Op de zware zeslobbige voet met rond verhoogd middendeel zijn de Lijdenswerktuigen van Christus gegraveerd. Stam en nodus zijn grof uitgevoerd. Op de gekanteelde basis, waartegen aan de onderkant aan iedere zijde van de stam twee hangers zijn aangebracht, waarin een doorzichtige oranje glazen kraal en een lichtblauwe ondoorzichtige kraal zijn gevat, is een kasteelachtig bouwsel bevestigd met twee ronde verdedigingstorens ter weerszijden van een poortingang, met daarop in het midden een toren bestaande uit een zeshoekige lantaarn en een rond gekanteeld bovendeel, geflankeerd door twee bouwsels met daken en gekanteelde torens. Op de ronde verdedigingstorens aan weerszijden van de poort en op de drie overige torens zijn blauwe glazen kralen aangebracht met een opening, waardoor de pinnen kunnen worden gestoken waarop heiligen zijn geplaatst: een heilige met een hamer (H. Eligius), een heilige met een kelk (de apostel Johannes) en een biddende heilige. De biddende heilige is een toevoeging uit de 19de eeuw.