Beschilderd houten beeld, een assistent district-chef voorstellend

Houten beeld van een assistent-wedana. Dit beeld vormt onderdeel van een serie poppen, voorstellende de verschillende rangen van de inheemse bestuurspiramide op Java (de pangreh praja). Op Java bestond ten tijde van de koloniale overheersing een vorm van indirect bestuur. Naast het Europese bestuurscorps (het Binnenlands Bestuur) regeerde een inheems bestuurspiramide, die bestond uit leden van de Javaanse aristocratie. Zij fungeerde als schakel tussen de inheemse bevolking en het koloniaal bestuur. Voor de uitvoering van het koloniaal gezag was Java in een aantal residenties opgedeeld, waarover de Nederlandse resident de leiding had. Elke residentie bestond weer uit een of meer afdelingen of regentschappen, met aan het hoofd de inheemse regent, die gold als 'de jongere broeder', tevens raadsman, van de Nederlandse resident, of assistent-resident. Een residentie was weer onderverdeeld in een aantal districten, waarvan de hoofden, met ambtstitel wedana, benoemd werden door de Nederlandse gouverneur. De districten werden ten slotte weer onderverdeeld in onderdistricten. Een daarvan werd door het districthoofd (of de wedana) zelf bestuurd, en de overigen door aan hem ondergeschikte onderdistrichthoofden, ofwel assistent-wedana. De wedana zag in de eerste plaats toe op de uitvoerende werkzaamheden van de politie van hun district. De armen zijn bij de schouders en ellebogen beweegbaar.

Beschilderd houten beeld, een assistent district-chef voorstellend

Houten beeld van een assistent-wedana. Dit beeld vormt onderdeel van een serie poppen, voorstellende de verschillende rangen van de inheemse bestuurspiramide op Java (de pangreh praja). Op Java bestond ten tijde van de koloniale overheersing een vorm van indirect bestuur. Naast het Europese bestuurscorps (het Binnenlands Bestuur) regeerde een inheems bestuurspiramide, die bestond uit leden van de Javaanse aristocratie. Zij fungeerde als schakel tussen de inheemse bevolking en het koloniaal bestuur. Voor de uitvoering van het koloniaal gezag was Java in een aantal residenties opgedeeld, waarover de Nederlandse resident de leiding had. Elke residentie bestond weer uit een of meer afdelingen of regentschappen, met aan het hoofd de inheemse regent, die gold als 'de jongere broeder', tevens raadsman, van de Nederlandse resident, of assistent-resident. Een residentie was weer onderverdeeld in een aantal districten, waarvan de hoofden, met ambtstitel wedana, benoemd werden door de Nederlandse gouverneur. De districten werden ten slotte weer onderverdeeld in onderdistricten. Een daarvan werd door het districthoofd (of de wedana) zelf bestuurd, en de overigen door aan hem ondergeschikte onderdistrichthoofden, ofwel assistent-wedana. De wedana zag in de eerste plaats toe op de uitvoerende werkzaamheden van de politie van hun district. De armen zijn bij de schouders en ellebogen beweegbaar.