilindervormige glas gevat in een verguld koperen montuur, bestaande uit twee opstaande panelen en een twee horizontaal geplaatste pinnen die het cilinderglas dragen. De panelen van het montuur zijn versierd met pinakels en met elk drie opstaande pinnen, die eindigen in een rozetvorm, waarin stenen zijn aangebracht. Daarvan zijn alleen de twee middelste nog aanwezig. De ene zijde heeft een gele steen, de andere een oranje-rode steen. Aan beide zijden zijn twee rozetten afgebroken.